Onze uitbreiding krijgen

Vlaanderen

Van Wikipedia, maar dan visueel aantrekkelijk
Vlaanderen
Deelstaat van Vlag van België België
Flemish Community in Belgium and Europe.svg
Geografie
Hoofdstad Brussel
Oppervlakte 13.522 km² (Gewest)
13.682 km² (Gemeenschap) km²
Coördinaten 51°0'NB, 4°30'OL
Bevolking
Inwoners Gewest: 6.692.989 (2022)
 (Gewest: 490,25 inw. /km²)
Talen Nederlands (enkel in Brussel en in de faciliteitengemeenten is ook het Frans officieel, maar niet binnen de Vlaamse instellingen)[1]
Politiek
Minister-president Jan Jambon
Coalitie N-VA
CD&V
Open Vld
Slogan Vlaanderen, de Leeuw!
Overig
Munteenheid Euro
Volkslied De Vlaamse Leeuw
Tijdzone UTC +1 (zomer +2)
Feestdag 11 juli
Website vlaanderen.be
Portaal  Portaalicoon   België
Zie Vlaanderen (doorverwijspagina) voor andere betekenissen van Vlaanderen.

Vlaanderen is de noordelijke deelstaat van België waar Nederlands de officiële taal is. De deelstaat werkt volledig autonoom op haar eigen bevoegdheden via het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering.

Het moderne Vlaanderen bestaat uit de provincies West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Antwerpen, Vlaams-Brabant en Limburg. Ook heeft ze bevoegdheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De deelstaat is ontstaan tijdens de Belgische onafhankelijkheid en is gebaseerd op het graafschap Vlaanderen. Vanuit historisch perspectief bestaat het huidige Vlaanderen uit het graafschap Vlaanderen, hertogdom Brabant en het graafschap Loon. Vlaanderen is een van de meest welvarende, verstedelijkte en dichtstbevolkte regio's in de Europese Unie.

Ontdek meer Vlaanderen per onderwerp

Deelstaat

Deelstaat

Een deelstaat of staat is een staat die samen met andere staten een unie vormt.

Nederlands

Nederlands

Het Nederlands is een West-Germaanse taal en de officiële taal van Nederland, Suriname en een van de drie officiële talen van België. Binnen het Koninkrijk der Nederlanden is het Nederlands ook een officiële taal van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten. Het Nederlands is de op twee na meest gesproken Germaanse taal.

Oost-Vlaanderen

Oost-Vlaanderen

De provincie Oost-Vlaanderen is een van de vijf provincies van de Belgische deelstaat Vlaanderen en een van de tien provincies van België. Zij grenst in het westen aan de provincie West-Vlaanderen, in het noorden aan de Nederlandse provincie Zeeland met Zeeuws-Vlaanderen, in het oosten aan de provincies Antwerpen en Vlaams-Brabant, en in het zuiden aan het Waalse Henegouwen.

Antwerpen (provincie)

Antwerpen (provincie)

De provincie Antwerpen is een van de vijf provincies van de Belgische deelstaat Vlaanderen en een van de tien provincies van België. Ze bevindt zich ten oosten van de provincie Oost-Vlaanderen, ten noorden van de provincie Vlaams-Brabant en ten westen van de provincie Limburg. In het noorden grenst de provincie aan de Nederlandse provincie Noord-Brabant en voor een klein stuk aan de Nederlandse provincie Zeeland. Antwerpen is de enige Vlaamse provincie die niet aan een Waalse provincie grenst. Het is de enige provincie in Vlaanderen die geen gemeenten met taalfaciliteiten kent en is tevens de meest bevolkte provincie van België, met circa 1.900.000 inwoners.

Vlaams-Brabant

Vlaams-Brabant

Vlaams-Brabant, gelegen in het Vlaams Gewest, is de op een na kleinste van de Belgische provincies. In 1995 ontstaan uit de splitsing van Brabant, is het samen met Waals-Brabant de jongste provincie. Leuven fungeert als hoofdstad, andere noemenswaardige steden zijn Vilvoorde, Halle, Tienen, Diest en Aarschot. Het provincieloze Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt volledig omringd door Vlaams-Brabant.

Limburg (Belgische provincie)

Limburg (Belgische provincie)

De provincie Limburg, in Nederland ook wel 'Belgisch-Limburg' genoemd ter onderscheiding van 'Nederlands-Limburg', is een van de vijf provincies van het Vlaams Gewest en een van de tien provincies van België. De hoofdstad van deze provincie is Hasselt.

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is sinds 1989 een van de drie gewesten van België en bestaat uit 19 gemeenten, waaronder de stad Brussel, die de hoofdstad van België is. Het Gewest vormt een enclave in Vlaanderen die een totale oppervlakte van 161 km² heeft en 1.233.793 inwoners telt. Het hele stedelijk gebied van Brussel, inclusief de voorsteden buiten het eigenlijke gewest, telt ongeveer 1,8 miljoen inwoners en is daarmee de grootste agglomeratie van het land. Zowel de Vlaamse als Franse Gemeenschap oefenen hun bevoegdheden uit op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Belgische Revolutie

Belgische Revolutie

De Belgische Revolutie, Belgische Omwenteling of Belgische Opstand is de gewapende opstand in 1830 tegen koning Willem I der Nederlanden die tot afscheiding van de zuidelijke provincies leidde en tot de onafhankelijkheid van België. Na de Franse Revolutie en de val van Napoleon hadden toenmalige grootmachten zoals de Duitse staten en het Verenigd Koninkrijk een bufferzone gecreëerd door de Belgische gebieden toe te wijzen aan het nieuwe Nederlandse koninkrijk. Dit was gebeurd zonder binnenlandse inspraak.

Graafschap Vlaanderen

Graafschap Vlaanderen

Het graafschap Vlaanderen is een historisch gebied dat aanvankelijk deel uitmaakte van West-Francië en vanaf 1464 van de (zuidelijke) Nederlanden. Het graafschap bestond van 862 tot 1795.

Hertogdom Brabant

Hertogdom Brabant

Het hertogdom Brabant vormde, vanaf de late middeleeuwen tot aan de negentiende eeuw, een politieke en culturele eenheid in de Nederlanden. Het hertogdom Brabant besloeg het grondgebied van enerzijds de drie huidige Belgische provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant, Antwerpen plus het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en anderzijds het overgrote deel van de hedendaagse Nederlandse provincie Noord-Brabant. Verder hingen ook de zogenaamde landen van Overmaas af van de hertog van Brabant, alsook het Duitse Herzogenrath.

Graafschap Loon

Graafschap Loon

Het graafschap Loon was een historisch graafschap in het Heilige Roomse Rijk. Omstreeks 1020 omvatte het slechts de streek van Borgloon, maar tegen 1200 strekte het zich uit over een groot deel van het huidige Belgisch-Limburg. Vanaf 1366 was het in personele unie met het prinsbisdom Luik, maar het bleef een eigen politieke entiteit tot de Franse tijd.

Europese Unie

Europese Unie

De Europese Unie (EU) is een uit 27 Europese landen bestaand statenverband. De EU vindt haar oorsprong in de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Europese Economische Gemeenschap, in 1958 gevormd door zes landen. In de jaren erna groeiden de Europese Gemeenschappen in omvang door de toelating van nieuwe lidstaten en in macht door het uitbreiden van hun zeggenschap. Het Verdrag van Maastricht uit 1992, in werking getreden in 1993, vormde de huidige Europese Unie. De laatste aanpassing aan de constitutionele basis was in 2009 met het Verdrag van Lissabon. In 2020 trok voor het eerst een lidstaat zich terug uit de Europese Unie, namelijk het Verenigd Koninkrijk.

Toponymie

Zicht van de Graslei vanop de Korenlei getrokken.
Zicht van de Graslei vanop de Korenlei getrokken.
Ieper na de Eerste Wereldoorlog in 1919.
Ieper na de Eerste Wereldoorlog in 1919.
Casino van badstad Knokke-Heist.
Casino van badstad Knokke-Heist.

Het toponiem Vlaanderen verwijst naar het historische graafschap Vlaanderen. De plaatsnaam Flaumandrum[2] dook voor het eerst op in 358, toen de Franken in de omgeving van Brugge de Vlaanderengouw of pagus Flandrensis van de Romeinen onder hun beheer kregen.[3]

Een pagus of gouw was een soort (klein) graafschap. Het Latijnse bijvoeglijke Flandrensis zou op zijn beurt weer zijn ontleend aan het Vroegoudfries[4] *flāmdra[5] ‘overstroomd gebied’, een Ingveoonse afleiding van het Oergermaanse *flaumaz (vgl. ofri. flām) dat ‘vloed, stroom, stroming en modder’ betekent. Deze betekenis is zeer toepasselijk voor het Vlaamse kustgebied, dat tussen de 3e en de 8e eeuw tweemaal per dag overstroomde met water van de Noordzee. Pagus Flandrensis was een kustgebied met grote getijdengeulen en groene schorren waarin schapenboeren leefden, al dan niet op terpen.[6] Het gebied strekte zich uit rond Brugge tussen IJzer en Zwin en ontwikkelde zich in de volgende eeuwen tot het belangrijke Graafschap Vlaanderen.

In het Oudfries is een inwoner van dit overstroomd gebied een *Flaming, met als bijbehorend bijvoeglijk naamwoord flamsk (nfri. Flaamsk). In het Oudfriese uitleenwoord flām (verwant met Oudnoords flaumr ‘draaikolk’, Deens flom ‘overstroming, vloed’ en Oudhoogduits -floum)[7] werd de f een v in de Fries beïnvloede zuidwestelijke kustdialecten van het Middelnederlands, vandaar Vlāminc, vlāmisch en Vlander (enkv.). De plaatsnaam staat in het meervoud in het Nieuwnederlands Vlaanderen, het Vlaams Vloandrn, het Duits Flandern, het Engels Flanders, het Spaans Flandes en het Italiaans le Fiandre. In het Frans gebruikt men zowel les Flandres als la Flandre.

De Vlamingen doen hun intrede in de geschiedenis in het levensverhaal van Sint-Eligius (ca. 590-660), de Vita sancti Eligii. Dit werd opgesteld vóór 684 en is bekend in een omwerking van rond 725. Daar verschijnen de Flanderenses die wonen in Flandris. In het Latijn evolueerde dit later tot de gestandaardiseerde vormen Flandrenses en Flandria.

De term "Vlaanderen" verwijst vanuit historisch standpunt naar het graafschap Vlaanderen. Het gebruik ervan werd veelal vanaf de late 19e eeuw tot late 20e eeuw veralgemeend om te verwijzen naar het Nederlandse taalgebied in België. Om deze reden is de deelstaat van dit gebied uiteindelijk vernoemd naar Vlaanderen.

Ontdek meer Toponymie per onderwerp

Onze-Lieve-Vrouwekathedraal (Antwerpen)

Onze-Lieve-Vrouwekathedraal (Antwerpen)

De Onze-Lieve-Vrouwekathedraal is een kathedraal in de Belgische stad Antwerpen. De kathedraal staat aan de Handschoenmarkt en is de hoofdkerk van het bisdom Antwerpen. Ze is gewijd aan Maria. De kerk was een kathedraal tussen 1559 en 1803 en vanaf 1961 tot heden. De toren van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal is als onderdeel van een groep van 56 belforten in België en Frankrijk opgenomen op de lijst van werelderfgoed van UNESCO.

Antwerpen (stad)

Antwerpen (stad)

Antwerpen is een centrumstad in het Vlaams Gewest in België. Het is de hoofdstad van de provincie Antwerpen en van het gelijknamige arrondissement. Antwerpen telt ruim 530.000 inwoners (2022) en is daarmee qua inwonertal de grootste gemeente van België. Naar oppervlakte is het met 20.429 hectare de op twee na grootste gemeente, na Doornik en Couvin.

Grote Markt (Brussel)

Grote Markt (Brussel)

De Grote Markt is een monumentaal plein in het centrum van Brussel. Sinds de 14e eeuw is het een geplaveid, rechthoekig plein van 111 × 56 meter.

Brussel (stad)

Brussel (stad)

De stad (gemeente) Brussel is de hoofdstad van België, van de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De gemeente telt ongeveer 194.000 inwoners, waarvan ongeveer een derde in de historische Vijfhoek woont, ongeveer de helft in de noordelijke uitbreiding, in de deelgemeentes Laken, Neder-over-Heembeek en Haren en de rest in de buurten rond de Louizalaan, het Ter Kamerenbos en in de oostelijke uitbreiding, de Europese wijk, waarvan het grootste gedeelte ook bij de gemeente hoort.

Trapgevel

Trapgevel

Een trapgevel is een oude traditionele topgevel waarvan de bovenzijde zich naar boven toe trapsgewijs versmalt. Deze trappen worden vaak afgedekt met natuurstenen platen om inwateren tegen te gaan. De afdekstukken zijn afwaterend bewerkt en steken rondom buiten het metselwerk.

Dweersstraat

Dweersstraat

De Dweersstraat is een straat in de Brugge.

Begijnhof Kortrijk

Begijnhof Kortrijk

Het Begijnhof in Kortrijk werd in 1238 door Johanna van Constantinopel gesticht. Het gaaf bewaard middeleeuwse stadsdeel is een combinatie van een pleinbegijnhof en een straatbegijnhof. Sinds 2 december 1998 behoort het Kortrijkse begijnhof tot het cultureel en natuurlijk werelderfgoed van de UNESCO als onderdeel van de groepsinschrijving van Vlaamse begijnhoven.

Onze-Lieve-Vrouwekerk (Kortrijk)

Onze-Lieve-Vrouwekerk (Kortrijk)

De Onze-Lieve-Vrouwekerk is een kerk in de historische binnenstad van Kortrijk, België. Het is een kapittelkerk die in 1199-1211 werd opgericht door graaf Boudewijn IX van Vlaanderen binnen de omheining van zijn grafelijke burcht. Het portaal en het koor werden in de 18e eeuw gereconstrueerd. In de kapel achter het koor hangt een Kruisoprichting van Antoon van Dyck. De Gravenkapel werd in 1373 tegen de kerk aangebouwd en bevat muurschilderingen van de graven en gravinnen van Vlaanderen tot en met keizer Frans II. De meeste, zo niet alle, waren deels uitgewist, maar ze zijn in de 19e eeuw in historiserende stijl hersteld. Sinds 2022 heeft de kerk een gemengd gebruik en is het belevingscentrum over de Guldensporenslag er gevestigd, de opvolger van Kortrijk 1302.

Stadhuis van Leuven

Stadhuis van Leuven

Het stadhuis van Leuven is een van de bekendste gotische stadhuizen ter wereld en staat op de Grote Markt van Leuven.

Graslei

Graslei

De Graslei is een straat in het historische centrum van de Belgische stad Gent. De Graslei vormt de kaai op de rechteroever van de Leie. De kade en straat op de linkeroever is de Korenlei. Ze ligt tussen de Grasbrug en Sint-Michielsbrug in.

Geschiedenis

Zie Geschiedenis van Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Middeleeuwen

Een Vlaamse dame en heer in het jaar 1400, geïllustreerd in het kostuumboek "Théâtre de tous les peuples et nations de la terre avec leurs habits et ornemens divers, tant anciens que modernes, diligemment depeints au naturel". Gemaakt door Lucas d'Heere in de 2e helft van de 16e eeuw.[8]
Een Vlaamse dame en heer in het jaar 1400, geïllustreerd in het kostuumboek "Théâtre de tous les peuples et nations de la terre avec leurs habits et ornemens divers, tant anciens que modernes, diligemment depeints au naturel". Gemaakt door Lucas d'Heere in de 2e helft van de 16e eeuw.[8]

Het grondgebied van het huidige Vlaanderen was in de middeleeuwen verdeeld over meerdere feodale staten. De voornaamste waren het Graafschap Vlaanderen in het westen, het Hertogdom Brabant in het centrum en het Graafschap Loon in het oosten; het laatste werd in 1367 bij het Prinsbisdom Luik gevoegd. Het Graafschap Vlaanderen viel onder de Franse Kroon, terwijl het overige deel van het huidige Vlaanderen onderdeel was van het Heilige Roomse Rijk.

In 1384 werd het Graafschap Vlaanderen, in 1430 gevolgd door het Hertogdom Brabant, bij de Bourgondische Nederlanden gevoegd. De Pragmatieke Sanctie uit 1549 verenigde de Zeventien Provinciën (of Spaanse Nederlanden in brede zin) onder keizer Karel V. In 1581 verklaarden de provincies die samen de Unie van Utrecht vormden hun onafhankelijkheid van Spanje (Plakkaat van Verlatinge) en vormden de Verenigde Provinciën. Spaanse troepen heroverden echter grotendeels Vlaanderen en Brabant zodat de Zuidelijke Nederlanden onder Spaans bewind bleven en enkel de Noordelijke Provinciën samen een confederale republiek vormden. Als datum voor de (eerste) "Scheiding der Nederlanden" wordt vaak de Val van Antwerpen in 1585 genoemd.

Landkaart van Vlaanderen in 1609.
Landkaart van Vlaanderen in 1609.

Ancien régime

Na de slag bij Kassel van 1677 werd het meest westelijke deel van het Graafschap Vlaanderen (de streek rond Kassel, Belle en Ieper) bij Frankrijk gevoegd, wat bevestigd werd in 1678 door de Vrede van Nijmegen. De Zuidelijke Nederlanden zouden in 1713 met de Vrede van Utrecht van Spaanse in Oostenrijkse handen overgaan. Einde 1789 riepen de verschillende provincies, waaronder ook Vlaanderen en Brabant, de onafhankelijkheid uit, doch Oostenrijkse troepen keerden na een jaar terug. In 1792 werden de Oostenrijkse Nederlanden en het nog steeds onafhankelijke Prinsbisdom Luik door Frankrijk ingenomen, en na een korte Oostenrijkse herovering, in 1795 geannexeerd. Hiermee werd voor het eerst in de geschiedenis het grondgebied van het huidige Vlaanderen samengebracht. In 1815 werd Vlaanderen samen met het huidige Wallonië een deel van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden tijdens het Congres van Wenen na de definitieve nederlaag van Napoleon.

Met de Belgische Revolutie van 1830 scheurde België zich af van het huidige Nederland. Na enkele decennia van bewustwording ontstond de Vlaamse Beweging. In 1962 werd de taalgrens officieel vastgelegd, en in 1993 werd België officieel een federale staat. Vlaanderen wint sindsdien geleidelijk aan institutionele, politieke, financiële, culturele, economische en sociale autonomie.

Vlaamse autonomie

Zie Vlaamse Beweging voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Sinds het ontstaan van België kwam er een Vlaamse beweging tot stand die meer culturele en later bestuurlijke autonomie wenste voor Vlaanderen. Er zijn verschillende strekkingen binnen deze beweging. De meerderheid van de Vlaamse beweging ijvert voor een onafhankelijke staat binnen de Europese Unie. Een kleiner deel heeft als doel een confederaal België of autonomer Vlaanderen als doelstelling. Een kleine minderheid wenst een hereniging van Vlaanderen en de Noordelijke Nederlanden tot een Groot-Nederland of een nieuwe confederale samenwerking met Nederland.

Vooral de rechtse partijen in Vlaanderen hebben een duidelijk staatkundig programma dat voor meer autonomie of Vlaamse onafhankelijkheid ijvert. Dit zijn N-VA, Vlaams Belang en LDD. Bij CD&V heerst er vooral het doel voor meer autonomie binnen de Belgische structuur.

Ontdek meer Geschiedenis per onderwerp

Geschiedenis van Vlaanderen

Geschiedenis van Vlaanderen

Dit artikel beschrijft de geschiedenis van Vlaanderen. Let op het verschil tussen het moderne Vlaanderen en het graafschap Vlaanderen. Zo besloeg het graafschap de huidige provincies West- en Oost-Vlaanderen, een stukje van Henegouwen en een stukje van Antwerpen (provincie), Frans-Vlaanderen en Zeeuws-Vlaanderen. Het huidige Vlaanderen, omvat als het Vlaams Gewest de provincies West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Antwerpen, Vlaams-Brabant en Limburg en als Vlaamse Gemeenschap heeft het daarbij ook persoonsgebonden bevoegdheden in Brussel. Dit artikel behandelt de geschiedenis van het grondgebied van de huidige Belgische deelstaat Vlaanderen.

Lucas d'Heere

Lucas d'Heere

Lucas d'Heere was een Vlaamse schilder, dichter en schrijver. Ook maakte hij kartons voor wandtapijten. Hoewel latere literaire critici zijn literaire werk een beperkte waarde toedichten, was hij in zijn tijd een bekend en populair kunstenaar en intellectueel die graag gezien werd in de adellijke kringen.

Middeleeuwen

Middeleeuwen

De middeleeuwen vormen, in de historiografische indeling of periodisering van de geschiedenis van Europa, de periode tussen de klassieke oudheid en de vroegmoderne tijd. Traditioneel situeert men dit - door Italiaanse humanisten geïntroduceerde - tijdvak tussen de val van het West-Romeinse Rijk in de 5e eeuw, en de renaissance die in de 14e eeuw in Italië begon. Afhankelijk van de focus die historici hanteren bestaat er echter nogal wat variatie in de afbakening van deze periode. De middeleeuwse periode wordt zelf weer onderverdeeld in de vroege, hoge en late middeleeuwen.

Graafschap Vlaanderen

Graafschap Vlaanderen

Het graafschap Vlaanderen is een historisch gebied dat aanvankelijk deel uitmaakte van West-Francië en vanaf 1464 van de (zuidelijke) Nederlanden. Het graafschap bestond van 862 tot 1795.

Hertogdom Brabant

Hertogdom Brabant

Het hertogdom Brabant vormde, vanaf de late middeleeuwen tot aan de negentiende eeuw, een politieke en culturele eenheid in de Nederlanden. Het hertogdom Brabant besloeg het grondgebied van enerzijds de drie huidige Belgische provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant, Antwerpen plus het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en anderzijds het overgrote deel van de hedendaagse Nederlandse provincie Noord-Brabant. Verder hingen ook de zogenaamde landen van Overmaas af van de hertog van Brabant, alsook het Duitse Herzogenrath.

Graafschap Loon

Graafschap Loon

Het graafschap Loon was een historisch graafschap in het Heilige Roomse Rijk. Omstreeks 1020 omvatte het slechts de streek van Borgloon, maar tegen 1200 strekte het zich uit over een groot deel van het huidige Belgisch-Limburg. Vanaf 1366 was het in personele unie met het prinsbisdom Luik, maar het bleef een eigen politieke entiteit tot de Franse tijd.

Prinsbisdom Luik

Prinsbisdom Luik

Het prinsbisdom Luik of (hoog)stift Luik, was oorspronkelijk een bisdom waarover bisschop Notger in 980 van keizer Otto II van het Heilige Roomse Rijk de heerlijke rechten kreeg en dus naast de geestelijke macht ook de wereldlijke macht kon uitoefenen. Vanaf dat ogenblik werd een deel van het bisdom Luik een prinsbisdom en genoot het immuniteit onder bescherming van de keizer. Het was de facto een semi-zelfstandig land geworden.

Koninkrijk Frankrijk

Koninkrijk Frankrijk

Het koninkrijk Frankrijk was een staat in West-Europa die ruim 800 jaar bestond en vanaf de 16e eeuw een grote mogendheid in Europa was. Het koninkrijk was kleiner dan het huidige Frankrijk, maar omvatte tot in de 16e eeuw ook Kroon-Vlaanderen, het westelijke en grootste deel van het graafschap Vlaanderen.

Heilige Roomse Rijk

Heilige Roomse Rijk

Het Heilige Roomse Rijk was een rijk in Centraal-Europa en omringende gebieden. 'Rooms' betekent in dit verband zowel 'romeins' als 'gelegitimeerd door het hoogste kerkelijke gezag in Rome'. De keizer werd gezalfd en gekroond door het hoofd van de Kerk, de paus. Het Rijk werd op gezag van keizer Napoleon in 1806 opgeheven. Het was geen staat in de moderne betekenis van het woord, maar een politiek verband van wereldlijke en kerkelijke gebieden die direct of indirect onderworpen waren aan de soevereiniteit van de Rooms-Duitse keizer of koning.

Pragmatieke Sanctie (1549)

Pragmatieke Sanctie (1549)

De Pragmatieke Sanctie van 4 november 1549 was een regeling voor de erfopvolging van de heersers over de verschillende graafschappen, hertogdommen en heerlijkheden in de Habsburgse Nederlanden, die werd uitgevaardigd door keizer Karel V. Hij bepaalde hierin dat de Zeventien Provinciën steeds als één en ondeelbaar geheel overgeërfd zouden worden aan één heerser.

Keizer Karel V

Keizer Karel V

Keizer Karel V, vóór zijn mondigverklaring Karel van Luxemburg genoemd, was een telg uit het Huis Habsburg. Vanaf 1506 tot 1555 was hij de landsheer van uiteindelijk alle Nederlandse gewesten, van 1516 tot 1556 als Karel I koning van Spanje en van 1519 tot 1556 als Karel V Rooms-Duits keizer. In Vlaanderen staat hij algemeen bekend als keizer Karel, in Nederland als Karel V.

Beleg van Antwerpen (1584-1585)

Beleg van Antwerpen (1584-1585)

Het Beleg van Antwerpen tijdens de Tachtigjarige Oorlog begon op 3 juli 1584, duurde veertien maanden en eindigde op 17 augustus 1585 met wat de Val van Antwerpen wordt genoemd, die een eind bracht aan de Gouden Eeuw van Antwerpen. Antwerpen werd tijdens het beleg geleid door Filips van Marnix van Sint-Aldegonde in de strijd tegen het reguliere leger onder leiding van Alexander Farnese, hertog van Parma.

Geografie

Topografie

De totale oppervlakte van Vlaanderen bedraagt 13.682,38 km². Wanneer men het Brussels Hoofdstedelijk Gewest echter niet meerekent bedraagt deze 13.521 km² (2007). De grensomtrek van Vlaanderen bedraagt 796 km waarvan 66 km kustlijn. In totaal zijn er 178 grensovergangen. De belangrijkste steden in Vlaanderen zijn Brussel, Antwerpen, Gent, Brugge, Leuven, Mechelen, Aalst, Kortrijk, Hasselt, Sint-Niklaas, Oostende, Roeselare en Genk.

De hoogste punten van Vlaanderen zijn het Stroevenbos en de Reesberg in de gemeente Voeren met een hoogte van 287,5 m. Het hoogste punt van Vlaanderen met uitzondering van de Voerstreek is de Kemmelberg in Kemmel (156 m). Dit is dan ook zonder de mijnterrils van Winterslag en Waterschei gerekend, hun toppen bevinden zich respectievelijk op 163 en 165 meter boven het zeeniveau.

Per provincie zijn dit de hoogste punten:

Het geografisch middelpunt van Vlaanderen bevindt zich in Opdorp, vlak bij het "drieprovinciënpunt" tussen Oost-Vlaanderen, Antwerpen en Vlaams-Brabant.

De grootste gemeenten naar oppervlakte zijn:

Nr. Gemeente Oppervlakte (km²) Provincie Arrondissement
1 Antwerpen 204,29 Vlag Antwerpen (provincie) Antwerpen Antwerpen
2 Gent 157,74 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Gent
3 Beveren 152,69 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Sint-Niklaas
4 Diksmuide 150,76 Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen Diksmuide
5 Brugge 140,99 Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen Brugge
6 Ieper 131,46 Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen Ieper
7 Deinze 127,42 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Gent
8 Poperinge 120,37 Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen Ieper
9 Aalter 119,19 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Gent
10 Oudsbergen 116,24 Vlag Limburg Limburg Maaseik

Hydrografie

Zie Hydrografie van Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlaanderen telt drie stroomgebieden:

Beheer van het oppervlaktewater gebeurt door de Polders en Wateringen, de provincies, de Vlaamse Milieumaatschappij en de De Vlaamse Waterweg. Zes bedrijven zijn verantwoordelijk voor de productie van drinkwater uit dit oppervlaktewater.

Pedologie

De pedologie stelt dat de noordelijke regionen van de huidige Vlaamse bodem voornamelijk bestaan uit natte en droge zand- en lemig-zandgronden. Het oosten (voornamelijk Limburg) wordt daarnaast gekenmerkt door een significante grindbijmenging. De streek ten noorden van Antwerpen bestaat langs beide oevers van de Schelde uit historische polders. Het zuiden van het huidige Vlaanderen (en de streek rond Dendermonde, Mechelen en Lier) daarentegen bestaat voornamelijk uit droge en natte leemgronden, leemgronden op zand en op klei, natte en droge zandleemgronden en leemgronden op zand. De streek rond Leuven kenmerkt zich daarnaast door een specifieke bijmenging van limoniet-zandsteen. De kuststreek ten slotte kenmerkt zich door duingronden, historische polders, oudland, middelland en overdekte pleistocene gronden.

Stratigrafie

De bodem van het huidige Vlaanderen, zo blijkt uit stratigrafisch onderzoek, werd grotendeels gevormd tijdens het Eoceen, de kuststrook tijdens het Holoceen en de Noorderkempen en het noorden van de provincie Limburg tijdens het Pleistoceen. De Zuiderkempen ontstonden hoofdzakelijk tijdens het Plioceen, Mioceen en Oligoceen. Het zuiden van de provincie Limburg en het westen van Vlaams-Brabant werden eveneens gevormd in het oligoceen en het uiterste zuiden van de provincie Limburg (streek ten zuiden van Tongeren) tijdens het Krijt. Het noorden van de provincie Oost-Vlaanderen ten slotte ontstond tijdens het Pleistoceen.

Lithologie

De lithologie stelt dat bijna heel Vlaanderen bestaat uit tertiair en pleistoceen zand. In grote delen van Limburg bevinden zich daar bijkomend Grindafzettingen. In de kuststrook bestaat de bodem daarentegen uit duinzand en in haar hinterland (de kustvlakte), de streek rond Antwerpen, het Maasland en het Meetjesland bestaat de bodem uit polderklei en rivieralluvia. Dit geldt vanzelfsprekend ook voor de directe omgeving van de grote rivieren. In het zuiden van Oost- en West-Vlaanderen, Vochtig Haspengouw, de Groentestreek en in het noorden van de provincie Vlaams-Brabant ten slotte bestaat de bodem grotendeels uit tertiaire klei. De leemgrens loopt min of meer parallel met de 51e breedtegraad door de regio, ten noorden hiervan bevindt zich dekzand. In Lommel wordt sedert 1891 kwartszand van hoge kwaliteit gewonnen. Het voorkomen werd ontdekt in 1845. Dit zeer zuivere zand wordt onder meer gebruikt bij de glasfabricage. Men vindt het ook in Dessel en Mol. De firma Sibelco, die deze zanden exploiteert, is tegenwoordig actief over de gehele wereld. In het bezoekerscentrum naast het GlazenHuis in Lommel vindt men de grootste verzameling zandsoorten ter wereld, met meer dan 13.000 zandmonsters.

Geografische streken

Zie Laag-België voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Geografisch gezien begint laag-België in het westen met de kuststrook van de Noordzee. De streek bestaat uit een zandstrand met duinen, die zich in een rechte lijn over een afstand van circa 65 km uitstrekken. Achter de kust liggen de polders, een vlak en zeer vruchtbaar land dat vroeger regelmatig door de zee werd overspoeld, maar nu drooggelegd is en door sluizen tegen de sterke getijdenwerking wordt beschermd. Tussen de westelijke polders, de Leie en de Schelde ligt de Vlaamse Laagvlakte (soms ook wel opgesplitst in Zandlemig Vlaanderen en Zandig Vlaanderen), een zandstreek die hier en daar heuvelachtig is. Deze heuvelruggetjes worden de West-Vlaamse heuvels en de Vlaamse Ardennen genoemd. In het verlengde van de Vlaamse Laagvlakte, naar het oosten toe, liggen de Kempen. Het landschap bestaat vooral uit dennenbossen, weiland en maïsvelden. Ten zuiden hiervan streken zich van west naar oost de Groentestreek, het Hageland en Vochtig Haspengouw uit. Zandlemig Vlaanderen, Zandig Vlaanderen en de Groentestreek worden gezamenlijk ook wel aangeduid als Binnen-Vlaanderen. In het uiterste oosten van Vlaanderen bevindt zich het Maasland en de Voerstreek die deel uitmaakt van het Land van Herve. Ten slotte strekken de Brabantse Leemstreek en Droog Haspengouw zich uit over de zuidelijke delen van Vlaams-Brabant en Limburg.

Urbanisatiegraad

Situatie 2009: in Vlaanderen is tussen steden en dorpen aanzienlijk meer bebouwing dan in Nederland. Een meerderheid (70%) van de Vlamingen woont niet in een dorp of stad, maar in het nevelgebied daartussen.[9]
Situatie 2009: in Vlaanderen is tussen steden en dorpen aanzienlijk meer bebouwing dan in Nederland. Een meerderheid (70%) van de Vlamingen woont niet in een dorp of stad, maar in het nevelgebied daartussen.[9]

Vlaanderen heeft een relatief hoge bevolkingsdichtheid en vormt daarnaast dankzij zijn centrale ligging een van de belangrijkste verkeersknooppunten in West-Europa. Deze verkeersaders doorkruisen de regio van noord naar zuid en van oost naar west. Hierdoor ontstaat er enerzijds een hoge druk op de open ruimte en het leefmilieu, maar anderzijds wordt er economische activiteit en bewoning aangetrokken. Vlaanderen behoort met bijna zeven en een half miljoen inwoners op 13.682 km² tot de meest verstedelijkte gebieden in de wereld. Vlaanderen telt vijf grote steden met meer dan 100.000 inwoners: Brussel, Antwerpen, Gent, Brugge en Leuven. Andere belangrijke centrumsteden zijn Hasselt, Kortrijk, Mechelen, Aalst, Oostende, Turnhout, Sint-Niklaas, Roeselare en Genk. Daarnaast zijn er nog tal van kleine steden. De grote steden hebben een sterke invloedssfeer op het omliggende hinterland. Deze wordt beïnvloed door de afstand tot en de impact van regionale centra. Ondanks tal van urbanisatieproblemen (zoals huisvestingsproblemen) blijven de Vlaamse kernsteden groeien, zij het vooral door migratie.

Deze urbanisatie ontstond door het erfpachtrecht, dat voor een verkleining van de percelen zorgde op het platteland. Door de gunstige ligging van de steden groeiden deze sterk vanaf het begin van de 19e eeuw door middel van woon- en verkeerslinten in het omgevende platteland. Hierdoor trad een verstedelijking van het platteland op met de stadsrand tot gevolg. De landbouw werd schaarser in deze rand en er kwam een emigratie op gang vanuit de stadskern naar de stadsrand. Dit ging gepaard met verkrotting in de stadskern op plaatsen waar de vrije ruimte niet door economische activiteiten werd benut. De morfologische verstedelijking strekt zich inmiddels uit tot voorbij de agglomeratie en reikt tot in de banlieues. In deze forensenwoonzone domineren verstedelijkte kenmerken de levenswijze van de bevolking. Dit fenomeen wordt Rasterstad Vlaanderen genoemd.

Kenmerkend is ook de lintbebouwing: deze ontstond vooral door een gebrek aan regulering waardoor huizen langs alle verharde wegen begonnen op te duiken. Vlaanderen voelt daardoor dichter bebouwd aan dan het eigenlijk is. Deze verspreide bebouwing zorgt voor vele problemen: de aanleg van nutsvoorzieningen is duurder dan elders, het openbaar vervoer is moeilijker te organiseren, er zijn meer verkeersdoden doordat de meeste doorgaande wegen volstaan met huizen waardoor lokaal verkeer en doorgaand verkeer op dezelfde wegen rijden. Ook hebben dieren het moeilijk met overleven doordat hun leefgebieden verspreid liggen. Nieuwe projecten zoals bedrijventerreinen zijn door de ruimtelijke rommeligheid ook moeilijk in te planten.

Meteorologie

Zie Meteorologie in Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlaanderen heeft een gematigd zeeklimaat aan de kust en zijn hinterland. In de rest van de regio heerst een gewijzigd zeeklimaat, met matige temperaturen, overwegend westenwinden, sterke bewolking en regelmatige neerslag. De gemiddelde jaartemperatuur bedraagt 9 à 10 °C, de gemiddelde januaritemperatuur 2 à 3 °C en de gemiddelde julitemperatuur ongeveer 17 °C. De jaarlijkse neerslag is ongeveer 800 mm, die verspreid over alle maanden valt. Er kunnen twee klimaattypes onderscheiden worden.

Bestuurlijke indeling

Zie Bestuurlijke indeling van Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlaanderen maakt deel uit van de Europese Unie en van de federale staat België, deze is opgedeeld bij Bijzondere wet tot hervorming der instellingen (1980) in drie gewesten en drie gemeenschappen. Officieel bestaat het huidige Vlaanderen dus uit twee entiteiten, namelijk het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap. De Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Gewest werden zowel voor de wetgevende als voor de uitvoerende macht samengevoegd.

Zo ontstonden het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering. De Vlaamse overheidsdiensten zijn gevestigd in de hoofdstad Brussel. Deze stad maakt echter geen deel uit van het Vlaams Gewest, maar vormt zelfstandig met 18 omliggende gemeenten het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Op het vlak van gemeenschapsbevoegdheden vallen de Nederlandstalige Brusselaars onder de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap. De regio is verder opgedeeld in 5 provincies, 23 administratieve arrondissementen (waarvan 1 Brussels), 35 provinciedistricten, 111 kantons (waarvan 8 Brusselse) en 327 gemeenten (waarvan 19 Brusselse).

Provincie Hoofdplaats Bevolking Oppervlakte Bevolkingsdichtheid
1 Antwerpen Antwerpen 1.875.524 2.867 km² 587 / km²
2 Limburg Hasselt 880.397 2.414 km² 333 / km²
3 Oost-Vlaanderen Gent 1.531.745 2.991 km² 459 / km²
4 Vlaams-Brabant Leuven 1.162.084 2.106 km² 493 / km²
5 West-Vlaanderen Brugge 1.203.312 3.125 km² 362 / km²

Aangrenzende regio's

Vlaanderen grenst in het noorden aan Nederland en meer bepaald in het noordwesten aan Zeeland, centraal in het noorden aan Noord-Brabant en in het (noord)oosten aan Limburg. In het zuiden grenst Vlaanderen aan Wallonië en in het zuidwesten aan de Franse regio Hauts-de-France (meer specifiek het Noorderdepartement).

   Aangrenzende regio's   
 Zeeland (NL)       Noord-Brabant (NL)        
      Brosen windrose nl.svg      
 Noordzee   Limburg (NL) 
           
 Hauts-de-France (FR)       Wallonië       Luik (provincie) 

Ontdek meer Geografie per onderwerp

Oppervlakte

Oppervlakte

De oppervlakte van een vlakke meetkundige figuur, of algemener van een tweedimensionaal meetkundig object, is een maat voor de grootte ervan.

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is sinds 1989 een van de drie gewesten van België en bestaat uit 19 gemeenten, waaronder de stad Brussel, die de hoofdstad van België is. Het Gewest vormt een enclave in Vlaanderen die een totale oppervlakte van 161 km² heeft en 1.233.793 inwoners telt. Het hele stedelijk gebied van Brussel, inclusief de voorsteden buiten het eigenlijke gewest, telt ongeveer 1,8 miljoen inwoners en is daarmee de grootste agglomeratie van het land. Zowel de Vlaamse als Franse Gemeenschap oefenen hun bevoegdheden uit op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Omtrek

Omtrek

De omtrek van een vlakke (tweedimensionale) figuur is de totale lengte van de buitenzijde. Simpel gezegd is het de afstand die je aflegt als je over de rand rondom de figuur loopt. Ook de rand zelf wordt wel "omtrek" genoemd. Het woord omtrek duidt op de beweging om de figuur en is waarschijnlijk afkomstig van Simon Stevin. Synoniem is het Griekse woord perimeter dat letterlijk "omheen meten" betekent.

Kilometer

Kilometer

De kilometer is een van het SI afgeleide eenheid van lengte, gelijk aan 1000 meter. De kilometer is sedert de invoering van het metriek stelsel de gebruikelijke eenheid om een reisafstand over land aan te geven. In sommige landen wordt hiervoor de mijl gebruikt.

Kust

Kust

De kust is het overgangsgebied tussen het land en de zee. Bij een meer of een rivier spreekt men van oever. Met de kust wordt ook weleens het strand bedoeld.

Grens

Grens

Een grens vormt de scheidingslijn tussen twee landen of andere eenheden, die soms de vorm van een fysieke grensbarrière aanneemt.

Brussel (stad)

Brussel (stad)

De stad (gemeente) Brussel is de hoofdstad van België, van de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De gemeente telt ongeveer 194.000 inwoners, waarvan ongeveer een derde in de historische Vijfhoek woont, ongeveer de helft in de noordelijke uitbreiding, in de deelgemeentes Laken, Neder-over-Heembeek en Haren en de rest in de buurten rond de Louizalaan, het Ter Kamerenbos en in de oostelijke uitbreiding, de Europese wijk, waarvan het grootste gedeelte ook bij de gemeente hoort.

Antwerpen (stad)

Antwerpen (stad)

Antwerpen is een centrumstad in het Vlaams Gewest in België. Het is de hoofdstad van de provincie Antwerpen en van het gelijknamige arrondissement. Antwerpen telt ruim 530.000 inwoners (2022) en is daarmee qua inwonertal de grootste gemeente van België. Naar oppervlakte is het met 20.429 hectare de op twee na grootste gemeente, na Doornik en Couvin.

Gent

Gent

Gent is de hoofdstad en grootste centrumstad van de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en van het arrondissement Gent. Gent heeft een oppervlakte van 15.774 hectare en telt ruim 260.000 (ingeschreven) inwoners (2020), waarmee het naar inwonertal de op een na grootste gemeente van België is, na Antwerpen. De stad is tevens de hoofdplaats van het kieskanton Gent en telt vijf gerechtelijke kantons.

Aalst (Oost-Vlaanderen)

Aalst (Oost-Vlaanderen)

Aalst is de op een na grootste centrumstad in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en de naar inwonertal vijfde stad van Vlaanderen. De stad telt 89.915 inwoners (2023), die Aalstenaars worden genoemd. De plaatselijke benaming van Aalst luidt Oilsjt. Aalst staat vooral bekend om haar carnaval. Sint-Maarten is de patroonheilige van de stad. Aalst is gelegen aan de rivier de Dender en behoort toe tot de Denderstreek en de Denderregio. De stad is onder meer bekend voor haar carnaval en als vestigingsplaats voor: Tereos Syral, Jan de Nul, de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) en Stokerij Van der Schueren. Aalst is ongeveer 25km verwijderd van Brussel en ongeveer 30km van Gent. De Molenbeek-Ter Erpenbeek stroomt door Aalst.

Hasselt (België)

Hasselt (België)

Hasselt is de hoofdstad en grootste centrumstad van de Belgische provincie Limburg en telt ongeveer 80.000 inwoners, die Hasselaren worden genoemd. Hiermee is het naar inwonersaantal de kleinste provinciehoofdstad van Vlaanderen. De stad is de zetel van het bisdom Hasselt en ook de hoofdplaats van het kieskanton en de twee gerechtelijk kantons Hasselt. Hasselt is gelegen aan het Albertkanaal en de Demer, op de grens van Vochtig-Haspengouw en de Kempen, midden in de Grensregio Vlaanderen-Nederland.

Genk

Genk

Genk is een gemeente en centrumstad in de Belgische provincie Limburg. Het is de hoofdplaats van het kieskanton en het gerechtelijk kanton Genk. De stad telt meer dan 66.000 inwoners en is een van de belangrijkste industriële steden van Vlaanderen. In het verleden waren er drie steenkoolmijnen en later werd haar ligging aan autosnelweg E314 en het Albertkanaal economisch belangrijk. Genk verwierf in 1999 de stadstitel. Ze grenst aan Hasselt, Zutendaal, Oudsbergen, Houthalen-Helchteren, Zonhoven, Diepenbeek, Bilzen en As.

Demografie

Bevolkingssamenstelling

Vlaanderen (met Brussel) telde op 1 januari 2019 7.797.611 inwoners, hiervan wonen er 6.589.069 inwoners in het Vlaams Gewest.[10] In Brussel wonen er naar schatting 154 000 Nederlandstaligen. De bevolkingsdichtheid van Vlaanderen bedraagt 462 inwoners per km² (zonder Brussel). In het Vlaams Gewest wonen 3.260.033 mannen en 3.329.036 vrouwen. In Brussel zijn dit er respectievelijk 592.429 en 616.113. Er zijn 1.277.456 minderjarigen en 1.332.051 gepensioneerden. De overige 3.979.562 bevindt zich in de leeftijdscategorie 18 tot en met 64 (ook wel de actieve bevolking genoemd).[11]

In 2019 waren er in het Vlaams Gewest 2.815.769 huishoudens en in Brussel 551.243.[12] De huishoudens in het Vlaams Gewest bestonden in 2008 uit 355.028 alleenstaande mannen en 412.105 alleenstaande vrouwen. 880.114 bestonden uit twee personen, 407.224 uit drie personen, 353.473 uit vier personen, 120.570 uit vijf personen, 33.133 uit zes personen, 9249 uit zeven personen en 6.078 uit acht of meer personen. De gemiddelde grootte van de huishoudens lag bijgevolg in 2008 op 2,36 gezinsleden in het Vlaams Gewest. In datzelfde jaar waren er 635.170 echtparen zonder kinderen, 279.742 met een kind, 288.690 met twee kinderen en 128.047 met drie of meer kinderen. Daarnaast waren er 70.323 alleenstaande vaders met een kind, 33.814 met twee kinderen en 1.744 met drie of meer kinderen. Bij de alleenstaande moeders met kinderen zijn de aantallen respectievelijk 135.150 (1), 66.835 (2) en 23.998 (3 of meer).[13]

Geboortecijfers

In 2008 werden in het Vlaamse en Brusselse Gewest tezamen 69.605 kinderen geboren van wie de moeder in het Vlaamse Gewest woonde. In 2008 werden er in totaal 2.364 kinderen meer geboren dan het jaar ervoor. In vergelijking met 2002 (diepterecord) werden er 9.181 kinderen meer geboren. In de hele periode tussen 1999 en 2008 werden er steeds 2% meer jongens geboren dan meisjes, uitzonderingen hierop vormen de jaren 1998 en 2005 toen er 3% meer jongens werden geboren. In 2008 lag het gemiddelde geboortegewicht van eenlingen op 3.356 gram. Van 66.688 levend geboren eenlingen was het geboortegewicht gekend, van 82 niet. Jongens wegen in Vlaanderen bij hun geboorte gemiddeld 3.420 gram en meisjes gemiddeld 3.288 gram. In 2007-'08 werd bij 1983 kinderen oftewel 1,5% van de levend geboren kinderen een aangeboren afwijking geregistreerd. Aangeboren afwijkingen kunnen zowel genetisch bepaald zijn als het gevolg zijn van een ongunstige zwangerschap of bevalling. In 2007-'08 werd bij 1/4 van de levend geboren kinderen de bevalling kunstmatig ingeleid. In 2003-'04 was dat nog bij 1/3 van de levend geboren kinderen. 1 op de 5 kinderen kwam in de periode 2007-'08 via keizersnede ter wereld. In 2008 werden er in het Vlaamse Gewest 68.313 vrouwen moeder van 1 of meer kinderen. Voor 32.437 vrouwen was dit hun eerste kind. De gemiddelde leeftijd van die vrouwen bedroeg 27,6 jaar. 9.709 moeders hadden niet de Belgische nationaliteit en 57% van de moeders was gehuwd. Gemiddeld krijgen de vrouwen in het Vlaamse Gewest 1,82 kinderen.[14]

Sterftecijfers

Jaarlijks overlijden er gemiddeld 56.400 mensen in Vlaanderen. Op 2003 na sterven er jaarlijks gemiddeld meer mannen dan vrouwen. Zo sterven er gemiddeld jaarlijks 28.600 mannen en 27.800 vrouwen. In de Vlaamse bevolkingspiramide zijn er meer mannen dan vrouwen tot de leeftijd van 63 jaar. Vanaf de leeftijdscategorie +63-jarigen slaat dit om in een voordeel voor de vrouwen. In 2000 lag de leeftijd waarop de vrouwen in aantal het overwicht namen op de mannen nog op 58 jaar. Dit komt doordat de sterfterisico's van mannen de afgelopen jaren sneller daalden dan die van vrouwen. Vanaf de leeftijd van 85 jaar bij mannen en 88 jaar bij vrouwen sterft jaarlijks 10% of meer van deze bevolkingsgroep. Het sterfterisico is vooral hoog in het eerste levensjaar en vanaf 50 jaar. Vanaf 30 jaar voor vrouwen en 40 jaar voor mannen stijgen de sterftekansen exponentieel. Bij mannelijke adolescenten (15-19 jaar) en jonge mannen (20-34 jaar) is er een relatieve oversterfte ten opzichte van de daaropvolgende leeftijdsgroepen. De belangrijkste doodsoorzaken in deze leeftijdscategorie zijn vervoersongevallen en suïcide. De sterftekans bij zuigelingen ligt in het Vlaams Gewest op 437 per 100.000 voor jongens en 361 per 100.000 voor meisjes. De belangrijkste doodsoorzaken zijn aangeboren afwijkingen, aandoeningen van de moeder en complicaties van de zwangerschap en/of de bevalling. De laagste sterftecijfers zijn te vinden in de groepen 5 tot 9 jaar en 10 tot 14 jaar (9 tot 10 per 100.000). Op de leeftijd van 50-54 jaar (mannen) en 55-59 jaar (vrouwen) evenaart het sterfterisico dat van het eerste levensjaar. Tot de leeftijd van 39 jaar sterven mannen en vrouwen in grote lijnen door gelijkaardige oorzaken: aangeboren afwijkingen, ongevallen en suïcide. Vanaf de leeftijd van 40 tot en met 69 jaar sterven vrouwen in de eerste plaats aan borstkanker, mannen door suïcide (40 tot 49 jaar) en longkanker (50 tot 79 jaar). Daarna volgen voor zowel mannen als vrouwen de ischemische hartziekten en andere cardiovasculaire aandoeningen. De gemiddelde levensverwachting van een jongen die in 2008 geboren werd, ligt in Vlaanderen op 78,1 jaar en voor een meisje uit datzelfde geboortejaar op 83,1 jaar. De levensverwachting bij geboorte voor mannen steeg in de periode 1999-2008 van 75,1 naar 78,1 jaar. Dat is een gemiddelde jaarlijkse stijging van 3,5 maanden. De levensverwachting bij geboorte voor vrouwen steeg in diezelfde periode gemiddeld met 2,5 maanden per jaar: van 81,0 naar 83,1 jaar. In 2008 stierf 22,9% thuis, 49,8% in een ziekenhuis, 23,6% in een bejaardentehuis en 3,7% elders. Opvallend is dat er meer mannen thuis sterven (27%) dan vrouwen (18,9%), in ziekenhuizen (53,4% t.o.v. 46,1%) en elders (4,7% t.o.v. 2,6%). Vrouwen sterven daarentegen vaker in bejaardentehuizen (32,3% t.o.v. 15%).[15]

Migratie

Zie Migratie in Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Het hedendaagse Vlaanderen is door de eeuwen heen redelijk sterk vermengd geraakt door de vele migratiestromen. De oorspronkelijke bewoners van wat nu Vlaanderen is waren de Belgae. In 57 v.Chr. komen de Romeinse legioenen en in hun voetsporen tal van anderen (handelaren, ambachtslui, edelmannen en legionairs op pensioen etc.) uit heel het Romeinse rijk. Vervolgens komen de Frisiavones, de Salische Franken en tal van Vikingen zich vestigen in het huidige Vlaanderen. Al vanaf de middeleeuwen ontstond er een migratie vanuit verschillende dorpen die door overstromingen of beschadiging volledig vernield werden: de verdwenen dorpen in Vlaanderen.

Vanaf 1920 waren het voornamelijk Italianen en Oost-Europeanen die als gastarbeider naar België kwamen. Vlaanderen had op dat moment een grote nood aan arbeiders voor de industrie en de mijnbouw. In de jaren 50 ging de staat vooral op zoek naar arbeiders in Italië en Griekenland. Dit deden ze door middel van affiches met belofte van hoge salarissen en pensioenen. Doordat de werkloosheid in Italië zo enorm hoog lag, gingen vele duizenden op het voorstel in. De grootste concentraties aan vreemdelingen die dit tot gevolg had, trof men voornamelijk aan rond de Kempense steenkoolbekkens en in grote industriesteden zoals Antwerpen, Brussel en Gent.

Tegenwoordig vestigden zich voornamelijk rijkere migranten zich in de grensgebieden en in de omgeving van de hoofdstad. Gedurende de 20e eeuw vond er eveneens een interne migratie plaats van de Franstalige burgerij en adel vanuit heel België (en dus ook vanuit Vlaanderen), maar vooral vanuit Brussel die zich in de groene gordel van beide provincies Brabant rond de hoofdstad vestigden. Ook komen er asielzoekers naar België. Ze komen vaak uit landen waar burgeroorlogen woeden en beroepen zich op het Internationaal Verdrag betreffende de Status van Vluchtelingen dat opgesteld werd op 28 juli 1951 door de Verenigde Naties en ondertekend werd door België.

Bevolkingsevolutie

Voor de provincies Vlaams-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn de cijfers voor de jaren 1846 tot en met 1990 gebaseerd op de historische inwoneraantallen van de gemeenten die actueel deel uitmaken van deze provincies.

Inwonersaantallen × 1.000

Provincie 1846 1856 1866 1876 1880 1890 1900 1910 1920 1930 1947 1960 1970 1980 1990 2000 2010 1846

index

1890

index

1947

index

1990

index

2000

index

2010

index

2022
Vlaams Gewest 2.360 2.458 2.746 3.028 3.357 3.761 3.763 4.191 4.608 5.740 5.939 6.252 100 128 195 243 252 265 6.692
Antwerpen 406 434 466 538 577 700 819 969 1.017 1.173 1.281 1.443 1.533 1.574 1.597 1.644 1.745 100 172 316 393 405 430 1.884
Oost-Vl. 793 777 806 863 882 950 1.030 1.120 1.107 1.149 1.217 1.272 1.310 1.330 1.331 1.362 1.432 100 120 153 168 172 181 1.542
West-Vl. 643 625 642 684 692 738 805 874 804 902 996 1.069 1.054 1.078 1.102 1.128 1.159 100 115 155 171 175 180 1.208
Vl.-Br. 332 349 384 417 462 522 535 599 654 965 1.014 1.077 100 126 197 290 305 324 1.172
Limburg 186 192 195 205 211 223 241 276 300 368 460 575 653 711 745 791 839 100 120 247 401 425 451 885
Brussel 211 309 437 520 626 762 806 892 956 964 959 1.090 100 247 454 458 455 517 1.217

Geografische spreiding van de bevolking

10% Opp. 20% Opp. 30% Opp. 40% Opp. 50% Opp. 60% Opp. 70% Opp. 80% Opp. 90% Opp. Inw./km²
1846 Inw. 25,6% 38,4% 50,3% 61,5% 72,0% 79,7% 86,4% 92,4% 96,5% 174
1900 Inw. 34,9% 46,1% 56,7% 65,6% 73,6% 80,5% 86,9% 92,5% 96,7% 246
1947 Inw. 32,1% 44,9% 53,7% 63,5% 70,5% 78,0% 84,4% 89,6% 95,0% 337
2000 Inw. 25,4% 37,7% 48,9% 58,6% 67,6% 75,6% 82,4% 89,7% 96,1% 439
2008 Inw. 25,5% 37,5% 48,6% 58,9% 67,6% 75,6% 83,1% 89,8% 96,2% 456

Gemeenten naar inwonertal

Naar inwonertal zijn de grootste Vlaamse gemeenten:

Nr. Gemeente 1846

Inw.

1900

Inw.

1947

Inw.

2000

Inw.

2010

Inw.

1846

index

1900

index

1947

index

2000

index

2010

index

Opp.

km²

Inw. per

km²

Provincie of gewest
1 Antwerpen 118.682 383.557 526.396 446.525 483.505 100 323 444 376 407 204,51 2.364 Vlag Antwerpen (provincie) Antwerpen
2 Gent 128.828 222.895 254.216 224.180 243.366 100 173 197 174 188 156,18 1.558 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen
3 Brussel 129.680 218.623 184.838 133.859 157.673 100 169 143 103 122 32,61 4.835 Vlag België België
4 Schaarbeek 6.211 63.508 123.671 105.692 121.232 100 1.023 1.991 1.702 1.952 8,14 14.893 Vlag België België
5 Brugge 60.855 70.277 93.062 116.246 116.741 100 115 153 191 192 138,40 844 Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen
6 Anderlecht 5.966 47.929 86.412 87.812 104.647 100 803 1.448 1.472 1.754 17,74 5.899 Vlag België België
7 Leuven 35.334 58.523 67.322 88.014 95.463 100 166 191 249 270 56,63 1.686 Vlag Vlaams-Brabant Vlaams-Brabant
8 Sint-Jans-Molenbeek 12.065 58.445 63.922 71.219 88.181 100 484 530 590 731 5,89 14.971 Vlag België België
9 Mechelen 36.915 64.781 72.232 75.438 80.940 100 175 196 204 219 65,19 1.242 Vlag Antwerpen (provincie) Antwerpen
10 Elsene 14.251 58.615 90.711 73.174 80.183 100 411 637 513 563 6,34 12.647 Vlag België België
11 Aalst 32.910 50.500 73.147 76.313 80.043 100 153 222 232 243 78,12 1.025 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen
12 Ukkel 6.372 18.034 56.156 74.221 77.589 100 283 881 1.165 1.218 22,91 3.387 Vlag België België
13 Kortrijk 35.144 50.540 65.179 74.790 74.911 100 144 185 213 213 80,02 936 Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen
14 Hasselt 15.229 20.812 41.301 68.058 73.067 100 137 271 447 480 102,24 715 Vlag Limburg Limburg
15 Sint-Niklaas 29.966 42.672 57.846 68.290 71.806 100 142 193 228 240 83,80 857 Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen

De kleinste gemeente (qua inwoners) is Herstappe met respectievelijk:

Nr. Gemeente 1846

Inw.

1900

Inw.

1947

Inw.

2000

Inw.

2010

Inw.

1846

index

1900

index

1947

index

2000

index

2010

index

Opp.

km²

Inw. per

km²

Provincie
589 Herstappe 135 148 134 85 80 100 110 99 63 59 1,35 59 Vlag Limburg Limburg

Ontdek meer Demografie per onderwerp

Vlaams Gewest

Vlaams Gewest

Het Vlaams Gewest is een gebiedsgebonden overheid in België. Het werd op 8 augustus 1980 bij wet vastgesteld, evenals het Waals en het Brussels gewest. Meestal wordt het Vlaams Gewest gewoon Vlaanderen genoemd. Het gewest is een deel van de Belgische structuur van gemeenschappen en gewesten. De officiële taal is het Nederlands. Door de onmiddellijke fusie van de Vlaamse gewestelijke en gemeenschapsinstellingen bestaan er in praktijk geen aparte diensten, noch bestuursraden, noch een deelregering voor het Vlaams Gewest. De bevoegdheden van het gewest zijn vastgelegd in de Belgische Grondwet en de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen. Het Vlaams Gewest heeft geen bevoegdheden in Brussel.

Bevolkingsdichtheid

Bevolkingsdichtheid

De bevolkingsdichtheid of relatieve bevolking geeft de verhouding aan tussen het aantal inwoners en de oppervlakte van een bepaald topografisch gebied. Meestal wordt de bevolkingsdichtheid uitgedrukt in het aantal inwoners per vierkante kilometer. Soms is dat ook per vierkante mijl of per hectare (ha). Bij dieren wordt soms ook het begrip bevolkingsdichtheid gebruikt, maar meestal populatiedichtheid.

Man (geslacht)

Man (geslacht)

Een man is een volwassen mens van het mannelijk geslacht.

Vrouw

Vrouw

Een vrouw is een volwassen mens van het vrouwelijk geslacht.

Huishouden

Huishouden

Een huishouden is zowel een economische eenheid als de organisatie van de bijbehorende werkzaamheden om in de voeding, kleding en het onderdak van dat huishouden te voorzien. De leden van een huishouden wonen in één woning.

Alleenstaande

Alleenstaande

Een alleenstaande of alleengaande is iemand die geen partner heeft, alleen woont en in het eigen dagelijks onderhoud voorziet. Dit kan iemand zijn die vrijgezel/vrijgezellin is, maar ook iemand die eerder gehuwd was maar nu weduwe/weduwnaar of gescheiden is. Het begrip single wordt vooral gebruikt voor iemand die geen partner heeft, onafhankelijk van de leefsituatie.

Gezin

Gezin

Gezin is de term voor alle samenlevingsvormen die een herkenbare sociale eenheid zijn, met al dan niet verwante personen die duurzame en affectieve banden hebben en elkaar onderling steun en verzorging verlenen.

Echtpaar

Echtpaar

Een echtpaar zijn twee mensen die aan elkaar zijn verbonden door middel van een huwelijk. Voorafgaand is er meestal sprake van verkering en eventueel een verloving. Deze echtelieden wonen meestal samen, maar het kan ook een latrelatie zijn, in dat geval zijn ze wel getrouwd en aan elkaar verbonden, maar wonen ze elk in een eigen huis.

Aangeboren afwijking

Aangeboren afwijking

Een aangeboren afwijking of congenitale aandoening is een afwijking of aandoening waarmee men geboren wordt, ongeacht de oorzaak. Het woord congenitaal komt van het Latijnse woord congenitus = aangeboren.

Genetica

Genetica

Genetica of erfelijkheidsleer is de biologische wetenschap die erfelijkheid beschrijft en verklaart. Het inzicht dat levende wezens eigenschappen van hun ouders erven, wordt al duizenden jaren gebruikt bij het kweken van gewassen en fokken van dieren. De basisregels van de genetica – hoe organismen eigenschappen aan hun nakomelingen doorgeven – werden in de 19e eeuw ontdekt door Gregor Mendel, wiens werk rond 1900 bekend werd.

Bevalling

Bevalling

De bevalling is de geboorte bij de mens waarbij aan het eind van de zwangerschap de foetus vanuit de baarmoeder van de zwangere vrouw door het geboortekanaal of keizersnede naar buiten komt als baby.

Keizersnede

Keizersnede

Keizersnede, of sectio caesarea in het Latijn, is de manier van bevallen waarbij de moeder operatief via de buikwand van haar kind(eren) wordt verlost.

Bezienswaardigheden

Werelderfgoed

Traphal van het Hotel Tassel.
Traphal van het Hotel Tassel.

In 1998 werden 13 Vlaamse begijnhoven opgenomen op de UNESCO-werelderfgoedlijst. Ze zijn opgenomen op deze lijst vanwege hun unieke karakter en inplanting. Daarnaast zijn ze een getuige van de unieke (in die tijd) onafhankelijkheid van de religieuze vrouw (begijn) in de middeleeuwen in West-Europa. Een andere bepalende factor is het unieke en uitzonder karakter van de combinatie aan stedelijke en landelijk planning enerzijds en de combinatie religieus en burgerlijke architectuur anderzijds. UNESCO maakt een onderscheid tussen begijnhoven van het stedelijk type (a), van het pleintype (b) en van het gemengde type (c).

Het betreft de begijnhoven van Kortrijk (c), Brugge (c), Diest (a), Gent (Klein Begijnhof) (c), en Sint-Amandsberg (Groot Begijnhof) (a), Dendermonde (Alexiusbegijnhof) (b), Sint-Truiden (b), Tongeren (Sint-Catharinabegijnhof) (a), Hoogstraten (b), Lier (a), Mechelen (Groot Begijnhof) (a), Turnhout (b) en Leuven (Groot Begijnhof) (c).

Datzelfde jaar werd ook de Grote markt van Brussel en de omringende gebouwen zoals het stadhuis, het broodhuis en de gildehuizen als geheel opgenomen op de lijst. Ze werd geselecteerd vanwege het feit dat het geheel een uitzonderlijke voorbeeld is van eenvormigheid tussen publieke en private gebouwen enerzijds en 17e-eeuwse architectuur anderzijds.

Het jaar daarop volgend (1999) nam de UNESCO ook 26 Vlaamse belforten op in haar lijst van beschermd erfgoed. Ze werden in de lijst opgenomen als erkenning van een architectonische manifestatie van een opkomende burgerlijke onafhankelijkheid van feodale en religieuze invloeden in onder andere het historisch Vlaanderen en het hertogdom Brabant, wat leidde tot een mate van lokale democratie die van groot belang is geweest in de geschiedenis van de mensheid. In vergelijking met de slottoren (symbool van de adel) en de kerktoren (symbool van de kerk) representeert het belfort, als derde toren in het stedelijk landschap, de macht van schout en schepenen. De belforten werden gebouwd tussen de 11e en 17e eeuw en lopen qua bouwstijl daarmee uiteen van romaans, gotisch en renaissance tot barok. Weinig torens zijn vrijstaand. De meeste belforten zijn gebouwd op of aan een stadhuis of lakenhal.

Het betreft de belforten van Antwerpen, Herentals, Lier, Mechelen, Brugge, Diksmuide, Kortrijk, Lo-Reninge, Menen, Nieuwpoort, Roeselare, Tielt, Veurne, Ieper, Aalst, Dendermonde, Eeklo, Gent, Oudenaarde en Sint-Truiden. Daarnaast behoren ook de torens van de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekathedraal en de Mechelse Sint-Romboutskathedraal en de kerktorens van de Leuvense Sint-Pieterskerk, Tiense Sint-Germanuskerk, Zoutleeuwse Sint-Leonarduskerk en Tongerse Onze-Lieve-Vrouwebasiliek tot de selectie.

In 2000 werd het historisch centrum van Brugge en de herenhuizen Hotel Tassel, Hotel Solvay, Hotel van Eetvelde, en de voormalige woning en atelier van de art-nouveau-architect Victor Horta te Brussel aan de UNESCO-lijst toegevoegd. Het historische hart van Brugge werd op de lijst opgenomen vanwege de fraaie middeleeuwse architectuur en het belang ervan binnen de geschiedenis. De herenhuizen van Horta werden op hun beurt geselecteerd vanwege hun unieke karakter en het feit dat ze exemplarisch zijn voor de Art Nouveau.

In 2005 werd het Plantin-Moretuscomplex te Antwerpen op de lijst opgenomen, in 2009 het Stocletpaleis te Brussel en in 2016 Maison Guiette in Antwerpen, als onderdeel van het oeuvre van Le Corbusier. Een jaar later kwamen delen van het Zoniënwoud op de lijst terecht.

Daarnaast werden op de Representatieve lijst van het immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid van UNESCO het Ros Beiaard van Dendermonde, de Vlaamse stadsreuzen en drakenfiguren (allen 2005), de Heilig Bloedprocessie van Brugge (2009), Feest van Krakelingen en Tonnekensbrand in Geraardsbergen, Houtem Jaarmarkt (2010) en het Carnaval van Aalst (allen 2010), de Vlaamse volksspelen en de Jaartallen van Leuven (beide 2011), Valkerij (2012), Garnaalsvisserij te Paard in Oostduinkerke (2013), beiaardcultuur (2014) en de biercultuur (2016) opgenomen.

Nationaal Erfgoed

Het erfgoed in Vlaanderen wordt beheerd door de vzw Erfgoed Vlaanderen. Deze vzw organiseert jaarlijks de Open Monumentendag Vlaanderen in samenwerking met het departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend erfgoed (RWO) van de Vlaamse overheid. Op de gemeentepagina's staat een overzicht van de belangrijkste bezienswaardigheden per gemeente. De belangrijkste bezienswaardigheden, die (nog) niet zijn opgenomen op de UNESCO-werelderfgoedlijst, maar er wel reeds voor "in de wachtrij staan" zijn:

Andere belangrijke bezienswaardigheden in Vlaanderen zijn:

Ontdek meer Bezienswaardigheden per onderwerp

Belfort van Brugge

Belfort van Brugge

Het belfort van Brugge, of de Halletoren, bevindt zich op de Grote Markt van Brugge. Het belfort van Brugge is sinds 4 december 1999 opgenomen op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Sinds 2019 maakt het onderdeel uit van Musea Brugge.

Hotel Tassel

Hotel Tassel

Het Hotel Tassel is een herenwoning in de stad Brussel in België. Het Hotel Tassel werd ontworpen door de Belgische architect Victor Horta en het markeert de aanvang van de kunststroming art nouveau.

Begijnhoven in Vlaanderen

Begijnhoven in Vlaanderen

De Vlaamse begijnhoven zijn architectonische ensembles bestaande uit een centraal gelegen kerkgebouw met al of niet een infirmerie, conventen en aparte huisjes met voorhofje gesitueerd rond een plein of uitgevend op een regelmatig gevormd stratenpatroon. De bouwstijl weerspiegelt de stijl van de tijd maar was toch regionaal gekleurd door de aanwending van plaatselijk voorkomende bouwmaterialen.

Middeleeuwen

Middeleeuwen

De middeleeuwen vormen, in de historiografische indeling of periodisering van de geschiedenis van Europa, de periode tussen de klassieke oudheid en de vroegmoderne tijd. Traditioneel situeert men dit - door Italiaanse humanisten geïntroduceerde - tijdvak tussen de val van het West-Romeinse Rijk in de 5e eeuw, en de renaissance die in de 14e eeuw in Italië begon. Afhankelijk van de focus die historici hanteren bestaat er echter nogal wat variatie in de afbakening van deze periode. De middeleeuwse periode wordt zelf weer onderverdeeld in de vroege, hoge en late middeleeuwen.

Begijnhof Kortrijk

Begijnhof Kortrijk

Het Begijnhof in Kortrijk werd in 1238 door Johanna van Constantinopel gesticht. Het gaaf bewaard middeleeuwse stadsdeel is een combinatie van een pleinbegijnhof en een straatbegijnhof. Sinds 2 december 1998 behoort het Kortrijkse begijnhof tot het cultureel en natuurlijk werelderfgoed van de UNESCO als onderdeel van de groepsinschrijving van Vlaamse begijnhoven.

Begijnhof Ten Wijngaerde

Begijnhof Ten Wijngaerde

Het Prinselijk Begijnhof Ten Wijngaerde is het enige nog bewaarde begijnhof in de stad Brugge. Er zijn geen begijnen meer, maar in 1927 werden de huizen aan de westzijde omgevormd en uitgebouwd tot het Monasterium De Wijngaard, ten behoeve van een kloostergemeenschap van benedictinessen, gesticht door kanunnik Rodolphe Hoornaert.

Begijnhof Diest

Begijnhof Diest

Het begijnhof van Diest is een historische stadswijk waar vroeger de begijnen woonden. Het is gelegen in het noordoosten van de oude binnenstad van Diest, achter een monumentale poort aan het eind van de Begijnenstraat. Dit begijnhof rekent men tot het stadstype, hetgeen betekent dat de huizen langsheen straten staan en niet rondom een groot centraal plein.

Klein Begijnhof Gent

Klein Begijnhof Gent

Het Begijnhof Ter Hoye, voluit Begijnhof Onze-Lieve-Vrouw Ter Hoye Gent, is een begijnhof in de Belgische stad Gent. Het begijnhof staat ook bekend als het Klein Begijnhof. Het begijnhof en de kerk Onze-Lieve-Vrouw ter Hoyekerk hebben hun naam van een weiland dat men in de vroege middeleeuwen de ''Groene Hoye'' noemde. In de stad ligt ook het Groot Begijnhof Sint-Elisabeth en in de Gentse deelgemeente Sint-Amandsberg het Groot Begijnhof Sint-Amandsberg.

Groot Begijnhof Sint-Amandsberg

Groot Begijnhof Sint-Amandsberg

Het Groot Begijnhof van Sint-Amandsberg is een begijnhof in Sint-Amandsberg, bij de Belgische stad Gent. Het begijnhof werd net buiten het centrum opgetrokken in 1873-1876 toen het Oud Groot Begijnhof Sint-Elisabeth in het centrum van Gent werd verlaten. Het begijnhof beslaat een gebied van acht hectare.

Begijnhof Hoogstraten

Begijnhof Hoogstraten

Het begijnhof van Hoogstraten bestaat uit 36 huisjes, een schuur en een barokke driebeukige begijnhofkerk, toegewijd aan Sint-Jan-de-Evangelist.

Begijnhof Lier

Begijnhof Lier

Het Lierse begijnhof is een typisch voorbeeld van een stratenbegijnhof. Het begijnhof bevindt zich in Lier, in de Belgische provincie Antwerpen.

Groot Begijnhof Mechelen

Groot Begijnhof Mechelen

Het Groot Begijnhof van Mechelen is gesticht in de 13e eeuw en sinds het eind van de 16e eeuw gevestigd binnen de stadsmuren.

Natuur

Zie ook de Nationale parken in Vlaanderen en landschapsparken

Menselijk ingrijpen, zowel direct (kap van bossen, ontginningen, wegenaanleg etc.) als indirect (overbemesting) heeft grote invloed op het huidige landschap, de flora en de fauna. Veel dier- en plantensoorten dreigen te verdwijnen. Om dit te voorkomen zijn zogenaamde rode lijsten gemaakt waarop de meest bedreigde soorten staan. Sommige soorten passen zich juist aan aan de menselijke cultuur, zoals de merel en de koolmees. De belangrijkste natuurparken en -gebieden in Vlaanderen zijn het Nationaal Park Hoge Kempen, het Grenspark De Zoom-Kalmthoutse Heide, het Zwin, het Zoniënwoud, het Mechels Broek en het Peerdsbos. In het Vlaams Gewest zijn er 23 vogelrichtlijngebieden en 38 habitatrichtlijngebieden aangeduid als Europees beschermde Natura 2000-gebieden.

Flora

Zie ook de Vlaamse Rode Lijst (planten) voor een lijst van bedreigde planten in Vlaanderen.

In Vlaanderen komen circa 1400 soorten hogere planten voor, er zijn zo'n 4 à 5000 soorten paddenstoelen (macrofungi) gevonden, 600 soorten mossen en honderden soorten schimmels, korstmossen en algen. Door de ligging in Europa en het intensieve verkeer is er een regelmatige aanvoer van adventieven, die zich soms met enig succes vestigen, zoals de waterpest en de bospest. De soorten die hier voorkomen zijn bijna allemaal relatieve nieuwkomers (van na de ijstijden); zo is de tamme kastanje in historische tijden ingevoerd. De hier algemene soorten zijn erg concurrentiekrachtig.

Fauna

Zie ook de Vlaamse Rode lijsten van de libellen, broedvogels en zoogdieren voor een opsomming van bedreigde dieren in Vlaanderen.

In Vlaanderen komen ruim 50 soorten zoogdieren voor, zo'n 600 soorten broed- en trekvogels, tientallen vissoorten, ruim 50 dagvlinders en duizenden ongewervelden. Door de ligging in Europa en het intensieve verkeer is er een regelmatige aanvoer van adventieven, die zich soms met enig succes vestigen, zoals de halsbandparkiet en de driehoeksmossel, maar slechts vrij zelden een permanente plaag vormen. De soorten die hier voorkomen zijn bijna allemaal relatieve nieuwkomers (van na de ijstijden); zo zijn het konijn, de fazant in historische tijden ingevoerd. De hier algemene soorten zijn erg concurrentiekrachtig.

Ontdek meer Natuur per onderwerp

Nationaal Park Hoge Kempen

Nationaal Park Hoge Kempen

Het Nationaal Park Hoge Kempen is het eerste nationaal park dat door de Vlaamse overheid is opgericht.

Nationale parken in Vlaanderen

Nationale parken in Vlaanderen

Nationale parken in Vlaanderen zijn door de Vlaamse overheid erkende, geografisch afgebakende natuurgebieden.

Planten

Planten

Planten zijn organismen die zich niet kunnen voortbewegen en die fotosynthese vertonen.

Rode lijst

Rode lijst

Rode lijsten zijn lijsten waarop per land de in hun voortbestaan bedreigde dier-, planten- en schimmelsoorten staan.

Merel

Merel

De merel is een middelgrote zangvogel uit de familie lijsters (Turdidae). Het is een inheemse broedvogel in Europa, Azië en Noord-Afrika en een algemeen voorkomende standvogel in de meer gematigde delen van zijn verspreidingsgebied. De merel is geïntroduceerd in delen van Noord- en Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, Australië en Nieuw-Zeeland. In het totale leefgebied van de merel worden een aantal ondersoorten onderscheiden, al worden enkele Aziatische ondersoorten soms beschouwd als volle soorten.

Koolmees

Koolmees

De koolmees is een zangvogel uit de familie van echte mezen (Paridae). In België en Nederland is het een zeer talrijke broedvogel. Het is merendeels een standvogel, maar in sommige jaren is er een wisselend aantal doortrekkers.

Mechels Broek

Mechels Broek

Het Mechels Broek, gelegen op grondgebied van Mechelen, Bonheiden en Muizen, is een moerassig gebied naast de rivier de Dijle. Het natuurdomein wordt beheerd door vzw Natuurpunt.

Peerdsbos (Antwerpen)

Peerdsbos (Antwerpen)

Het Peerdsbos is een natuurgebied in Schoten ten noorden van Antwerpen. De naam Peerdsbos dook voor het eerst op in 1434 als “Peertsbusch”. De naam is afgeleid van het Middelnederlandse ‘Pertse’ wat grenspaal betekent. De er langs stromende Laarse Beek vormde eeuwenlang de grens tussen de Romeinse provincies Belgica Secunda en Germania Inferior en de later hieruit ontstane bisdommen Kamerijk en Luik.

Vlaams Gewest

Vlaams Gewest

Het Vlaams Gewest is een gebiedsgebonden overheid in België. Het werd op 8 augustus 1980 bij wet vastgesteld, evenals het Waals en het Brussels gewest. Meestal wordt het Vlaams Gewest gewoon Vlaanderen genoemd. Het gewest is een deel van de Belgische structuur van gemeenschappen en gewesten. De officiële taal is het Nederlands. Door de onmiddellijke fusie van de Vlaamse gewestelijke en gemeenschapsinstellingen bestaan er in praktijk geen aparte diensten, noch bestuursraden, noch een deelregering voor het Vlaams Gewest. De bevoegdheden van het gewest zijn vastgelegd in de Belgische Grondwet en de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen. Het Vlaams Gewest heeft geen bevoegdheden in Brussel.

Vogelrichtlijngebied (België)

Vogelrichtlijngebied (België)

Op 2 april 1979 werd de Europese richtlijn 79/409/EEG inzake het behoud van de vogelstand, beter bekend als de Vogelrichtlijn, uitgevaardigd. Het doel ervan is de instandhouding van alle natuurlijk in het wild levende vogelsoorten op het Europese grondgebied van de lidstaten te bevorderen. Hiertoe worden Speciale Beschermingszones afgebakend, de zogenaamde Vogelrichtlijngebieden (SBZ-V). Deze gebieden maken deel uit van het Europese ecologische Natura 2000-netwerk.

Habitatrichtlijngebied (België)

Habitatrichtlijngebied (België)

Op 21 mei 1992 werd de Europese richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, beter bekend als de Habitatrichtlijn, uitgevaardigd. Deze richtlijn heeft tot doel de biodiversiteit in de lidstaten te behouden en streeft naar de instandhouding en het herstel van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna die hiervan deel uitmaken. Hiertoe worden Speciale Beschermingszones afgebakend, de zogenaamde Habitatrichtlijngebieden (SBZ-H). Deze gebieden maken deel uit van het Europese ecologische Natura 2000-netwerk.

Natura 2000

Natura 2000

Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk vormt de hoeksteen van het beleid van de EU voor behoud en herstel van biodiversiteit. Natura 2000 is niet enkel ter bescherming van gebieden (biotopen), maar draagt ook bij aan bescherming van soorten.

Cultuur

Taal

Folio blad 80 recto van het 14e-eeuwse wapenboek Gelre, met onder andere (links midden) het wapen van de graaf van Vlaanderen.
Folio blad 80 recto van het 14e-eeuwse wapenboek Gelre, met onder andere (links midden) het wapen van de graaf van Vlaanderen.
Nicaise De Keyser; voorstudie van Willem van Saeftinge doodt Robert II van Artesië (Guldensporenslag)
Nicaise De Keyser; voorstudie van Willem van Saeftinge doodt Robert II van Artesië (Guldensporenslag)
Rik Wouters, De strijkster (1912).
Rik Wouters, De strijkster (1912).
De Kiekeboes muurschildering in Hasselt, 1996
De Kiekeboes muurschildering in Hasselt, 1996
Eddy Wally, The Voice of Europe in 2008
Eddy Wally, The Voice of Europe in 2008
2 Unlimited (Ray Slijngaard en Anita Doth) tijdens een optreden in 1994.
2 Unlimited (Ray Slijngaard en Anita Doth) tijdens een optreden in 1994.
Westvleteren, dat het beste bier van de wereld wordt genoemd
Westvleteren, dat het beste bier van de wereld wordt genoemd
Mosselen met friet
Mosselen met friet
De Morgen bij de koffie, 2007
De Morgen bij de koffie, 2007
Zie Vlaams, Nederlands en Faciliteitengemeente voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

De officiële taal van Vlaanderen is het Nederlands, dat er overal wordt gesproken. Toch is de taalsituatie in Vlaanderen behoorlijk ingewikkeld. Vlaanderen in zijn hoedanigheid van Vlaams Gewest beslaat enkel het Nederlandse taalgebied; in zijn hoedanigheid van Vlaamse Gemeenschap hoort daar echter het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad bij. De officiële talen van Brussel zijn het Nederlands en het Frans; door de verfransing van Brussel is het Frans er echter de dominante taal geworden.

Bovendien bestaat er in twaalf gemeenten van het Vlaams Gewest, de faciliteitengemeenten, een bijzondere taalregeling. Zo kan de burger er aan het loket van het gemeentehuis in het Frans terecht, en zijn de straatnamen tweetalig. Er moet hierbij een onderscheid gemaakt worden tussen de zes taalgrensgemeenten Bever, Herstappe, Mesen, Ronse, Spiere-Helkijn en Voeren, en de zes randgemeenten in de Vlaamse Rand, Drogenbos, Linkebeek, Wemmel, Sint-Genesius-Rode, Kraainem en Wezembeek-Oppem.

De taalregeling kan verschillen van gemeente tot gemeente. Zo mag alleen in Ronse secundair onderwijs ook in het Frans gegeven worden, omdat dat ook al voor de vastlegging van de taalgrens gebeurde. Ook mogen authentieke akten in Drogenbos, Kraainem, Linkebeek en Wemmel zowel in het Nederlands als in het Frans worden opgesteld; in Sint-Genesius-Rode en Wezembeek-Oppem echter alleen maar in het Nederlands. Faciliteiten bestaan echter alleen op gemeentelijk vlak; de Vlaamse Gemeenschap en de vijf Vlaamse provincies zijn alle eentalig Nederlands.

In Brussel-Halle-Vilvoorde is de wettelijke taalregeling zeer complex. Het gebied omvat het tweetalige Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het officieel eentalige Arrondissement Halle-Vilvoorde. In de kieswetgeving[16] (zie Brussel-Halle-Vilvoorde) en in de wetgeving op vlak van justitie[17] (zie Gerechtelijk arrondissement Brussel) is momenteel een andere regeling voor Halle-Vilvoorde opgenomen dan voor het overige gedeelte van het Vlaams Gewest.

Aan andere talen dan het Nederlands en het Frans wordt geen bijzondere positie toegekend. In de praktijk kent de bevolking goed Engels en in mindere mate Duits; het aantal autochtone Engels- en Duitstaligen is echter niet groot. Door migranten wordt, naast Nederlands vooral Frans, Turks, Italiaans en Arabisch gesproken.

De huidige taalgrens is vastgelegd in 1962. Daarvóór was er een systeem van talentellingen, waardoor gemeenten konden veranderen van taalregime. Het wijzigen van de taalgrens is tegenwoordig alleen maar mogelijk met een wet die in elke taalgroep van elke Kamer met meerderheid van stemmen moet worden aangenomen. Bovendien dient daarbij de meerderheid van de leden van elke taalgroep aanwezig te zijn en moet het totaal van de ja-stemmen in beide taalgroepen minstens twee derde van de uitgebrachte stemmen uitmaken. Een dergelijke wet is nog nooit aangenomen.

Identiteit

Zie Vlaamse identiteit voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlamingen zijn geen duidelijk te onderscheiden volk in etnische zin, maar zijn de afstammelingen van vele verschillende volkeren zoals de Kelten (circa 7e eeuw v.Chr. – 3e eeuw n.Chr.), en later Germanen (circa 4e eeuw – 7e eeuw) waaronder de Salische Franken die op uitnodiging van de Romeinen zich in de Vlaamse streken vestigden. Ook in recente tijden komen nog veel migranten naar Vlaanderen die bijdragen aan de culturele en etnische diversiteit van de Vlamingen. Als grootste gemene deler van de tegenwoordige Vlamingen kan men wellicht zeggen dat ze als dagelijkse taal Nederlands spreken.

De definitie van Vlaming is ook niet steeds dezelfde geweest. Tijdens de Guldensporenslag in 1302 werden enkel de inwoners van het Graafschap Vlaanderen Vlamingen genoemd. In het hertogdom Brabant was men toen alleen Brabander. De Goede Steden in het Nederlandstalige deel van het Prinsbisdom Luik, ongeveer de huidige Belgische provincie Limburg, werden toen ook Dietse Steden genoemd.

Symbolen

Vlag

Zie Vlag van Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De Vlaamse vlag, meestal de "Vlaamse Leeuw" of de "leeuwenvlag" genoemd, is de vlag van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Gewest. De vlag is geel, met centraal een zwarte leeuw. De leeuw wordt op zijn achterpoten staand en klauwend afgebeeld, met het gezicht heraldisch naar rechts (links voor de toeschouwer). De rode tong en rode klauwen van de leeuw zijn essentieel voor de officiële vlag. De hoogte-breedteverhouding van de vlag is 2:3. Deze vlag werd officieel aangenomen als vlag van de Raad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap in 1973,[18] en later, in 1985, als vlag van de Vlaamse Gemeenschap.[19] In 1990 kreeg ook het wapenschild de status van officieel symbool.[20] Voorts gebruikt de Vlaamse Overheid een gestileerde versie van de vlag als logo, deze was eveneens geel met centraal een naar links kijkende zwarte leeuw. In 2013 veranderde dit naar een gestileerd leeuwenhoofd dat de toeschouwer recht aankijkt.[21]

Volkslied

Zie De Vlaamse Leeuw voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De Vlaamse Leeuw is sinds 1985 het officiële volkslied van Vlaanderen (aanvankelijk de Vlaamse Gemeenschap). De tekst werd in juli 1847 geschreven door Hippoliet Van Peene en getoonzet door Karel Miry. De toneelschrijver Van Peene liet zich duidelijk inspireren door de gelijknamige roman van Hendrik Conscience eenderzijds en door het populaire Duitse strijdlied "Rheinlied (Sie sollen ihn nicht haben, den freien deutschen Rhein…)" van Nikolaus Becker anderzijds. De componist Miry liet zich van zijn kant dan weer beïnvloeden door Robert Schumans "Sonntag am Rhein".

Hoofdstad

Zie Brussel (stad) en Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

Brussel is de hoofdstad van Vlaanderen. Daar zijn alle 'hoofdstedelijke instellingen' van de Vlamingen gevestigd, zoals het Vlaams Parlement en de Vlaamse regering.

De keuze voor Brussel was een unanieme keuze van de volksvertegenwoordiging van de Vlaamse Gemeenschap toen deze opgericht werd. Onmiddellijk daarbij nam deze ook, unaniem, alle bevoegdheden over van het Vlaams Gewest. De volksvertegenwoordiging daarvan is slechts eenmaal samengekomen. Bij die vergadering hief het zichzelf op en droeg al haar bevoegdheden aan de Vlaamse gemeenschap over. De Vlaamse overheid is dus in wezen de overheid van de gemeenschap.

De positie van Brussel is daarbij bijzonder. Het wordt gedeeld door de Vlamingen en de Franstalige Belgen. Hoewel het niet tot het Vlaams Gewest behoort en uitsluitend de Nederlandstalige Brusselaars tot de Vlaamse Gemeenschap behoren, maakt dat dus eigenlijk niets uit. Het is de Vlaamse Gemeenschap die instellingen en een hoofdstad heeft en niet het Vlaams Gewest. Tezamen met de omliggende gemeenten vormt het een eigen gewest, met name het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De stad is deels gekozen om emotionele redenen, als statement van het Vlaamse karakter van de stad en deels vanwege haar uitgebreide faciliteiten. De ambtswoning van de Vlaamse minister-president en tevens de officiële ontvangstruimte van de Vlaamse regering is het Hotel Errera. De regeringszetel van de Vlaamse regering is gelegen op het Martelarenplein en het Vlaams Parlementsgebouw ligt op de hoek van de Hertogsstraat en de Drukpersstraat.

Feestdag van Vlaanderen

Zie Feestdag van de Vlaamse Gemeenschap voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De Feestdag van Vlaanderen wordt gevierd op 11 juli sinds 1973. Op deze dag wordt de Guldensporenslag herdacht. Tijdens deze veldslag uit 1302 werd het Franse staande leger verslagen door een burgerleger uit het Graafschap Vlaanderen.

Kunst

Literatuur

Zie Nederlandse literatuur en Vlaamse literatuur voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

Tot en met het begin van de 19e eeuw wordt de Vlaamse literatuur beschouwd als een integraal onderdeel van de Nederlandse literatuur. Het huidige Vlaanderen en Nederland vormden immers een politiek en cultureel geheel tot 1579. In dat jaar, ten gevolge van de reformatie, zonderen de gereformeerde noordelijke provinciën zich af van het rooms-katholieke zuiden.[22] Hierdoor ontwikkelde de Vlaamse en Brabantse middeleeuwse literatuur een eigen karakter en maakte ze een gouden eeuw op literair vlak door. Aan deze bloei kwam een einde door de Spaanse inquisitie en de daaropvolgende massale uittocht van intellectuelen naar de Republiek der Nederlanden, alwaar in de 17e eeuw ten gevolge hiervan het noorden zijn 'Gouden Eeuw' zou beleven. De Zuid-Nederlandse literatuur verdween hierdoor echter bijna volledig van de kaart. In de door Fransen bezette Westhoek werkten markante figuren als Dominic De Jonghe (1654-1717) die Le Cid van Pierre Corneille in het Nederlands vertaalde, de dichter Michiel de Swaen (1654-1707) die het epos Het Leven en Dood van Jezus Christus (1694) en De gecroonde leerse schreef, en Willem Ogier van wie we onder meer de klucht Droncken Heyn (1639) en een reeks drama's met de titel De seven hooft-sonden (1682) kennen.[23] Tijdens de 18e eeuw was de Vlaamse literaire productie aan de lage kant, net als in het hele Nederlandse taalgebied. In 1761 publiceerde de in Den Haag geboren Jan Des Roches[23] wel zijn Nieuwe Nederduytsche spraek-konst, een Nederlandse grammatica die de confrontatie aanging met het gebruik van het Latijn als cultuurtaal en het Frans als prestigieuze taal door een gestandaardiseerde Zuid-Nederlandse[24] taal uit te werken. Nadat België in 1830 onafhankelijk was geworden van Nederland, begon de Vlaamse literatuur zich opnieuw apart te ontwikkelen. Toch maakt ze nog steeds integraal deel uit van de Nederlandstalige literatuur.

De belangrijkste schrijvers binnen de huidige territoriale grenzen van Vlaanderen zijn Willem die Madocke maecte (anonieme schrijver die omstreeks 1260 de Middelnederlandse satire Van den vos Reynaerde schreef), Willem Verhoeven (onder andere Juvenilia ofte de schoone Helena), Karel Broeckaert (onder andere Jellen en Mietje), Jan Frans Willems (onder andere herschrijving van Van den vos Reynaerde), Jan Lambrecht Domien Sleeckx (uitgever van de eerste volledig Nederlandstalige Belgische krant en schrijver van onder andere Vesalius in Spanje) en Hendrik Conscience (onder andere De leeuw van Vlaanderen). Omstreeks de eeuwwisseling ligt de nadruk op naturalistische verhalen zoals onder andere de werken van Stijn Streuvels (onder andere De Vlasschaard), Cyriel Buysse (onder andere Het "ezelken", wat niet vergeten was), Ernest Claes (onder andere De Witte,De moeder en de drie soldaten) en Felix Timmermans (onder andere Pallieter). Na de Eerste Wereldoorlog werd de dichter Paul van Ostaijen (onder andere Het Sienjaal) een belangrijk vertegenwoordiger van het expressionisme en tussen de twee Wereldoorlogen waren Gerard Walschap (onder andere Houtekiet), Herman Teirlinck (onder andere Elckerlyc) en Willem Elsschot (onder andere Lijmen/Het been) prominente Vlaamse schrijvers. In de jaren vijftig van de 20e eeuw namen Hugo Claus (onder andere Het verdriet van België) en Louis Paul Boon (onder andere Pieter Daens, De Kapellekensbaan) het literaire voortouw. Vanaf de jaren zestig geven Aster Berkhof (onder andere Het huis van Mama Pondo), Jef Geeraerts (onder andere De zaak Alzheimer), Herman De Coninck (onder andere Zolang er sneeuw ligt), Ward Ruyslinck (onder andere Het reservaat), Hubert Lampo (onder andere De komst van Joachim Stiller), Johan Anthierens (onder andere De IJzertoren. Onze trots en onze schande), Tom Lanoye (onder andere Kartonnen dozen) en Herman Brusselmans (onder andere Meisjes hebben grotere borsten dan jongens) de Vlaamse literatuur vorm. Daarnaast bestond (bestaat) er binnen de huidige territoriale grenzen van Vlaanderen een Vlaamse literatuur die zich van het Frans bediende met als voornaamste vertegenwoordigers Maurice Maeterlinck en André Baillon. Ten slotte verdient ook de Engelse roman Een hond van Vlaanderen (A Dog of Flanders) van Marie Louise de la Ramée vermelding.

Beeldende kunst

Schilderkunst
Zie Vlaamse schilderkunst voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De schilderkunst in Vlaanderen begon in de vorm van middeleeuwse miniaturen gemaakt door monniken in talloze kloosters. De schilder- en tekenkunst als zelfstandige kunstvorm nam in Vlaanderen een aanvang omstreeks de 15e eeuw, met de Vlaamse Primitieven. Hoewel niet alle kunstenaars die tot deze periode in de schilderkunst gerekend worden Vlamingen (binnen de huidige territoriale grenzen) waren, hebben de meesten onder hen minstens een belangrijke periode van hun leven doorgebracht in deze regio. De bekendste Vlaamse Primitieven waren Robert Campin, Rogier van der Weyden, Jan en Hubert van Eyck, Dirk Bouts, Gerard David, Hans Memling en Hugo van der Goes. Doordat tal van Vlaamse schilders in de 16e eeuw naar Italië reisden, werden zij beïnvloed door de Italiaanse renaissance. Toch werd er niet zomaar geïmiteerd, maar trad er een mengvorm op waarbij de lokale tradities, zoals het veelvuldige gebruik van allegorieën, behouden bleven en de recente innovaties uit Italië geïntegreerd werden. De belangrijkste vertegenwoordigers uit deze periode zijn Pieter Coecke van Aelst, Pieter Breughel de Oude, Jan Gossaert, Frans Floris en Adriaen Isenbrandt.
Na het Beleg van Antwerpen (1584-1585) bleef Vlaanderen onder Spaans bewind en raakte het gescheiden van de Nederlandse Republiek. Hoewel heel wat kunstenaars de strijd en chaos in de Spaanse Nederlanden ontvluchtten, floreerde de Vlaamse barokschilderkunst in Antwerpen, meer bepaald de Antwerpse School, met onder meer Peter Paul Rubens, Anthony van Dyck, David Teniers I en II, de oude en de jonge Jan Brueghel, Clara Peeters, Michiel Sweerts en Jacob Jordaens als belangrijkste exponenten. Na de Tachtigjarige Oorlog verbleekte het belang van de Vlaamse kunst. Desondanks bracht de 17e eeuw een bescheiden heropleving met landschapschilders als Jan Siberechts, Hendrik van Steenwijk de Jongere, Willem Van Haecht en stillevenschilder Jan Davidsz. de Heem. In de 18e eeuw zette deze heropleving zich door met romantici als David De Noter, Jan-Jozef Horemans de Jonge, Joseph Benoît Suvée, Fredrik Marinus Kruseman en Petrus van Schendel.

Na de onafhankelijkheid van België in 1830 kende de schilderkunst een heropbloei. Deze zet zich in met Gustaaf Wappers. Andere meesters die zich rond deze periode in de Vlaamse contreien bezighielden met historieschilderkunst waren Adèle Kindt en Henri Leys. In de portretschilderkunst maakten Antoine Wiertz en Nicaise de Keyser naam. Het was echter wachten tot het aanbreken van het realisme vooraleer zich een nieuwe hoogperiode manifesteerde met schilders als Charles Degroux, Henri de Braekeleer en Alfred Stevens. Ook tijdens het impressionisme zette deze tendens zich verder met vertegenwoordigers als James Ensor, Henri Evenepoel en de pointillisten Alfred William Finch, George Lemmen en Theo van Rysselberghe. Omstreeks 1886 maakte het symbolisme furore en bracht het vermaarde schilders als Léon Frederic, Fernand Khnopff, Xavier Mellery en Léon Spilliaert in de ban van het raadsel en de droom. Ook de schilders van de Latemse Scholen lieten zich verleiden door het symbolisme, hun belangrijkste vertegenwoordiger is de Gentse Mechelaar Gustave Van de Woestyne. Omstreeks het begin van de 20e eeuw maakte het Brabants fauvisme opgang met de werken van Edgard Tytgat en Rik Wouters, het futurisme met de schilderijen van Jules Schmalzigauw en het expressionisme met de werken van Albert Servaes, Jakob Smits, Eugène Laermans, Gustave de Smet, Constant Permeke en Frits van den Berghe. Tijdens het interbellum kwam de abstracte schilderkunst in zwang met bekende werken van Georges Vantongerloo, Michel Seuphor, Jozef Peeters en Floris Jespers als gevolg. Een andere stroming die rond deze periode opgang maakte, was het surrealisme met als belangrijkste vertegenwoordigers de Brusselaars René Magritte en Paul Delvaux. In de jaren vijftig van de 20e eeuw vond er een schilderkunstige explosie plaats onder invloed van de Cobra en de Situationistische Internationale. Bekende schilders uit deze periode zijn Pierre Alechinsky, Maurice Wyckaert, Antoine Mortier, Eglebert van Anderlecht, Jef Verheyen en Walter Leblanc. In de jaren zestig komt er een Vlaamse versie van de popart tot stand door onder meer Evelyne Axel en komt ook het figuratisme op de voorgrond met werken van Roger Raveel en Raoul De Keyser. Marcel Broodtaers en Panamarenko zijn de belangrijkste naoorlogse kunstenaars . De belangrijkste hedendaagse schilders zijn Jan Cox, Walter Swennen, Philippe van Snick, Fred Bervoets, Luc Tuymans, Guy Van Bossche , Michaël Borremans, Sam Dillemans en Joris Ghekiere.[25]

Grafiek

De grafiek of drukkunst neemt een aanvang in Vlaanderen omstreeks de 17e eeuw met de opkomst van de boekdrukkunst en de oprichting van drukateliers zoals dat van Christoffel Plantijn te Antwerpen. Deze evolutie laat zijn invloed gelden en ook tal van kunstenaars besluiten gebruik te maken van de nieuwe technologie. Er ontstonden dan ook verschillende disciplines, zoals diepdruk (ook wel etsen genoemd) met als belangrijkste Vlaamse vertegenwoordigers Jules De Bruycker en James Ensor. De houtsnedekunst met als belangrijkste vertegenwoordigers Jozef Cantré, Frans Masereel, Henri Van Straten, Joris Minne, Charles Doudelet en Gustave Van de Woestijne. De lithografie met als belangrijkste vertegenwoordiger in Vlaanderen Henri Cassiers. Daarnaast zijn er nog tal van Vlaamse tekenaars van cartoons, beeldverhalen en strips die gebruikmaken van druktechnieken. De bekendste onder hen zijn Willy Vandersteen (onder andere Suske en Wiske en De Rode Ridder), Marc Sleen (onder andere Nero), Jan Bosschaert (onder andere Sam), Kamagurka (onder andere cartoons voor Humo), Jef Nys (onder andere Jommeke) en Merho (onder andere De Kiekeboes). Ten slotte wordt ook de fotografie bij de grafiek ingedeeld. Een van de bekendste hedendaagse Vlaamse fotografiekunstenaars is Danny Matthys.

Beeldhouwkunst

De bekendste Vlaamse beeldhouwers en -snijders waren onder anderen Jan Borreman en Passchier Borreman tijdens de gotiek, Rombout Verhulst tijdens de barok en Louis Royer tijdens het classicisme. Onder invloed van Constant Permeke brak het expressionisme uit in Vlaanderen en later kende het Brabants fauvisme succes met Rik Wouters. Het surrealisme werd in Vlaanderen vertegenwoordigd door Roel D'Haese en Octave Landuyt, George Grard tijdens het realisme en het symbolisme door Fernand Khnopff en George Minne. Bekende hedendaagse beeldhouwers zijn Geo Verbanck, Hubert Minnebo, Rik Poot, Panamarenko, Jan Fabre en Wim Delvoye.

Tapijtkunst

De oudste Vlaamse wandtapijten dateren uit de 13e eeuw. De belangrijkste productiecentra waren toen Doornik (nu in Wallonië) en Atrecht (nu in Frankrijk). Deze twee centra kregen in de 15e eeuw heel wat opdrachten van de Bourgondische hertogen. In de 14e eeuw werden er ook reeds wandtapijten gemaakt in Brugge, Oudenaarde, Geraardsbergen, Edingen en Gent. In de 16e eeuw werden Brussel, Mechelen en Antwerpen belangrijk. Antwerpen ging zorgen voor de verspreiding over de rest van Europa.[26] In Oudenaarde werkten meer dan 12.000 personen in deze industrietak; in Brussel circa een kwart van de bevolking, ongeveer 15.000 personen. Vlaanderen was het centrum van de Europese wandtapijtenproductie geworden. De katholieke koningen, Margaretha van Oostenrijk, Maria van Hongarije als Karel V behoren tot de grootste verzamelaars van wandtapijten.

Keizer Karel V was een echte mecenas voor de wandtapijtenindustrie. Hij gaf ter gelegenheid van zijn kroning in Aken de opdracht voor de negen imposante wandtapijten ‘Los Honores’. Die stelden verschillende deugden voor, die een goed heerser moest in acht nemen. Keizer Karel was bijzonder gehecht aan die tapijten. Ze reisden overal met hem mee om hem te herinneren aan de kwaliteiten die van hem verlangd werden.[27]

Aan het einde van de 16e eeuw verschoof de aandacht naar Parijs, Aubusson en de Noordelijke Nederlanden. Door de opkomst van het goedkopere behang in de 18e eeuw kwam de wandtapijtindustrie in de problemen. Maria Theresia heeft nog geprobeerd de Brusselse tapijtindustrie overeind te houden door regelmatige aankopen, die zij dan als "relatiegeschenk" weggaf, maar aan het einde van de 18e eeuw was er in de stad geen weverij meer over.

De rijke materialen zijn de reden waarom veel wandtapijten de Franse Revolutie niet overleefden. Ze werden vernield omdat men de zilver- en gouddraad recupereerde. Ook voor de weverijen waren de immense dure tapijten niet altijd een zegen. Sommige weefateliers gingen failliet omdat ze jaren werkten aan een reeks, waarvoor ze een ontoereikend voorschot kregen.[27]

Oudenaardse wandtapijten waren gedurende meer dan 400 jaar het voornaamste luxe-exportproduct van Oudenaarde en hadden een afzet over de hele wereld. De stad nam van de 15e tot de 18e eeuw een belangrijk aandeel van de productie van verdures voor haar rekening. De grootste bloei was in de 16e eeuw. De Oudenaardse wandtapijten zijn meestal getekend met een brilletje. Een van de meest fameuze producties was De werken van Hercules, maar het is vanwege de verdures dat Oudenaarde zijn populariteit kreeg.

De grootste collectie Vlaamse wandtapijten is in het bezit van de Spaanse Kroon. In de collectie bevinden zich ruim acht kilometer Vlaamse wandtapijten. Voor het huwelijk van Felipe werden tachtig grote tapijten uit de reserve gehaald om het Koninklijk Paleis te versieren, slechts een klein deeltje van de wereldberoemde collectie. Een zeer bekende reeks is Handelingen der Apostelen, uitgevoerd door Pieter van Edingen naar kartons ontworpen door Rafaël en bestemd voor de Sixtijnse Kapel. Momenteel in het bezit van het Vaticaan. Ook Pieter Paul Rubens maakte ontwerpen voor wandtapijten, voorbeelden hiervan zijn te vinden in de Dom van Keulen, het klooster Las Descalzas Reales te Madrid en in het kasteel Heeze. Daarnaast herbergt ook het Wandtapijtenmuseum in het stadhuis van Oudenaarde een belangrijke collectie. Ontwerpen van Rubens zijn te zien in Kasteel Heeze.

Cinematografie

De vijf succesvolste Vlaamse films waren Loft van regisseur Erik Van Looy uit 2008 (1.186.071 bezoekers), Koko Flanel van Stijn Coninx uit 1990 (met 1.082.000 bezoekers), Hector eveneens van Stijn Coninx uit 1987 (933.000 bezoekers), Daens wederom van Stijn Coninx uit 1993 (848.000 bezoekers) en ten slotte De Zaak Alzheimer van Erik Van Looy (750.000 bezoekers).

De eerste Vlaamse film was De Storm Des Levens uit 1919 van Jan De Schuyter. Andere bekende Vlaamse films waren onder andere De Witte ('34) van Jan Vanderheyden, Baas Gansendonck ('45) van Gaston Ariën, Meeuwen sterven in de haven ('55) en Het afscheid ('66) van Roland Verhavert, Mira ('71) van Fons Rademakers, De Witte van Sichem ('80) van Robbe De Hert, Brussels by Night ('83) van Marc Didden, De Paniekzaaiers ('86) van Patrick Lebon, Crazy Love ('87) van Dominique Deruddere, Ad Fundum ('93) van Erik Van Looy, Max ('94) van Freddy Coppens, Oesje! ('97) van Ludo Cox, Pauline & Paulette (2001) van Lieven Debrauwer, Kassablanka ('02) van Guy Lee Thys en Ivan Boeckmans, Steve + Sky ('04) van Felix Van Groeningen, Ben X ('07) van Nic Balthazar, Aanrijding in Moscou ('08) van Christophe Van Rompaey, De Helaasheid der dingen (2009) van Felix Van Groeningen, Dossier K ('09) en Zot van A. ('10) van Jan Verheyen en Rundskop ('11) van Michaël R. Roskam.

Veruit de bekendste Vlaamse (Brusselse) acteur is Jean-Claude Van Damme, die acteerde in Bloodsport (1988), Universal Soldier ('92) en Street Fighter ('94). Andere bekende Vlaamse filmacteurs zijn onder meer Antje De Boeck, Jan Decleir, Michael Pas, Urbanus, Filip Peeters, Eric Clerckx, Hilde Van Mieghem, Dora van der Groen en Ann Petersen.

Televisie
Zie Vlaamse televisieproducties voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Een van de allereerste Vlamingen op televisie was Willy Lustenhouwer, die optrad op de Franse tv op een ogenblik dat er nog geen sprake was van dit medium in Vlaanderen. De eerste televisieavond van het toenmalig NIR (de huidige VRT) ging op 31 oktober 1953 de ether in. Sinds de lancering groeide dit medium uit tot de populairste vorm van recreatie in Vlaanderen. Vele programma's genoten dan ook een immense populariteit bij de kijkers en groeiden uit tot kijkcijferkanonnen. Het eerste programma was een tv-spel met Gaston Vandermeulen, Robert Marcel en Paula Sémer. In het eerste jaar wordt gemiddeld twaalf uur per week uitgezonden, of ongeveer twee en een half uur uitzendingen per avond. De eerste televisiepresentatrices zijn laatstgenoemde, Terry Van Ginderen en Nora Steyaert en de eerste weerman is Armand Pien. Alle uitzendingen in deze beginperiode gebeurde vanuit studio 6 in het radiogebouw aan het Flageyplein. De televisie brengt algauw een eerste communautaire spanning teweeg. Zo werd er druk gediscussieerd tussen Nederlandstaligen en Franstaligen over wie over welk kanaal zou uitzenden. De eerste televisieantenne was geplaatst op het Brusselse Justitiepaleis. De Eerste Vlaamse ster was Régine Clauwaert. Ze werd populair met programma's als Tienerklanken, Interland en Zuid-Noord dat ze samen met Koos Postema presenteerde. Ander populaire televisiefiguren uit deze periode waren de grootste showpresentator en quizmaster Toni Corsari (onder andere 100.000 of niets, De Muziekkampioen en Eén tegen allen) en kinderheld Nonkel Bob (Bob Davidse). Hij presenteerde het eerste jeugduur op de Vlaamse televisie onder de naam Kom toch eens kijken en was actief van 1955 tot 1985. Eveneens in 1955 kwam Schipper naast Mathilde op de Vlaamse buis. Het programma zou lopen tot 1963 en uitgroeien tot een van de grootste klassiekers op de Vlaamse televisie. Vanaf de jaren zestig maakt Willy Lustenhouwer de overstap naar televisie en werkt hij mee aan tal van spel- en ontspanningsprogramma's zoals Spel zonder grenzen en Waag je kans op de Vlaamse televisie. In het genre fictie scoort "De vorstinnen van Brugge" omstreeks 1972. Vanaf 1989 krijgt de toenmalige BRT concurrentie van het eerste commerciële televisiestation in Vlaanderen (VTM) en in 1995 komt daar een tweede speler (VT4) bij. De allerpopulairste Vlaamse televisiereeks was F.C. De Kampioenen waar ± 1.500.000 mensen gedurende 21 seizoenen naar keken.

Podiumkunsten

Muziek

Vlaamse muziek wordt vaak gelijkgesteld aan Schlagers, toch heeft deze regio heel wat meer te bieden. Zo kende de Vlaamse muziek een summum omstreeks de 15e en 16e eeuw met de Franco-Vlaamse School, een stijlrichting van polyfone vocale muziek. Aangezien de toenmalige landsgrenzen enige vergelijking met de landsgrenzen vandaag niet geheel plegen te doorstaan, kan de naam van de stijlrichting voor enige verwarring zorgen. Met zekerheid kan gezegd worden dat volgende componisten minstens een belangrijke periode van hun leven doorbrachten in wat tegenwoordig Vlaanderen genoemd wordt: Antoine Busnois, Hayne van Ghizeghem, Alexander Agricola, Jacobus Barbireau, Johannes Ghiselin en Heinrich Isaac. Vlaanderen kent ook een rijke geschiedenis aan volksmuziek, dit van zowel historische als hedendaagse volksmuziek zoals Laïs en Kadril.

De bestverkopende Vlaamse groep/artiest wereldwijd is 2 Unlimited met meer dan 20 miljoen stuks, gevolgd door Rocco Granata (17 miljoen), Technotronic (14 miljoen), Helmut Lotti (13,3 miljoen) en Vaya Con Dios (10,5 miljoen). Kvraagetaan (2007) van de Fixkes is het nummer dat het langst (16 weken) de nummer 1-positie innam van de Ultratop 50, daarnaast is het eveneens het langst in die lijst verblijvende Vlaamse nummer. Andere belangrijke en invloedrijke Vlaamse muzikanten zijn: Toots Thielemans, dEUS, Front 242, Think of One, Raymond van het Groenewoud, Eddy Wally, Willy Sommers, Laura Lynn, Axelle Red, Arno, TC Matic en The Pebbles.

Vlaanderen telt veel muziekfestivals in de meest diverse genres. Een van de bekendste festivals is Tomorrowland, gevolgd door Rock Werchter, dat voor het eerst georganiseerd werd in 1974 en gemiddeld 300.000 bezoekers trekt gespreid over vier dagen. Ook Pukkelpop trekt een groot aantal bezoekers aan, zo waren er 180.000 bezoekers in 2010. Het festival ging voor het eerst door in 1985 en wordt georganiseerd door de Humanistische Jongeren. Beide festivals brengen rockmuziek, Werchter richt zich meer op de populaire rock en Pukkelpop op de ietwat alternatieve muziek. Ook Mano Mundo te Boom, dat voor het eerst doorging in 1994, trekt jaarlijks gemiddeld 80.000 muziekliefhebbers. Het is het grootste gratis festival in Vlaanderen en brengt een mix van wereldmuziek en pop. Daarnaast zijn er nog het 10 dagen durende Gentse Feesten, Graspop Metal Meeting te Dessel, Reggae Geel, Sfinks Wereldmuziekfestival in Boechout, het folkmuziekfestival Dranouter, I Love Techno te Gent en Cactusfestival in Brugge. De belangrijkste muziekclubs zijn Fuse (Brussel), Petrol (Antwerpen) en Cactus (Brugge). De belangrijkste concertzalen ten slotte zijn Vorst Nationaal, de Ancienne Belgique, de Gentse Vooruit, de Botanique, BOZAR, het Concertgebouw Brugge, de Vlaamse Opera's van Gent en Antwerpen en de stadsschouwburgen van Antwerpen, Brugge en Kortrijk.

Bekende nummers over Vlaanderen of zijn inwoners zijn Les Flamandes (1959) van Jacques Brel, Vlaanderen m'n land ('69) en 't Is zo goed in Vlaanderen ('77 – eerste vertolking door Marva in '74[28]) van Will Tura, Vlaanderen de Leeuw ('84) van Willy Sommers, Vlaanderen ('82) van Paul van Vliet, Vlaanderen boven ('90) van Raymond van het Groenewoud & Zijn Vlaamse Mustafa's,[29] Mijn Vlaanderland ('95) van Willem Vermandere en ten slotte Als Vlaanderen feest (2007) van Wim Leys & Bart Herman.[30]

Opera, theater en cabaret
Zie Theater in Vlaanderen en Vlaamse Opera voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

Het grootste toneelgezelschap van Vlaanderen is het Toneelhuis, dat zijn thuisbasis heeft in de Bourlaschouwburg te Antwerpen. De artistieke leiding is er in handen van Guy Cassiers die het stadstheater liet uitgroeien tot een totaalbelevenis voor podiumkunsten. Zo wordt er samengewerkt met onder anderen grote namen als Benjamin Verdonck, Bart Meuleman en Abke Haring en maakt de internationaal geroemde choreograaf Sidi Larbi Cherkaoui (onder andere Zero degrees, 2005 met Akram Khan) deel uit van de vaste crew. Het Toneelhuis ontstond uit een fusie van de Koninklijke Nederlandse Schouwburg en de Blauwe Maandag Compagnie. Andere bekende gezelschappen zijn het populaire Echt Antwaarps Teater (onder andere Wat doen we met Bompa, 1981) de theatergroep rond Ruud De Ridder, Abattoir Fermé (onder andere Galapagos, 2005) de theatergroep rond onder anderen Charlotte Vandermeersch en Joost Vandecasteele, 't Arsenaal (onder andere Hitler is dood, 2009) de opvolger van het Mechels Miniatuur Teater (MMT) en de theatergroep rond onder anderen Jenny Tanghe, Manu Verreth en Luc Philips. Daarnaast zijn er ook nog de Koninklijke Vlaamse Schouwburg (KVS) te Brussel van onder anderen Raven Ruëll en David Strosberg en ten slotte de NTGent dat huist in de Koninklijke Nederlandse Schouwburg te Gent.

De grondleggers van de Vlaamse stand-upcomedy zijn/waren The Lunatic Comedy Club (gesticht door Stef Vanpoucke die later 123 Comedy Club oprichtte), café Buster aan de Kaasrui in Antwerpen, comedycollectief KAFT van Philip Saelens, boekingskantoor XL Productions, en de Hoegaarden stand-up Tour.[31] Daarnaast wordt ook weleens Geert Hoste als een van de grondlegger van de Vlaamse stand-upcomedy genoemd. Hij trekt reeds sinds 1991 met veel succes door Vlaanderen met zijn politieke conferences. Andere bekende Vlaamse cabaretiers of (stand-up)komieken zijn/waren Suske Henderickx, Jan Theys, Gaston en Leo, Jacques Vermeire, Tim Visterin, Hugo Raspoet, Urbanus, Jacky Lafon, Dirk Denoyelle, Alex Agnew, Walter Baele, Raf Coppens, Wouter Deprez, Philippe Geubels, Wim Helsen, Kommil Foo, Bert Kruismans, Lies Lefever en Nigel Williams.

Ten slotte zijn er nog de twee afdelingen van de Vlaamse Opera, de Koninklijke Opera te Gent en de Koninklijke Vlaamse Opera te Antwerpen die fusioneerden in 1981. In 1698 werd de schouwburg van de handboogschuttersgilde Sint-Sebastiaan aan de Kouter in Gent verbouwd en geschikt gemaakt voor operavoorstellingen. Het gebouw werd ingehuldigd met de opvoering van de opera Thésée van de Franse componist Jean-Baptiste Lully door de groep van Giovanni Paolo Bombarda en Pietro Antonio Fiocco, die in Brussel de Muntschouwburg oprichtten. In 1706 verkreeg Jean-Jacques Quesnot de La Chênée de vergunning om in deze Sint-Sebastiaanschouwburg te spelen. Dit gebouw brandde echter in 1715 af en in 1737 heropgebouwd om 100 jaar later plaats te maken voor het huidige operagebouw. In 1661 openden de Antwerpse Aalmoezeniers de Schouwburgh van de Oude Voetboog op de Grote Markt en vanaf 1682 kon de Antwerpenaar kennis maken met opera. Het gezelschap bracht aanvankelijk vooral opera's van reizende gezelschappen, met een voornamelijk Franstalig, maar occasioneel ook wel Italiaans en Nederlands repertoire. In 1834 verhuisde ze naar de (toen) nieuwe Bourlaschouwburg en werd er ook werk van het Nederlandsch Lyrisch Tooneel opgevoerd (onder anderen Edward Keurvels) en in 1907, neemt dit gezelschap bijna het hele oeuvre in beslag en verhuisde ze naar de huidige locatie. Wanneer de Franse opera's in de Bourlaschouwburg worden opgeheven in 1933, besluit het gezelschap zich ook toe te leggen op buitenlandse opera's.

Dans
Zie Dans in Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlaamse volksdans werd in het begin van de 20e eeuw erg populair bij en uitgeoefend door de lagere klassen van de maatschappij, in voornamelijk socialistische kringen, maar ook bij onder andere de Vlaamsche Landsbond voor Roomsch-Katholieke Vrouwen en Meisjes. In de periode rond de Tweede Wereldoorlog wordt de volksdans gemonopoliseerd door nationalistische milieus zoals onder andere het Vlaamsch Nationaal Vrouwenverbond (VNVV) en keldert de populariteit ervan bijgevolg vanaf 1945. Een eenvormige definitie van Vlaamse volksdans is moeilijk te geven daar elke streek zijn eigen typerende kenmerken heeft wel maken ze allemaal gebruik van de typische kledij, (Vlaamse) volksmuziek en maakt het vendelzwaaien regelmatig deel uit van de activiteiten. De koepelorganisatie van de volksdans in Vlaanderen is het Vlaams Instituut voor Volksdans en Volksmuziek (VIVO).

Omstreeks de jaren tachtig van de 20e eeuw kende de dans een ware heropleving die een aanvang nam met de voorstellingen van Fase (1982) en Rosas danst Rosas (1983) van Anne Teresa De Keersmaeker. Deze kon hiervoor op mondiale erkenning rekenen. In 1984 maakt Les Ballets C de la B, met sleutelfiguren als Alain Platel, Sidi Larbi Cherkaoui, Koen Augustijnen (vanaf 1991) en Christine De Smedt (vanaf 1990), furore met werken als Bonjour Madame (1993), La Tristeza Complice (1995), Iets op Bach (1999), Allemaal Indiaan (1999), Wolf (2003) en vsprs (2006) . Daarnaast maakte ook Jan Fabre naam met onder andere De macht der theaterlijke dwaasheden (1984) en, enkele jaren later, De Danssecties (1987). Eveneens in 1987 had Wim Vandekeybus het internationaal succes met zijn debuut What the body does not remember (1987). Recent is er de groeiende bijval voor het oeuvre van Alain Platel, wiens voorstelling Bernadetje (1996) in het buitenland erg enthousiast werd onthaalt. Aan dit lijstje dient ook nog de naam van de New Yorkse, maar reeds lange tijd in Brussel werkzame, choreografe Meg Stuart te worden toegevoegd. Veruit het bekendste gezelschap is het Antwerpse Koninklijk Ballet van Vlaanderen dat in 1969 werd opgericht en voornamelijk avondvullende voorstellingen brengt gaande van traditioneel repertoirewerk zoals Don Quichote en Romeo en Julia, tot ingrijpende bewerkingen zoals Het Zwanenmeer van Jan Fabre. Danspunt is het Vlaamse steunpunt voor amateurdans dat officieel erkend werd op 1 januari 2002 als enige disciplinaire organisatie voor amateurdans in Vlaanderen. De organisatie stelt zich tot doel de artistieke kwaliteit van amateurdans in Vlaanderen en Brussel te stimuleren en te ondersteunen.

Sinds de jaren tachtig van de 20e eeuw kwamen de vernieuwingen in de dans (en de internationale bekendheid ervan) enerzijds van de choreografen en makers uit de zogeheten 'Vlaamse Golf', anderzijds kwamen er de laatste decennia meer en meer nieuwe ontwikkelingen in de dans van jonge dansers en choreografen die zich als individuele kunstenaar ontwikkelden. Heel concreet betekent het dat zij niet altijd meer een dansgezelschap oprichten, maar met een productiehuis, een werkplaats of een managementbureau in zee gaan om hun dansproducties te ontwikkelen. Voorbeelden hiervan zijn Pieter Ampe, Ula Sickle, Eleanor Bauer, Benjamin Vandewalle, Liz Kinoshita, Daniel Linehan, Kate Mc Intosh, Charlotte Van Den Eynde, Andros Zins-Browne, Florentina Holzinger & Vincent Riebeek, Radouan Mriziga, Younouss Khoukhou ... Velen van hen studeerden aan P.A.R.T.S., de internationale, gerenommeerde dansschool die Anne Teresa De Keersmaeker oprichtte in Brussel. Zowel het werk van deze makers als van de choreografen uit de Vlaamse Golf, de talrijke huizen die hedendaagse dans en performance tonen en ondersteunen (Kaaitheater, Beursschouwburg, La Raffinerie, Kunstenfestivaldesarts, Kunstenwerkplaats Pianofabriek, HIROS, Caravan, KVS, les Tanneurs ...) en de impact van P.A.R.T.S., zorgden ervoor dat Brussel al jaren bekendstaat als internationale stad van de dans. Ook de ondersteuning van nieuwe initiatieven, kleine projecten van nieuwe jonge dansers en makers, door de overheid (voornamelijk de Vlaamse Gemeenschap) speelt daar nog altijd een belangrijke rol in.

Mode

Zie Vlaamse mode voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De bloeiperiode van de Vlaamse mode begint tijdens de London Fashion Week van 1981, alwaar de Antwerpse Zes (modeontwerpers Walter Van Beirendonck, Ann Demeulemeester, Dries Van Noten, Dirk Van Saene, Dirk Bikkembergs en Marina Yee) samen een defilé organiseren. Walter Van Beirendonck, Dries Van Noten en Dirk Bikkembergs zullen later doorstoten tot de wereldtop. Andere couturiers die internationale erkenning verwierven waren onder anderen Kaat Tilley, Anna Heylen, Veronique Branquinho, Kris Van Assche, Stijn Helsen, Edouard Vermeulen, Honorine Deschrijver, Olivier Theyskens, Cathy Pill, Murielle Scherre, Nicky Vankets, Raf Simons, An Salens en Joke Houbrechts.

De bekendste Vlaamse topmodellen zijn Hannelore Knuts, die zowat alle grote modeshows liep en de muze is/was van ontwerpers als Jean-Paul Gaultier en Karl Lagerfeld. Anouck Lepere, die algemeen beschouwd wordt tot de top vijf van beste/duurste modellen van de wereld te behoren, werkt momenteel voor MG Models en is het gezicht is van de Japanse cosmeticagigant Shiseido. Astrid Bryan, die "ontdekt" werd tijdens de modellenwedstrijd Elite Model Look, liep onder andere modeshows voor Armani, Gucci en Ralph Lauren. Een ander zeer bekend Vlaams topmodel is Ingrid Seynhaeve, die de modellenwedstrijd Look of the Year van Elite won. Ze werkte mee aan campagnes van merken als Guess, Nivea en Victoria's Secret. Elise Crombez, van haar kant verscheen reeds meer dan tien keer op de cover van zowel de Engelse als de Italiaanse Vogue en is/was onder andere het gezicht van merken als Prada en Helmut Lang. In 2002 was ze een van de vijf meest gevraagde modellen ter wereld. Ook Ingrid Vandebosch die onder andere voor Christian Dior werkte, behoort tot de wereldtop. Zo verscheen ze reeds in modebladen als Marie Claire, Elle, Vogue en Glamour. Ook Jessica Van Der Steen, het huismodel van Victoria's Secret, heeft een gedegen internationale uitstraling. Zo sierde ze reeds tal van covers van modebladen en is ze een vaste waarde in de badpakkenspecial van Sports Illustrated. Ook Marie Vandecaveye liep reeds modeshows voor Prada, Chanel, Fendi en DKNY en was te zien in een campagne voor Chanel. Ellen Petri (Miss België 2004) ten slotte is tot op heden de succesvolste Vlaamse deelneemster van Miss World. Ze won er twee prijzen: de Top Fashion Designer Award voor haar jurk, een creatie van couturier Nicky Vankets, en ook de Miss Cyber Press Award als meest fotogenieke deelneemster. Een van de eerste topmodellen in Vlaanderen was Pascale Naessens die modeshows liep in onder andere Parijs, Milaan en Tokio. Na vijf jaar internationaal modellenwerk gooide ze echter het roer om en werd presentatrice bij VTM. Andere (voornamelijk lokaal) bekende Vlaamse modellen zijn Ann Van Elsen, Brigitta Callens, Véronique De Kock, Phaedra Hoste en Dagmar Liekens. Ten slotte dient ook Angelina Saey hier genoemd te worden. Ze werd beroemd als het tijgermeisje op de verpakking van het sigarettenmerk Tigra en gold als een van de sekssymbolen van de jaren vijftig en zestig.

Media

Zie Media in Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De oudste krant van Vlaanderen is De Gentenaar, die voor het eerst verscheen in 1879. De populairste krant is Het Laatste Nieuws, op ruime afstand gevolgd door Het Nieuwsblad. Andere populaire kranten zijn De Morgen, Gazet van Antwerpen, Het Belang van Limburg en De Standaard. Het oudste nog bestaande weekblad van Vlaanderen is het Nieuwsblad van Geel. Het blad verscheen voor het eerst in 1853. Lange tijd was Kerk en Leven het meest gelezen weekblad in de regio, anno 2011 is dat Dag Allemaal. Andere populaire weekbladen zijn Knack, Humo en Libelle.

De eerste televisieavond van het toenmalig NIR (de huidige VRT) ging op 31 oktober 1953 de ether in en de eerste radiozending omstreeks 1930. Tegenwoordig zendt de VRT via drie televisienetten (Eén, Canvas en BVN) uit. Daarnaast heeft de publieke omroep ook nog zes analoge radiokanalen (Radio 1, Radio 2, Klara, Studio Brussel, MNM en RVi) en enkele digitale kanalen. De eerste commerciële televisie-uitzending in Vlaanderen vond plaats op 1 februari 1989 door VTM van de Vlaamse Media Maatschappij (VMMa). Tegenwoordig heeft DPG Media, waarin VMMa en opvolger Medialaan zijn opgegaan, nog vijf andere tv-kanalen (Q2, VTM Kids, VTM Kids Jr., CAZ en Vitaya), twee analoge radiozenders (Q-music en JOE) en enkele digitale radiostations (zoals Willy) in haar aanbod. De tweede grote speler op de televisiemarkt is SBS Belgium, eigenaar van Play4, dat sinds 1 februari 1995 uitzendt, en daarnaast Play5 en Play6. Daarnaast zijn er nog de muziekzenders van MTV Networks Benelux (Nickelodeon, MTV, de regionale en de digitale kanalen. Alle zenders hebben streamingplatformen rond hun merken en SBS en DPG delen het betalende streamingplatform Streamz.

Bijna alle actoren in de Vlaamse media hebben een of meerdere webpagina's, Facebook- en/of Twitteraccounts. Daarnaast zijn er de internetfora en nieuwswebsites zoals onder andere Politics.be, DeWereldMorgen.be (het voormalige Indymedia) en Google News België.

Streekproducten

Vlaanderen is in het buitenland voornamelijk bekend vanwege zijn culinaire specialiteiten en zijn Bourgondische keuken (vaak aangeduid als Belgische keuken). Het bekendste exponent hiervan zijn de frieten. Andere typische streekgerechten zijn onder andere asperges op zijn Vlaams, witlof in hesp en kaassaus, bloemkool in bechamelsaus, waterzooi, stoofvlees, mosselen, paling in 't groen, konijn met pruimen, tomaat crevettes en hutsepot. In de Vlaamse keuken spelen soep en vlees een hoofdrol. Het meest gegeten vlees in Vlaanderen is varken, gevolgd door runds- en kalfsvlees, kip en paard. Typische vleesproducten zijn dan ook kop, filet d'Anvers en paardenvlees. Consumptiedieren die specifiek zijn aan de regio zijn onder meer de Mechelse koekoek, de wijngaardslak, de Noordzeegarnaal, de mossel, de karakol en het Belgisch witblauw. Daarnaast zijn er het Kempens roodbont en het Oost-Vlaams witrood, die voornamelijk gekweekt worden voor de melkproductie en het West-Vlaams rood dat een dubbeldoelfunctie heeft. Typische Vlaamse groenten zijn bintjes, asperges, witlof, spruiten, bloemkool en prei.

Een van de belangrijkste exportstreekproducten is chocolade en dan voornamelijk pralines van onder andere de merken Côte d'Or, Godiva, Callebaut, Neuhaus, Leonidas. Vooral in Brussel, Brugge en Antwerpen (onder andere Antwerpse handjes) zijn nog tal van artisanale chocolatiers te vinden en rond Sinterklaas en Pasen duiken er respectievelijk chocolade afbeeldingen van de oude man en paaseieren op bij de talrijke bakkerijen en supermarkten. Het sinterklaasfeest gaat daarnaast gepaard met typische Vlaamse producten als marsepein en speculaas. In de Vlaamse banketbakkerswereld is daarnaast nog tal van ander regio- en streekgebonden lekkers te vinden zoals onder andere de tot nationaal symbool uitgegroeide Antwerpse koffiekoeken, boterkoeken, broodpudding, peperkoek, appelbollen, worstenbroden, mattentaarten, Brugse kletskoppen, Gentse mokken, Kortrijkse peperbollen, pannenkoeken, kalletaarten, Lierse vlaaikes en Brusselse wafels. Een andere erg bekend Vlaams product is bier. Vlaanderen is op dit vlak voornamelijk bekend om zijn pilsen (onder andere Stella Artois, Maes Pils, Primus, Cristal Alken en Vedett), speciale bieren (zoals Palm, Pauwel Kwak, Affligem, De Koninck, Duvel, Hoegaarden, Liefmans, Brugse Zot en Rodenbach) en trappistenbieren (Achel, Westmalle en Westvleteren). Daarnaast is Vlaanderen ook erg bekend om zijn sterke dranken, en dan meer bepaald omwille van zijn talrijke jenevers (onder andere Filliers, Hasseltse, Wortegemsen, De Stoop en Braeckman) en Elixir d'Anvers.

Op 10 januari 2014 werd het frietkot als cultureel erfgoed erkend door toenmalig Vlaamse minister van cultuur Joke Schauvliege (CD&V)[32]

Ontdek meer Cultuur per onderwerp

Wapen van Vlaanderen

Wapen van Vlaanderen

Het wapen van Vlaanderen is het officiële wapenschild van de Belgische deelstaat Vlaanderen. Het wapen is afkomstig van dat van het graafschap Vlaanderen en kreeg in 1988 de status van officieel symbool.

Wapenboek Gelre

Wapenboek Gelre

Het Wapenboek Gelre (1395-1402) is een heraldisch ambtsboek met een verzameling van ruim 1700 getekende Europese heraldische wapens van de hand van Claes Heynensoon, bekend als heraut Gelre. Het handschrift heeft een belangrijke cultuurhistorische en heraldische waarde en is internationaal bekend. Het is bekend als Codex Gelre, in het Frans als L'Armorial du héraut Gelre, en in het Duits als Wappenbuch Gelre. De Codex Gelre bestaat zowel inhoudelijk als codicologisch, uit twee delen: het eigenlijke wapenboekgedeelte van ca. 2000 wapens en de achteraf door de heraut Gelre, later voor het wapenboekgedeelte toegevoegde tekstverzameling van 16 gedichten. Het wordt getypeerd als een universeel wapenboek met hiërarchische opzet. In autograaf wordt het bewaard te Brussel in de Koninklijke Bibliotheek van België (KBR) als hs. (handschrift) 15652-56.

Wapen (heraldiek)

Wapen (heraldiek)

In de heraldiek is een wapen of blazoen een meestal symbolische voorstelling op een (wapen)schild, eventueel uitgebreid met een of meer attributen uit de zogeheten schilddekking, zoals een helm, een kroon, een of meer schildhouders, een motto en een wapentent, wapenmantel of dekkleed. Een wapen wordt gebruikt als herkenningsteken van personen, families en organisaties. De oorsprong ligt in de middeleeuwse feodaliteit.

Lijst van graven van Vlaanderen

Lijst van graven van Vlaanderen

De graaf van Vlaanderen regeerde over het graafschap Vlaanderen vanaf de 9e eeuw. Vroege graven zoals Arnulf I de Grote werden soms markgraaf genoemd. Deze alternatieve titel werd niet meer gebruikt vanaf de 12e eeuw.

Nicaise De Keyser

Nicaise De Keyser

Jhr. Nicaise De Keyser was een Vlaams romantisch kunstschilder. Hij schilderde voornamelijk portretten en historische taferelen. Naar hem is in Antwerpen de De Keyserlei genoemd.

Robert II van Artesië

Robert II van Artesië

Robert II was een postume zoon van graaf Robert I van Artesië en Machteld van Brabant. Hij was graaf van Artesië van zijn geboorte. Hij was, net zoals Jacob van Châtillon, de landvoogd van Vlaanderen, een oom van de toenmalige koningin van Frankrijk, Johanna van Navarra.

Pieter Bruegel de Oude

Pieter Bruegel de Oude

Pieter Bruegel de Oude was een kunstschilder die behoorde tot de Noordelijke renaissance. Hij was de vader van Pieter Brueghel de Jonge en van Jan Brueghel de Oude. Zelf schreef hij zijn naam en tekende hij zijn werken van 1559 tot aan zijn dood als Bruegel, maar zijn zoons tekenden met Brueghel wat voor hem dan soms ook gebruikt wordt.

De Toren van Babel (Rotterdam)

De Toren van Babel (Rotterdam)

De toren van Babel is een schilderij van de Brabantse schilder Pieter Bruegel de Oude in het Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam.

Museum Boijmans Van Beuningen

Museum Boijmans Van Beuningen

Museum Boijmans Van Beuningen is een museum voor beeldende kunst, gelegen aan het Museumpark in de stad Rotterdam. Het museum bezit creaties op het gebied van beeldende kunst, toegepaste kunst en design. De collectie tekeningen is een van de belangrijkste ter wereld. Boijmans Van Beuningen biedt een overzicht van Nederlandse en Europese kunst, van de vroege middeleeuwen tot in de 21e eeuw. Tot de collectie behoren onder andere de schilderijen 'De kleine toren van Babel' uit 1563 van Bruegel, 'De drie Maria's' van Jan van Eyck, en 'Titus aan de lezenaar' van Rembrandt, maar ook de 'Lippenbank' van Salvador Dalí. De instelling behoort tot de top van de Nederlandse kunstmusea.

1618

1618

Het jaar 1618 is het 18e jaar in de 17e eeuw volgens de christelijke jaartelling.

Hermitage (Sint-Petersburg)

Hermitage (Sint-Petersburg)

De Hermitage in Sint-Petersburg is een van de grootste en omvangrijkste kunst- en cultuurhistorische musea in de wereld. De totale collectie omvat een verzameling uit de Oudheid, de Middeleeuwen en de latere kunst en cultuur, zowel van het westen als het oosten. Ook archeologische vondsten en kunst uit Azië en de Russische cultuur van de 8e eeuw tot de 19e eeuw zijn goed vertegenwoordigd. Zij omvat meer dan 3 miljoen objecten, verzameld in iets meer dan 2,5 eeuw. Men zegt dat daarvan slechts 5% aan het publiek getoond kan worden.

Sint-Petersburg

Sint-Petersburg

Sint-Petersburg is een stad in het noordwesten van Rusland. Het is na Moskou de grootste stad van het land en een belangrijk industrieel, wetenschappelijk en cultureel centrum. De stad is gelegen in een deltagebied aan de monding van de rivier de Neva in de Nevabaai, het oostelijkste deel van de Finse Golf. Het inwonertal in 2018 is 5.351.935. Sint-Petersburg is de meest noordelijke stad ter wereld met meer dan 1 miljoen inwoners.

Religie

In Vlaanderen zijn er zes erkende godsdiensten: het katholicisme, het protestantisme, het anglicanisme, het oosters-orthodox christendom, het jodendom en de islam.

Katholieke Kerk

Vlaanderen telt één aartsbisdom, het Aartsbisdom Mechelen-Brussel (1559) en één militair ordinariaat. Het aartsbisdom is onderverdeeld in drie vicariaten, waarvan twee Vlaamse, namelijk het vicariaat Brussel en het vicariaat Vlaams-Brabant en Mechelen. Daarnaast zijn er nog vier bisdommen, met name het Bisdom Antwerpen (1559-1801 en vanaf 1961), het Bisdom Gent (1559), het Bisdom Brugge (1559-1801 en vanaf 1834) en het Bisdom Hasselt (1967) – alle vier suffraganen van Mechelen-Brussel. Deze bisdommen en vicariaten zijn onderverdeeld in dekenaten (93), federaties en parochies (1.930). Het hoofd van de Belgische kerkprovincie (en dus ook van Vlaanderen) is aartsbisschop Jozef De Kesel van het aartsbisdom Mechelen-Brussel.

Vlaanderen is traditioneel een katholieke regio. De vele kapellen, kerken, kathedralen en abdijen getuigen daarvan. Het christendom verbreidde zich reeds vroeg op het grondgebied van het huidige Vlaanderen. In de 4e eeuw was de H. Servatius reeds bisschop te Tongeren, als laatste bisschop van het bisdom Tongeren. Dat bisdom bracht hij zelf over naar Maastricht, en in 706 verhuisde het naar Luik. In de middeleeuwen viel Vlaanderen deels onder Luik, deels onder Kamerijk, deels onder Doornik en deels onder het in 1559 opgeheven bisdom Terwaan.

Door de herindeling van Super universas kwamen er liefst vijf bisdommen op Vlaams grondgebied: Antwerpen, Brugge, Gent, Mechelen en het in 1801 opgeheven bisdom Ieper. Sinds 1967 is er opnieuw een vijfde bisdom: het van Luik losgemaakte bisdom Hasselt.

Bloeiende kloosters zoals de Sint-Pietersabdij en de Sint-Baafsabdij in Gent en vele andere rezen op in de middeleeuwen en droegen bij tot de economische en culturele ontwikkeling van de streek.

De hervormingsbeweging in de 16e eeuw die aanvankelijk een groot succes kende in de Zuidelijke Nederlanden en gepaard ging met politiek verzet tegen de absolutistische tendens van het huis Habsburg, werd vooral door Filips II gestuit. Onder de aartshertogen Albrecht en Isabella verdween de invloed van het protestantisme vrijwel volledig en werd het katholicisme vernieuwd door de besluiten van het Concilie van Trente (1545-1563), de Katholieke Hervorming en het werk van de jezuïeten. Tijdens de Franse Revolutie was het religieus verzet zeer sterk. De grondwet van 1830 waarborgt de vrijheid van godsdienst. Ernstige spanningen tussen Kerk en Staat deden zich voor tijdens de schoolstrijd van 1878-1884 en die van 1954-1958.

Protestantisme

Vlaanderen telt 38 protestantse gemeenten die aangesloten zijn bij de Verenigde Protestantse Kerk in België (VPKB). De VPKB is een vereniging van drie verschillende Christelijke genootschappen, namelijk de Protestantse Kerk van België, de Hervormde Kerk van België en de Kring van de Belgische Gereformeerde Kerken. Dit kerkgenootschap telt twee Vlaamse districten, met name het District Antwerpen-Brabant-Limburg (21 gemeenten) en het District Oost- en West-Vlaanderen (17 gemeenten). Voorzitter van de synode is Guy Liagre.

Het aantal protestanten bedraagt in Vlaanderen ongeveer één procent van de bevolking.

Evangelisch christendom

Vlaanderen telt 310 evangelische gemeenten en organisaties die allen aangesloten zijn bij de Evangelische Alliantie Vlaanderen (EAV) met Kris Vleugels als voorzitter. De EAV vormt de koepelorganisatie van vier andere organisaties, met name het Verbond van Vlaamse Pinkstergemeenten (VVP) dat uit 55 gemeenten en 11 organisaties bestaat,[33] de Vrije Evangelische Gemeenten (VEG) dat dertig gemeenten vertegenwoordigt,[34] de Evangelische Christengemeenten in Vlaanderen (ECV) dat twintig gemeenten vertegenwoordigt en ten slotte de Belgische Evangelische Zending (BEV) die de overige 14 vertegenwoordigt. De EAV maakt op haar beurt deel uit van de Federale Synode van Protestantse en Evangelische Kerken in België (FSPEKB) en de Europese Evangelische Alliantie (EEA).

De evangelische christenen vormen in Vlaanderen een tamelijk jonge geloofsgemeenschap; daarom rekent men deze ook wel onder de ‘nieuwe godsdiensten’. Veel evangelische christenen zijn van Afrikaanse of van Latijns-Amerikaanse afkomst.

Evangelische christenen worden in Vlaanderen onder de protestanten gerekend.

Anglicaanse Kerk

Vlaanderen telt twaalf anglicaanse parochies die allen behoren tot het Aartsdekenaat Noordwest-Europa. Naast Vlaanderen, behoren ook Wallonië, Nederland en Luxemburg tot dit aartsdekenaat. De Heilige Drievuldigheidskathedraal te Brussel is de kathedraal van de gemeenschap en de hoofdzetel is gelegen te Antwerpen. Deken is de Nederlander John De Wit.

De anglicaanse Kerk is in Vlaanderen slechts een zeer kleine minderheid.

Orthodoxe Kerk

De Orthodoxe Kerk in Vlaanderen valt onder te verdelen in verschillende gemeenschappen. Zestien parochies volgen de Oecumenische traditie, waarvan drie in Grieks-Orthodoxe traditie die ressorteren onder het aartsbisdom van België met de Kathedraal van de Heiligen Aartsengelen Michaël en Gabriël te Brussel als hoofdkerk en Athenagoras Peckstadt als metropoliet. Van de dertien parochies in Russisch-orthodoxe traditie ressorteren er acht onder het Aartsbisdom van Brussel en België met de kathedraal van de Heilige Nikolaas te Brussel als hoofdkerk met aartsbisschop Simon van Brussel en België, drie onder het Exarchaat van Orthodoxe Parochies van Russische traditie en twee vallen onder de Russisch-Orthodoxe Kerk in het Buitenland (Ukkel en Elsene). De drie parochies in Roemeens-orthodoxe traditie behoren tot het Aartsbisdom van West- en Zuid-Europa met Josef Pop als metropoliet en de parochie in Servisch-orthodoxe traditie te Brussel en Antwerpen behoren tot het Bisdom van Parijs en West-Europa. Daarnaast zijn er nog twee parochies in Oekraïens-orthodoxe traditie (Molenbeek en Genk) en één in Bulgaars-orthodoxe traditie (te Brussel).

Minder dan één procent van de Vlamingen behoort tot de Orthodoxe Kerk; een groot deel van hen is afkomstig uit Oost-Europa.

Jodendom

De steden Antwerpen en Brussel, en in mindere mate Wilrijk en Edegem, huisvesten een ruime joodse gemeenschap waarvan een relatief groot aantal gelovigen het orthodox jodendom belijdt. Velen van hen behoren tot de streng orthodoxe charedische richting. Antwerpen is na Londen het grootste centrum van de levensvisie in Europa. Zij gaan dienovereenkomstig gekleed en zijn daarom een opvallende verschijning in het Antwerpse (en in mindere mate het Brusselse) straatbeeld. Chassidische joden vormen het merendeel van de charedische joden. Grote chassidische bewegingen gevestigd in Vlaanderen zijn onder andere Pshevorsk, Satmar, Belz, Bobov, en Lubavitch. Andere grote joodse gemeenschappen in Vlaanderen zijn de modern-orthodoxen, de masorti en de liberale joden.

Het aantal joden in Vlaanderen bedraagt minder dan één procent.

Islam

Moslims vormen naar schatting 3% van de Vlaamse bevolking. Omdat de islam in Vlaanderen een tamelijk jonge godsdienst is, noemt men dit ook wel een ‘nieuwe godsdienst’. Er zijn een kleine 200 moskeeën gevestigd in Vlaanderen, de meeste hiervan liggen in de grote en middelgrote steden en zijn in Turkse en Marokkaanse traditie. Daarnaast zijn er ook nog enkele in Pakistaanse, Bosnische, Bengaalse en Albanese traditie. Het aantal erkende moskeeën bedraagt een paar tientallen.

De eerste moskeeën in Vlaanderen kwamen tot stand omstreeks 1975 en opereerden aanvankelijk vaak onder het statuut van vereniging zonder winstoogmerk die opgericht werden door bewegingen die deel uitmaken van een mystieke moslimtraditie (de zawiya, de tarîqa) of door politiek-religieuze bewegingen (de Milli Görüs, de Moslimbroeders, de tabligh …). Anderen werden opgericht door instellingen die verbonden zijn met een staat (Turkije: Diyanet) of interstatelijke organisaties (Islamitisch en Cultureel Centrum). De meerderheid van de moslims in Vlaanderen is soenniet en behoort meer bepaald tot de malikieten en de hanafieten. Een minderheid van de moslims in Vlaanderen is sjiiet.

De erkenning van moskeeën kwam de laatste jaren op gang. Daarvoor werden geen erkenningsaanvragen ingediend. Procedures stonden ook niet echt op punt, en de vraag naar erkenning vanuit de islamitische gemeenschap was niet zo sterk. Men vreesde een zeker inzagerecht vanwege de overheid.

Van de zes erkende godsdiensten is er alleen bij de islamitische groep nog een achterstand op het vlak van de officiële subsidiëring van imams, moskeeën en eigen scholen. Katholieken, protestanten en joden hebben eigen scholen voor leerlingen van alle leeftijden. In september 2007[35] opende wel een secundaire moslimschool in Brussel de deuren, maar zonder officiële erkenning. De katholieke scholen worden in praktijk ook bezocht door vele niet-katholieke leerlingen, ook door vele moslims die een religieus onderricht verkiezen boven een neutraal, en agnostici en atheïsten. Het katholieke onderwijs heeft een aandeel van 60 à 70%, afhankelijk van de leeftijd. Overheidsonderwijs, ingericht door de Vlaamse overheid, gemeenten en provincies vormt de tweede grote groep met een 30 à 35% van de leerlingen.

Sekten

In Vlaanderen zijn een aantal sekten actief. Scientology, de Internationale beweging voor het geweten van Krishna (ISKCON), de Getuigen van Jehova, de pinkstergemeenten, de Orde van de Zonnetempel, de Graalbeweging, Ex Deo Nascimur, de Baha'i, de Sekte van de Engel Albert, Aoum, de Moonbeweging, Universele Witte Broederschap, Kreatieve Energie en De Familie (het voormalige Children of God) zijn door de Belgische Kamer van volksvertegenwoordigers in haar parlementair onderzoek als sekte omschreven geloofsgemeenschappen die in Vlaanderen actief zijn.[36]

Ontdek meer Religie per onderwerp

Protestantisme

Protestantisme

Het protestantisme is een van de drie grote stromingen binnen het christendom, naast het rooms-katholicisme en de oosters-orthodoxe kerken. De stroming ontstond uit kritiek op praktijken en leerstellingen van de middeleeuwse katholieke Kerk. In het begin van de zestiende eeuw leidde dit tot diverse pogingen om de kerk daadwerkelijk te hervormen: de Reformatie. Kenmerkend is dat men zich daarbij beriep op de studie van de Bijbel, niet alleen door theologen maar ook door gewone gelovigen. Navolgers van de hervormer Maarten Luther kregen met name voet aan de grond in Duitsland en Scandinavië. Daar ontstonden evangelisch-lutherse staats- of landskerken. In Nederland, Zwitserland, Frankrijk en Schotland ontstonden hervormde of gereformeerde kerken, vaak geïnspireerd door de hervormer Johannes Calvijn. In Engeland zag de Anglicaanse Kerk het licht.

Anglicanisme

Anglicanisme

De term anglicanisme wordt gebruikt voor leden en de kerken die de tradities en gebruiken van de Kerk van Engeland volgen. Het anglicanisme is de op drie na grootste christelijke denominatie ter wereld, na het katholicisme, de oosterse orthodoxie en het gereformeerd protestantisme.

Oosters-orthodoxe kerken

Oosters-orthodoxe kerken

De oosters-orthodoxe kerk, officieel de orthodoxe katholieke kerk genoemd, is een stroming binnen het christendom die zichzelf beschouwt als directe voortzetting van de 'ene, heilige, katholieke en apostolische' kerk. De Griekse naam 'orthodox' betekent letterlijk 'rechtgelovig', 'het ware geloof behoudend'. Als de oosters-orthodoxe gezindheid bedoeld wordt, die deze Kerk in de maatschappij vertegenwoordigt, wordt ook wel 'oosters-orthodoxe kerk' geschreven, zonder beginhoofdletters.

Jodendom

Jodendom

Het jodendom is de cultuur, levenswijze en religie van het Joodse volk en de oudste of een van de vroegst ontstane monotheïstische godsdiensten en behoort tot de oudste religieuze tradities die vandaag de dag nog worden beoefend.

Mechelen (stad)

Mechelen (stad)

Mechelen is een centrumstad en gemeente in de Belgische provincie Antwerpen. De stad ligt in het zuiden van die provincie, centraal tussen de steden Antwerpen en Brussel, aan de rivier de Dijle. Mechelen telt 86.996 inwoners (2022). Het is naar aantal inwoners de zesde stad van Vlaanderen en de op een na grootste stad van de provincie, na Antwerpen. Het is tevens de op één na grootste stad aan de Dijle, na Leuven.

Aartsbisdom Mechelen-Brussel

Aartsbisdom Mechelen-Brussel

Het Aartsbisdom Mechelen-Brussel is een van de acht rooms-katholieke Belgische bisdommen. Het is het aartsbisdom van de kerkprovincie Mechelen-Brussel, dat het gehele Belgische grondgebied omvat.

Aartsbisdom

Aartsbisdom

Een aartsbisdom is een bisdom dat wordt bestuurd door een aartsbisschop. Een bisdom kan een aartsbisdom zijn door zijn grootte of (historisch) belang of een combinatie daarvan. Een aartsbisdom is meestal tevens het hoofdbisdom in een kerkprovincie.

Militair ordinariaat

Militair ordinariaat

Een militair ordinariaat is een ordinariaat van de Katholieke Kerk. Een dergelijk ‘legerbisdom’ is bedoeld om geestelijke zorg te verschaffen aan militairen. Aan het ordinariaat zijn aalmoezeniers verbonden en aan het hoofd staat de ordinarius, een bisschop. Het militair ordinariaat werkt nauw samen met de dienst geestelijke verzorging van de krijgsmacht.

Bisdom (Rooms-Katholieke Kerk)

Bisdom (Rooms-Katholieke Kerk)

In de Rooms-Katholieke Kerk is een bisdom een kerkrechtelijk afgebakend gebied dat onder het bestuur van een lokale bisschop staat. Rooms-katholieke bisschoppen van andere bisdommen dan bisdom Rome worden benoemd door de paus.

Bisdom Antwerpen

Bisdom Antwerpen

Het Bisdom Antwerpen is een van de acht Belgische bisdommen. Het werd in 1559 opgericht met de bul Super universas door paus Paulus IV, die hiermee de bisdommen in de Nederlanden opnieuw indeelde. Maar pas in 1570 bekleedde eerste bisschop van Antwerpen zijn zetel. Het bisdom werd na de Franse Revolutie weer afgeschaft in 1801 met het Concordaat tussen Napoleon en paus Pius VII. Nadien werd het bij het Aartsbisdom Mechelen gevoegd.

Bisdom Gent

Bisdom Gent

Het Bisdom Gent is een van de acht bisdommen die samen de Belgische kerkprovincie vormen. Het omvat de volledige provincie Oost-Vlaanderen en de Antwerpse gemeente Zwijndrecht. Het bisdom telt 10 dekenaten en deze omvatten 424 parochies. Op 31 december 2006 telde het bisdom 532 priesters en 77 permanente diakens.

Bisdom Brugge

Bisdom Brugge

Het Bisdom Brugge is een bisdom dat met de Belgische provincie West-Vlaanderen samenvalt. De provincie telt 1.200.945 inwoners en het bisdom 10 dekenaten, 339 parochies, 388 eigen priesters en 85 permanente diakens.

Politiek

Het logo van de Vlaamse Overheid
Het logo van de Vlaamse Overheid

Structuur

Vlaanderen wordt bestuurt door de Vlaamse regering en heeft een eigen Vlaamse overheid. Vlaanderen is opgedeeld in 5 provincies, 23 administratieve arrondissementen (waarvan 1 Brussels), 36 provinciedistricten (waarvan 1 Brussels), 111 kantons (waarvan 8 Brusselse) en 327 gemeenten (waarvan 19 Brusselse).

Vlag Vlaanderen Vlaanderen Supranationaal Nationaal Gemeenschap Gewest Provincie Arrondissement Provinciedistrict Kanton Gemeente District
Administratief Niveau Vlag van Europa Europese Unie Vlag van België België Vlag Vlaanderen Vlaanderen Vlag Antwerpen (provincie) Antwerpen
Vlag Limburg Limburg
Vlag Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen
Vlag West-Vlaanderen West-Vlaanderen
Vlag Vlaams-Brabant Vlaams-Brabant
23 327 9
Vlag Vlaamse Gemeenschap Vlaamse Gemeenschap Vlag Vlaams Gewest Vlaams Gewest
Vlag Brussels Hoofdstedelijk Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Bestuur Europese Commissie Belgische regering Vlaamse regering
---
College v.d. Vlaamse
Gemeenschapscommissie

College v.d. Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie
Vlaamse regering
Brusselse Hoofdstedelijke Regering
Deputatie Gemeentebestuur Districtscollege
Raad Europees Parlement Senaat Kamer van
volksvertegenwoordigers
Vlaams Parlement
---
Raad v.d. Vlaamse
Gemeenschapscommissie

Raad v.d. Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie
Vlaams Parlement
Brussels Hoofdstedelijk Parlement
Provincieraad Gemeenteraad Districtsraad
Kiesomschrijving Nederlands Kiescollege Antwerpen, Limburg, Vlaams-Brabant,
Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen en Brussel-Hoofdstad
13 36 111 327 9
Verkiezing Europese Federale Vlaamse
Brusselse
Provincieraads- Gemeenteraads- Districtsraads-

(Voormalige) ministers-presidenten

Nr. Naam Begin mandaat Einde mandaat Politieke partij Regeringen
1 Gaston Geens 22 december 1981 21 januari 1992 CVP I, II, III, IV
2 Luc Van den Brande 21 januari 1992 13 juli 1999 CVP I, II, III, IV
3 Patrick Dewael 13 juli 1999 5 juni 2003 VLD I
4 Bart Somers 11 juni 2003 20 juli 2004 VLD I
5 Yves Leterme 20 juli 2004 28 juni 2007 CD&V I
6 Kris Peeters 28 juni 2007 25 juli 2014 CD&V I, II
7 Geert Bourgeois 25 juli 2014 2 juli 2019 N-VA I
8 Liesbeth Homans 2 juli 2019 2 oktober 2019 N-VA I
9 Jan Jambon 2 oktober 2019 N-VA I

Vlaamse regering

Zie Vlaamse overheid voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Samenstelling huidige Vlaamse regering

Zie Regering-Jambon voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Functie en bevoegdheden Naam Partij
Minister-president en minister
Buitenlandse Zaken, Cultuur, ICT en Facilitair Management
Jan Jambon N-VA
Viceminister-president en minister
Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw
Hilde Crevits CD&V
Viceminister-president en minister
Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen
Bart Somers Open Vld
Viceminister-president en minister
Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand
Ben Weyts N-VA
Minister
Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme
Zuhal Demir N-VA
Minister
Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Wouter Beke CD&V
Minister
Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed
Matthias Diependaele N-VA
Minister
Mobiliteit en Openbare Werken
Lydia Peeters Open Vld
Minister
Brussel, Jeugd en Media
Benjamin Dalle CD&V

Deze regeringssamenstelling wordt door de gelijkenis met de Zweedse vlag ook wel de Zweedse coalitie genoemd. De vlag draagt een geel kruis op een blauwe achtergrond:[37]

  • de gele kleur staat voor de regeringsdeelname van de Vlaams-nationalistische N-VA;
  • het kruis symboliseert de christendemocraten van CD&V;
  • de blauwe achtergrond geeft de aanwezigheid van de Vlaamse liberalen van Open Vld weer.

Overzicht Vlaamse regeringen (1981 – heden)

De Vlaamse regering wordt benoemd door het Vlaams Parlement met ten hoogste elf ministers en geleid door de minister-president.

Regering Minister-president Partijen Periode Dagen
Regering-Geens I Gaston Geens (CVP) CVP, SP, PVV, VU 1981-1985 1449
Regering-Geens II Gaston Geens (CVP) CVP, PVV 1985-1988 785
Regering-Geens III Gaston Geens (CVP) CVP, PVV 1988 258
Regering-Geens IV Gaston Geens (CVP) CVP, SP, PVV, VU 1988-1992 1190
Regering-Van den Brande I Luc Van den Brande (CVP) CVP, SP 1992 15
Regering-Van den Brande II Luc Van den Brande (CVP) CVP, SP, VU 1992 258
Regering-Van den Brande III Luc Van den Brande (CVP) CVP, SP, VU 1992-1995 973
Regering-Van den Brande IV Luc Van den Brande (CVP) CVP, SP 1995-1999 1424
Regering-Dewael I Patrick Dewael (VLD) VLD, SP, Agalev, VU 1999-2003 1423
Regering-Somers I Bart Somers (VLD) VLD, sp.a, Groen!, Spirit 2003-2004 405
Regering-Leterme I Yves Leterme (CD&V) CD&V-N-VA, sp.a-Spirit, VLD-Vivant 2004-2007 1072
CD&V-N-VA, sp.a-Spirit, Open Vld
Regering-Peeters I Kris Peeters (CD&V) CD&V-N-VA, sp.a-Spirit, Open Vld 2007-2009 746
CD&V, sp.a-Spirit, Open Vld
CD&V, sp.a, Open Vld
Regering-Peeters II Kris Peeters (CD&V) CD&V, sp.a, N-VA 2009-2014 1838
Regering-Bourgeois I Geert Bourgeois (N-VA) N-VA, CD&V, Open Vld 2014-2019 1803
Regering-Homans Liesbeth Homans (N-VA) N-VA, CD&V, Open Vld 2019 92
Regering-Jambon Jan Jambon (N-VA) N-VA, CD&V, Open Vld 2019-heden 1223
tot heden

Vlaams parlement

Het logo van het Vlaams parlement
Het logo van het Vlaams parlement
Zie Vlaams Parlement voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Het Vlaams Parlement wordt om de 5 jaar verkozen. Het bestaat uit 124 Vlaamse volksvertegenwoordigers die rechtstreeks worden verkozen. Het is de volksvertegenwoordiging van de Vlaamse Gemeenschap en geniet alle wettelijke bevoegdheden in de regio Vlaanderen én voor alle instellingen van de Vlaamse Gemeenschap, zoals alle Nederlandstalige scholen (met inbegrip van deze in Brussel), dus ook voor de Franstalige scholen in Vlaamse faciliteitengemeenten. Zij duidt tevens de ministers van de Vlaamse regering aan.

Zetelverdeling

De zetelverdeling gebeurt per provincie, er zijn 124 zetels te verdelen in functie van het bevolkingsaantal. (118 uit het Vlaamse gewest en 6 uit het Brusselse gewest)

1995-1999
Zie Vlaams Parlement (samenstelling 1995-1999) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Inaugurale zetelverdeling van het Vlaams Parlement in 1995.

1999-2004
Zie Vlaams Parlement (samenstelling 1999-2004) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Inaugurale zetelverdeling van het Vlaams Parlement in 1999.

2004-2009
Zie Vlaams Parlement (samenstelling 2004-2009) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Inaugurale zetelverdeling van het Vlaams Parlement in 2004.

2009-2014
Zie Vlaams Parlement (samenstelling 2009-2014) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Inaugurale zetelverdeling van het Vlaams Parlement in 2009.

2014-2019
Zie Vlaams Parlement (samenstelling 2014-2019) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Inaugurale zetelverdeling van het Vlaams Parlement in 2014.

2019-2024
Zie Vlaams Parlement (samenstelling 2019-2024) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Inaugurale zetelverdeling van het Vlaams Parlement in 2019.

Bevoegdheden

Zie Vlaamse overheid, Vlaamse Gemeenschap, Vlaams Gewest en Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

Vlaanderen is sinds de staatshervorming een deelstaat van België, met een eigen regering, een eigen parlement, een eigen begroting en eigen inkomsten en wordt bestuurskundig doorgaans aangeduid als de Vlaamse Gemeenschap. Deze is zowel bevoegd voor gemeenschapsmateries als voor gewestmateries en wordt bestuurd door één parlement en één regering in tegenstelling tot Wallonië, waar deze bevoegdheden in aparte raden ondergebracht zijn, namelijk de Waalse Gewestraad en de raad van de Franse Gemeenschap.

De bevoegdheden van de Belgische federale overheid en deze van de Vlaamse (en andere) deelregeringen worden vastgelegd door democratisch overleg tussen de verschillende gemeenschappen en evolueren nog steeds. In Vlaanderen wordt echter aangedrongen op constitutieve autonomie. Vlaanderen wil zijn eigen fiscale, bestuurlijke, lokale en intermediaire zaken zelf regelen. De bevoegdheden die Vlaanderen nu heeft zijn vastgelegd in de Belgische Grondwet en de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen.

Vlaanderen verwierf zijn huidige autonomie pas na een lang ontvoogdingsproces. In het België van 1830 genoten de Vlamingen beperkte politieke rechten en werd hun taal, het Nederlands, gediscrimineerd en verboden in het openbare leven ten voordele van het Frans. In de tweede helft van de 19e eeuw ontstond een Vlaamse Beweging. Die verwierf pas enige politieke invloed na 1900, mede door de invoering van het algemeen, universeel stemrecht. De rol van het Nederlands in Vlaanderen werd langzamerhand wettelijk erkend in de rechtspraak, het onderwijs, de administratie en de politiek. Het duurde daarna nog tot het laatste kwart van de 20e eeuw voor de Vlamingen gelijke rechten verwierven. Het feit dat Vlaanderen vanaf de jaren zestig uitgroeide tot een van de sterkste economische regio's in de wereld, en Wallonië met een verouderde "smokestack"-industrie in een economische crisis verkeert, heeft hoogstwaarschijnlijk een belangrijke rol hierbij gespeeld.

In de staatshervormingen van die periode werden door de Belgische wetgever autonomie gewesten en gemeenschappen voorzien. Vlaanderen besliste in 1980 om de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest samen te voegen. Het heeft nu één Vlaams Parlement en één Vlaamse regering. De in Brussel gekozen leden van het parlement kunnen evenwel niet meestemmen over Vlaamse gewestaangelegenheden. De Vlaamse regering heeft haar zetel in Brussel, net als de Belgische regering (de Waalse regering heeft haar zetel in Namen).

  • Inzake de gewestbevoegdheid is het Vlaams Gewest op zijn grondgebied bevoegd voor 'grondsgebonden' materies zoals economie, werkgelegenheid, wegen, ruimtelijke ordening en leefmilieu. De Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn is verantwoordelijk voor het vervoer per bus en tram binnen het Vlaams Gewest. Het Vlaams Gewest beheert ook de gewestwegen in Vlaanderen. Voor vele van deze bevoegdheden moet het echter de bevoegdheid delen met de Belgische regering. Daarenboven heeft Vlaanderen zeer weinig eigen fiscale inkomsten. Het is – net zoals de andere deelstatelijke overheden – in hoge mate afhankelijk van de Belgische schatkist.
  • De Vlaamse Gemeenschap omvat alle inwoners van het Vlaams Gewest en de inwoners van het tweetalig Brussels Hoofdstedelijk Gewest die Nederlands spreken of die zich als een Vlaming beschouwen. Het is bevoegd voor taal, cultuur, toerisme, onderwijs en de zogenoemde 'persoonsgebonden materies', welzijns- en gezondheidszorg.

Vlaanderen beschikt dus, in vergelijking met andere deelstaten in federale landen zoals Canada, Zwitserland, Duitsland en de VS, over minder bevoegdheden en minder fiscale autonomie. Zo behoudt de nationale wetgever de bevoegdheid over de volledige sociale zekerheid, daar waar de meeste andere federale staten hierin een gedeelde verantwoordelijkheid voor nationale en deelstatelijke overheden kennen. Op andere domeinen gaat de autonomie dan weer veel verder dan in andere federale staten. Zo zijn in België de deelstaten autonoom bevoegd om verdragen te sluiten, waar dat in andere federale staten enkel kan onder toezicht en mits goedkeuring van de federale overheid.

Vlaanderen bleek ook over weinig autonomie te beschikken inzake de feitelijke keuze van zijn regeringscoalitie. Tot het begin van de 21e eeuw dwongen de grote partijen steeds eenzelfde coalitie af als in de nationale regering. Hierin is verandering gekomen in 2004, toen de deelstaatverkiezingen voor het eerst niet meer samenvielen met de federale verkiezingen.

Door deze tekorten vertoont de Belgische staat nog steeds sterke unitaire kenmerken, en tegelijk ook vele federale en zelfs enkele confederale kenmerken (zoals de noodzakelijke dubbele meerderheden nodig voor wijzigingen aan een bijzondere wet).

Politieke partijen

Zie Politieke geschiedenis van Vlaanderen en Lijst van Vlaamse politieke partijen voor de hoofdartikelen over dit onderwerp.

De huidige politieke partijen die worden vertegenwoordigd in een parlement zijn:

Ontdek meer Politiek per onderwerp

Vlaamse overheid

Vlaamse overheid

De Vlaamse overheid is de officiële overheid binnen de Belgische deelstaat Vlaanderen. Ze omvat het Vlaams Parlement, de Vlaamse Regering en de overheidsdiensten.

Provincie

Provincie

Een provincie is een deelgebied van een land met een eigen regionaal bestuur. Het gaat veelal om een tussenniveau tussen het nationale en lokale bestuur, maar hier zijn uitzonderingen op.

Arrondissement

Arrondissement

Een arrondissement is een onderdeel van het grondgebied van de staat, dat wordt opgedeeld om administratieve of bestuurlijke redenen. Elk arrondissement is een ambtsgebied van colleges en ambtenaren. Het komt oorspronkelijk uit het Frans en betekent letterlijk afronding.

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is sinds 1989 een van de drie gewesten van België en bestaat uit 19 gemeenten, waaronder de stad Brussel, die de hoofdstad van België is. Het Gewest vormt een enclave in Vlaanderen die een totale oppervlakte van 161 km² heeft en 1.233.793 inwoners telt. Het hele stedelijk gebied van Brussel, inclusief de voorsteden buiten het eigenlijke gewest, telt ongeveer 1,8 miljoen inwoners en is daarmee de grootste agglomeratie van het land. Zowel de Vlaamse als Franse Gemeenschap oefenen hun bevoegdheden uit op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Provinciedistrict

Provinciedistrict

Een provinciedistrict is een administratieve indeling in België tijdens de provincieraadsverkiezingen.

Kieskanton

Kieskanton

Een kieskanton is in België een groep van gemeenten waarbinnen de verkiezingen georganiseerd worden door het kantonhoofdbureau. Een kantonhoofdbureau wordt voorgezeten door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg of door de vrederechter. Er zijn anno 2019 in totaal 210 kieskantons, waarvan 103 in het Vlaams Gewest, 8 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en 99 in het Waals Gewest. Elke gemeente behoort tot één kieskanton, elk kieskanton behoort tot één administratief arrondissement. De kieskantons worden gebruikt voor alle bovengemeentelijke verkiezingen.

Belgische gemeente

Belgische gemeente

De Belgische gemeente vormt de basis van de bestuurlijke hiërarchie in België.

Supranationalisme

Supranationalisme

Supranationalisme is een wijze van samenwerking en besluitvorming in politieke gemeenschappen bestaande uit verschillende staten. In supranationale organisaties worden bepaalde bevoegdheden van de nationale staten overgedragen naar een autoriteit die boven de nationale staten staat. Aangezien beslissing op supranationaal niveau soms bij meerderheid genomen wordt, kan het gebeuren dat een lidstaat in een supranationale unie door de andere lidstaten gedwongen wordt een bepaalde beslissing door te voeren en kan de supranationale unie dus zaken aan de lidstaten opleggen.

Gemeenschap (België)

Gemeenschap (België)

Een gemeenschap is een persoonsgebonden overheid in België en vormt naast het gewest de eerste decentrale laag in de bestuurlijke indeling van België.

Gewesten van België

Gewesten van België

Het gewest is een gebiedsgebonden overheid in België. Het kan gezien worden als een deelstaat of regio en vormt naast de gemeenschappen de eerste decentrale laag in de bestuurlijke indeling van België. De gewestelijke overheid wordt ook wel de regionale overheid genoemd.

Provincies van België

Provincies van België

De Belgische provincies vormen het bestuurlijke niveau tussen de gemeenten enerzijds en de regionale en federale overheid anderzijds. België heeft tien provincies die elk hun eigen volksvertegenwoordiging en bestuur hebben. Sinds de laatste staatshervormingen behoren de provincies tot de bevoegdheden van de gewesten. Het Vlaams Gewest en het Waals Gewest tellen elk vijf provincies. Het derde Belgische gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, maakt van geen enkele provincie deel uit en is zelf evenmin onderverdeeld in provincies.

Economie

Algemeen

Zie Lijst van Vlaamse ondernemingen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlaanderen heeft in de tweede helft van de 20e eeuw een sterke groei van industriële sectoren gekend, zoals de staalindustrie, de textielindustrie, de auto-industrie en de farmaceutische industrie. De staalindustrie is met de Gentse staalreus Sidmar, nu een onderdeel van Arcelor Mittal, min of meer overeind gebleven. De textielindustrie heeft sinds de jaren zeventig echter zware klappen gekregen. De massaproductie is grotendeels verschoven naar lagelonenlanden, vooral in Azië. Toch kent de sector sinds de jaren 1990 een geleidelijke heropbloei. De Vlaamse textielsector mikt nu vooral op hoogtechnologische toepassingen in het industrieel textiel en ook nog altijd in hoogwaardige tapijten en kleding. De auto-industrie is nog altijd een zeer belangrijke vorm van tewerkstelling. Maar na de sluiting van Renault Vilvoorde in de jaren negentig en zware herstructureringen bij Ford Genk, Volkswagen Vorst en Opel Antwerpen is ook die sector sterk achteruitgegaan. Vlaanderen heeft tegelijkertijd wel een uitgebreide diensteneconomie ontwikkeld, bijvoorbeeld in logistiek en transport. Nadeel daarvan is wel dat die erg afhankelijk is van de economische conjunctuur.

De Vlaamse economie is sterk verankerd in de globale wereldeconomie omwille van haar centrale ligging in Europa en de rol die Brussel speelt als hoofdstad van de Europese Unie (EU). De Vlaamse, Belgische en Europese hoofdstad is de vijfde meest gegeerde stad als vestigingsstad in Europa[38] Tal van multinationals en niet-gouvernementele organisatie's (ngo's) kiezen dan ook voor de hoofdstad als hun Europese of regionale hoofdzetels zoals onder meer Microsoft, General Electric, IBM, Toyota, Monsanto, Pfizer en Levi Strauss & Co. Andere sterke aantrekkingspolen voor bedrijven vormen de luchthaven van Zaventem (onder andere TNT) en de havens van Antwerpen (onder andere BASF, Bayer, Coca Cola en Total S.A.) en Brugge-Zeebrugge (onder andere Toyota, Tropicana, Bridgestone en Fluxys).

Bekende Vlaamse bedrijven met internationaal succes zijn/waren onder andere spraaktechnologiebedrijf Lernout & Hauspie (Ieper), mediaconcern De Persgroep (Kobbegem), bank en verzekeraar KBC Groep (Brussel), autoproducent Minerva (Antwerpen), AB InBev (Brussel, o.a. Stella Artois, de grootste bierproducent ter wereld), Barco (Kortrijk, digitale cinemaprojectoren en medische beeldschermen), micro-elektroicafabrikant Melexis (Ieper), beeldsensorenontwikkelaar Cmosis (Berchem, ontwikkelaar van beeldsensoren voor machinevisie en professionele camera's), Biobest (Westerlo, biologische bestuiving en bestrijding), textielmachinefabrikant Van de Wiele (Kortrijk) en Picanol (Ieper, weefmachines), groente- en fruithandelaar UNIVEG (Sint-Katelijne-Waver), chemiereus Agfa-Gevaert (Mortsel), Soudal (Turnhout, voegkitten, polyurethaanschuim en lijmen), vrachtwagen en busproducent Van Hool (Koningshooikt, tankcontainers voor speciale gassen), opslagfirma Tabaknatie (Antwerpen, pslag van tabak), softwareontwikkelaars Skyline Communications (Izegem, DataMiner-software), Larian Studios (Gent, computerspelletjes) en SoftKinetic (Brussel, software voor bewegingsherkenning).

Eveneens noemenswaardig zijn Emulco (Gent, emulsietechnieken), Radionomy (Brussel, wereldspeler op het vlak van internetradio), Reynders Label Printing (Boechout, wereldspeler van etiketten voor farmaceutische industrie), Orfit Industries (Wijnegem, wereldspeler in de productie van kunststoffen maskers voor bestralingstherapie), geneesmiddelenfabrikanten Janssen Pharmaceutica en Omega Pharma, biotechbedrijf ThromboGenics (Leuven, specialist in cardiovasculaire aandoeningen en oogziekten), afdichtingenproducent HTMS (Mechelen), supermarktketen Colruyt (Halle), staaldraadproducent Bekaert (Kortrijk), chocoladefabrikant Côte d'Or, suikerbietzadenproducent SES Vanderhave (Tienen), speelkaartenproducent Cartamundi (Turnhout), materiaalgroep Umicore (Brussel, wereldleider voor recyclage en verwerking van edele metalen en is een van de grootste producenten voor oplaadbare lithiumbatterijen), broedmachinesfabrikant Petersime (Olsene), kranenproducenten Vlassenroot (Groot-Bijgaarden, wereldwijd marktleider in telescopische kranen) en Sarens (Wolvertem), televisieproducent Studio 100, logistiek dienstverlener Katoen Natie (Antwerpen) en baggerfirma's De Nul (Aalst) en DEME (Zwijndrecht).[39]

Rijkste Vlamingen

Positie wie[40] vermogen gekend als activiteit
1 AB Inbev-families en Alexandre Van Damme[41] € 46 183 178 000 Stella en Jupiler Brouwerijen
2 Familie Colruyt[42] € 3 900 987 150 Colruyt Distributie
3 Familie Emsens[43] € 3 318 237 000 Etex, SCR-Sibelco en Aliaxis Grondstoffen en bouwproducten
4 Familie De Nul[44] € 2 635 252 000 Jan De Nul baggerwerken en bouw
5 Familie Van Thillo[45] € 1 629 240 000 Het Laatste Nieuws, VTM Media
6 Ackermans & van Haaren[46] € 1 625 674 000 Ackermans & van Haaren Holding
7 Familie Roland Duchâtelet[47] € 1 556 236 000 Melexis Productie van geïntegreerde schakelingen
8 Fernand en Karine Huts[48] € 1 516 353 174 Katoen Natie Goederenbehandeling
9 Familie Luc Tack[49] € 1 458 401 000 Picanol Textielmachines
10 Familie Van Rompuy[50] € 1 428 000 000 Argenta Bankwezen
11 Familie Marc Coucke[51] € 1 348 000 000 Omega Pharma Verkoop van niet-voorgeschreven geneesmiddelen en verzorgingsproducten
12 Familie Balcaen[52] € 1 305 811 000 ex-Balta Vloerbedekking
13 Familie Cigrang[53] € 1 233 335 000 Cobelfret Rederij
14 Familie Boone en Stevens[54] € 1 181 315 000 Lotus Bakeries Productie van speculoos, peperkoek, gebakspecialiteiten en Dinosauruskoeken
15 Rudi De Winter en Françoise Chombar[55] € 1 136 236 000 Melexis Management en vermogensbeheer

Ontdek meer Economie per onderwerp

Lijst van Vlaamse ondernemingen

Lijst van Vlaamse ondernemingen

Dit is een lijst van Vlaamse ondernemingen. Zie lijsten van ondernemingen voor lijsten van ondernemingen uit andere landen. Het bepalen of een onderneming als 'Vlaams' beschouwd kan worden, is in een sterk geglobaliseerde economie niet eenvoudig. We rekenen hierbij vooral ondernemingen met een hoofdzetel in Vlaanderen, historisch Vlaamse ondernemingen die nu onderdeel zijn van een internationale groep.

Industrie

Industrie

De industrie is het deel van de economie, dat wordt gekenmerkt door de productie en verwerking van materiële goederen of artikelen in fabrieken en ondernemingen, veelal gekenmerkt door een hoge graad van mechanisering en automatisering – in tegenstelling tot de ambachtelijke vorm van de productie.

Staalindustrie

Staalindustrie

De staalindustrie is de tak van industrie waar ruwijzer en/of metaalschroot wordt omgezet in staal. De staalindustrie maakt onderdeel uit van de metallurgische industrie.

Auto

Auto

Een auto of automobiel is een zelfstandig voortbewegend, rijdend vervoermiddel.

Farmaceutische industrie

Farmaceutische industrie

De farmaceutische industrie produceert verpakte geneesmiddelen. Ook wordt er in deze type industriesector veel onderzoek en ontwikkeling (R&D) verricht op het gebied van de farmacologie. De fabrikanten van geneesmiddelen opereren meestal mondiaal. Verpakte geneesmiddelen zijn geregistreerd door de registratieautoriteiten.

Lagelonenland

Lagelonenland

De term lagelonenland wordt gebruikt voor die landen waar de productie van goederen (veel) goedkoper kan worden gedaan dan in West-Europese of Amerikaanse landen, doordat de loonkosten beduidend lager liggen dan in de westerse maatschappij. Het verschuiven van productie naar lagelonenlanden is een verschijnsel dat binnen de globaliseringsontwikkeling past.

Azië

Azië

Azië is het grootste werelddeel op de planeet Aarde. Aan de westkant grenst het aan Europa en Afrika, in het noorden aan de Noordelijke IJszee, in het oosten en zuidoosten aan de Grote Oceaan en in het zuiden aan de Indische Oceaan. In het jaar 2006 telde het continent circa 3,97 miljard inwoners, ofwel 61% van de totale wereldbevolking. Azië, met een oppervlakte van 43.810.000 km², bedekt 8,6% van de totale oppervlakte van de Aarde en 29,4% van de totale landoppervlakte. Cultureel is Azië erg heterogeen samengesteld.

Tapijt

Tapijt

Tapijt is vloerbedekking van textiel die bestaat uit een drager van jute of kunststof waarop een bovenkant, de pool, is aangebracht van losse draadeinden of lussen van materialen zoals wol, kunstgaren, katoen of sisal. In deze betekenis wordt met tapijt het materiaal bedoeld waarmee de vloer bedekt kan worden en kan bijvoorbeeld gesproken worden van kamerbreed tapijt, meestal vier meter breed.

Kleding

Kleding

Het dragen van kleding in het algemeen of van speciaal ontworpen kleding kan diverse redenen hebben:Het bieden van bescherming tegen koude, warmte en/of zonnestraling. Het bieden van bescherming bij bepaalde activiteiten. Het herkenbaar maken van het uitoefenen van een beroep of bedrijfsimago. Het uitdrukken van status. Het voldoen aan maatschappelijke eisen en verwachtingen (kledingvoorschrift). Het verhullen van lichaamsdelen die misvormd of beschadigd zijn. Het zich onderscheiden van anderen. Het er representatief en / of aantrekkelijk eruitzien. Kuisheid of sexyness: Het verhullen dan wel in meerdere of mindere mate ontbloten van lichaamsdelen die seksueel opwindend kunnen zijn.

Renault Vilvoorde

Renault Vilvoorde

Renault Vilvoorde was een autoassemblagefabriek van de Franse groep Renault in de Belgische gemeente Vilvoorde, net ten noorden van Brussel.

Ford Genk

Ford Genk

Ford Genk was een autoassemblage en -onderdelenfabriek nabij Genk in België van de Ford Motor Company. De eerste steen van de fabriek werd gelegd in 1962 en in 1964 begon de productie van de Taunus 12M. De fabriek bestond uit een perserij, wielenfabriek, carrosseriefabriek, lakkerij, assemblagefabriek, eindcontrole en een logistieke afdeling. De laatste modellen die in Genk van de band rolden waren de Ford Galaxy, Mondeo en S-MAX. In december 2014 werd de fabriek gesloten en is de productie overgeheveld naar de fabriek in het Spaanse Valencia.

Logistiek

Logistiek

Logistiek is het plannen, besturen en uitvoeren van de goederenstroom, en de wetenschap hierover. Dit begint vanaf de ontwikkeling en inkoop van een product, via productie en distributie naar de eindafnemer, en heeft als doel om tegen optimale kosten en kapitaalgebruik te voldoen aan de behoeften van de markt. Tevens rekent men ook de omgekeerde goederenstroom reverse logistics tot het domein logistiek. Er is een sterke relatie met het begrip Supply chain management (SCM).

Onderwijs

Structuur

Zie Onderwijs in Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Het Vlaamse reguliere onderwijs is ingedeeld in vier elkaar opvolgende hoofdgroepen. Onderwijs dat gebeurt voor de leerplicht (jonger dan 6 jaar) noemt men het kleuteronderwijs. Dit duurt doorgaans 3 jaar en wordt soms voorafgegaan door een instapklasje waarin kinderen vanaf 2 jaar en 6 maanden kunnen instappen op een van de 7 instapmomenten. Vanaf 6 jaar is er leerplicht en bevindt men zich in het lager onderwijs dat bestaat uit 6 leerjaren. In het geval van een probleemloos parcours maakt men vanaf de leeftijd van 12 jaar de overgang naar het secundair onderwijs dat eveneens uit 6 leerjaren bestaat en onderverdeeld is in 3 graden. In het middelbaar onderwijs heeft men de keuze tussen vier opleidingsniveaus, dit zijn het algemeen secundair onderwijs (aso), het technisch secundair onderwijs (tso), het beroepssecundair onderwijs (bso) en het kunstsecundair onderwijs (kso). Daarnaast is er vanaf 16 jaar de mogelijkheid om Deeltijds Beroeps Secundair Onderwijs (dbso) te volgen. Wanneer men heel dit parcours vlekkeloos aflegt behaalt men op de leeftijd van 18 jaar een diploma. Dit is eveneens de leeftijd waarop men het einde van de leerplicht bereikt. In het bso wordt er geen diploma uitgereikt in het 6e jaar van de opleiding (wel krijgt men een getuigschrift), maar pas in een bijkomend 7e jaar. Na het volbrengen van het secundair onderwijs kan men (niet verplicht) instappen in het hoger onderwijs waarin er drie mogelijkheden bestaan, namelijk het volgen van een graduaats-, bachelor- of masteropleiding. De eerst vermelde leidt tot een professionele bachelordiploma (meestal na 3 à 4 jaar). Bij de universiteitsopleiding behaalt men na de eerste cyclus (meestal 2 jaar) een academische bachelordiploma en na een tweede cyclus een masterdiploma. Hierop heeft men de mogelijkheid tot het volgen van een Doctoraat.

Het Vlaamse buitengewoon onderwijs bestaat uit het Buitengewoon kleuteronderwijs (bko), buitengewoon lager onderwijs (blo) dat opgedeeld is in 8 types van elk 6 jaar en het Buitengewoon secundair onderwijs (buso) in het secundair onderwijs dat bestaat uit 4 opleidingsniveaus van eveneens 6 jaar. Het buitengewoon onderwijs richt zich op kinderen met een handicap. Alle leerlingen in België worden gevolgd door een Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB). Aangezien Vlaanderen leerplicht kent maar er geen schoolplicht bestaat, heeft elke leerling de mogelijk tot het behalen van een diploma bij de examencommissie. Deze mogelijkheid bestaat voor alle vakken en alle opleidingen. Een andere alternatief onderwijsstelsel is dat van het volwassenenonderwijs.

Onderwijsnetten

Daarnaast is er in het Vlaamse onderwijs ook nog een indeling naar onderwijsnet. De hoofdindeling hiervan bestaat uit het door de openbare machten georganiseerde officieel onderwijs en het vrij onderwijs. Het officieel onderwijs kan ingericht worden door de Vlaamse Gemeenschap (RAGO), de provincie (POV) of door de gemeente/stads-overheid (OVSG). Het vrij onderwijs wordt ingedeeld in twee hoofdgroepen, enerzijds het confessioneel vrij onderwijs waarbij de inrichtende macht een levensbeschouwelijke instelling is. Zo verenigen de katholieke scholen zich in het VSKO, de joodse in Jesjiva en de protestantse in de School met de Bijbel-onderwijskoepel. Daarnaast is er het vrije niet-confessioneel onderwijs zoals de steiner-, freinet- en montessorionderwijs. Alle onderwijsnetten worden gesubsidieerd mits ze een toelating hebben onderwijs te organiseren. De uitzondering hierop vormt het privaatonderwijs.

Ontdek meer Onderwijs per onderwerp

Leerplicht

Leerplicht

Leerplicht is de wettelijke verplichting om kinderen onderwijs te laten volgen. Wanneer sprake is van de verplichting om dit aan een school te doen, wordt dit schoolplicht genoemd. Leerplicht en schoolplicht verschillen van land tot land, waarbij in sommige landen thuisonderwijs wel toegestaan is en in andere landen niet of slechts onder bepaalde voorwaarden.

Basisonderwijs in Vlaanderen

Basisonderwijs in Vlaanderen

Kleuter- en lager onderwijs vormen samen het basisonderwijs in Vlaanderen. Enkel scholen waarin zowel kleuter- als lager onderwijs wordt georganiseerd, mogen zich basisscholen noemen.

Algemeen secundair onderwijs

Algemeen secundair onderwijs

Het algemeen secundair onderwijs, vroeger en nu ook nog vaak in spreektaal humaniora genoemd, is een onderwijsvorm in Vlaanderen. Het aso volgt op de eerste graad van het secundair onderwijs en wordt ingedeeld in een tweede en derde graad. Een graad bestaat uit twee leerjaren.

Beroepssecundair onderwijs

Beroepssecundair onderwijs

Beroepssecundair onderwijs, meestal afgekort tot bso, is een onderwijsvorm in het secundair onderwijs in Vlaanderen. Het is een vooral praktische onderwijsvorm, waarin stages en praktijk tot meer dan de helft van het lessenrooster kunnen omvatten. Theoretische vakken dienen hier ter ondersteuning van de praktijk.

Kunstsecundair onderwijs

Kunstsecundair onderwijs

Het kunstsecundair onderwijs (kso) is een van de vier onderwijsvormen in de tweede en de derde graad van het secundair onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap. Dit kunstonderwijs wordt ingericht als onderbouw van instellingen voor hoger kunstonderwijs maar ook door scholen met een parallel aanbod van algemeen secundair onderwijs, technisch secundair onderwijs en/of beroepssecundair onderwijs.

A2 (diploma)

A2 (diploma)

A2 is een oude benaming voor een bepaald type diploma, behaald in het Vlaamse Technisch secundair onderwijs. Hoewel de benaming al officieel werd afgeschaft in de jaren 1970, en nu officieel het diploma secundair onderwijs en HBO5 heet, is het gebruik ervan nog niet helemaal verdwenen. In personeelsadvertenties, aankondigingen van interimkantoren, zelfs bij de officiële VDAB, kwam men de benaming in het begin 21ste eeuw nog geregeld tegen als aanduiding van het vereiste diploma-niveau.

Getuigschrift

Getuigschrift

Een getuigschrift is een document dat een werknemer meekrijgt bij zijn ontslag.

Hoger onderwijs

Hoger onderwijs

Hoger onderwijs is een opleidingsvorm die volgt op het voortgezet onderwijs of secundair onderwijs. Ze omvat het hoger beroepsonderwijs dat onderwezen wordt aan hogescholen, en wetenschappelijk onderwijs dat onderwezen wordt aan universiteiten. Het wetenschappelijk onderwijs is vooral gericht op wetenschappelijk onderzoek: nieuwe ontdekkingen of bevestiging van eerdere ontdekkingen. Hoger beroepsonderwijs is vooral gericht op het toepassen van bestaande wetenschappelijke kennis in de maatschappij en bedrijfsleven. Zowel op de universiteit als hogeschool wordt onderscheid gemaakt in drie hoofdstromingen: alfa, gamma en bèta. Het hoger onderwijs kent sinds de Bolognaverklaring in 1999 een tweeledige structuur: drie of vier jaar Bacheloropleiding, al dan niet gevolgd door één of twee jaren Masteropleiding. Na de mastertitel bestaat de mogelijkheid ook de graad van doctor te behalen. Hiervoor verricht men enige jaren onderzoek, waarna men een proefschrift schrijft en hierop promoveert.

Graduaat

Graduaat

Graduaat of Ad. is een graad binnen de BaMA-structuur van het hoger onderwijs in Vlaanderen die aangeeft dat iemand een graduaatsopleiding heeft voltooid aan een hogeschool.

Bachelor

Bachelor

Bachelor is een graad die aangeeft dat iemand succesvol een bacheloropleiding heeft voltooid aan een instelling voor hoger onderwijs; in Vlaanderen en Nederland is dat een hogeschool of universiteit.

Master (graad)

Master (graad)

Master of magister is een graad die aangeeft dat iemand een masteropleiding heeft voltooid aan een universiteit of hogeschool.

Doctoraat

Doctoraat

Het doctoraat is de hoogste graad die aan een universiteit behaald kan worden. De bijbehorende titel is doctor of dr. Het behalen van een doctoraat heet promotie, en de persoon die dat doet heet promovendus of doctorandus. De benaming is afgeleid van het Latijnse gerundivum dat "hij die moet promoveren/doctoreren" betekent.

Middenveld en sociale kaart

Zie Sociale zekerheid (België) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De sociale zekerheid in Vlaanderen is grotendeels federaal georganiseerd (dit wil zeggen dat het onder de bevoegdheden van de Belgische regering valt). Enkele specifieke domeinen vallen echter onder de directe bevoegdheid van de regio. De sociale zekerheid in Vlaanderen (en België) is gebaseerd op drie pijlers:

  • Bij verlies van het arbeidsinkomen (werkloosheid, pensionering, arbeidsongeschiktheid) wordt een vervangingsinkomen betaald.
  • Bij bepaalde 'sociale lasten' (bijkomende kosten), zoals het opvoeden van kinderen of ziektekosten, is er een aanvulling op het inkomen.
  • Wie onvrijwillig niet over een beroepsinkomen beschikt, ontvangt bijstandsuitkeringen zoals het leefloon.

Arbeid

De arbeidsmarkt is de wisselwerking tussen "de vraag naar" en "het aanbod van" arbeid. De spelers op deze markt zijn vanzelfsprekend de werkgevers (vertegenwoordigd door de werkgeversorganisaties), de werknemers en werkzoekenden (vertegenwoordigd door de vakbonden) en de verschillende overheden (vertegenwoordigd door de VDAB en de RVA). Het arbeidsmarktbeleid is in handen van de Vlaamse overheid in samenwerking met de Vlaamse sociale partners (werkgeversorganisaties en vakbonden). Daarnaast vormen de vakbonden en werkgeversorganisaties op gewestniveau samen de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV), waarin het sociaal overleg plaatsvindt. De controle op arbeid en werkloosheid is dan weer in handen van de federale overheid, die het beleid uitstippelt in onderling overleg met de federale sociale partners. Op dit niveau wordt zo onder andere tweejaarlijks een interprofessioneel akkoord gesloten tussen de drie partijen. Eind december 2010 telde Vlaanderen 199.834 niet-werkende werkzoekenden. Dit stemt overeen met 6,88% van de totale actieve bevolking. De financiële en economische crisis van 2007 zorgde door een hoog aantal faillissementen en herstructureringen en bijgevolg een piek in het werkloosheidscijfer. Het sterke systeem van sociale zekerheid in Vlaanderen (en België) bleek remmend te werken op de negatieve invloeden van de crisis, waardoor de regio minder hard geteisterd werd dan de meeste omringende landen. Eind 2010 reeds tekende zich een sterke daling van het aantal uitkeringsaanvragen door werkzoekende af en eveneens een sterke afname van de jeugdwerkloosheid. Zo waren er in december 2010, 9,3% minder werkzoekenden dan het jaar voordien.

Overheid

Het arbeidsbeleid in Vlaanderen is deels een bevoegdheid van de Vlaamse en deels van de federale overheid. Zo beheert de Federale Overheidsdienst (FOD) Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) en de Rijksdienst voor Pensioenen (RVP). Het Vlaamse Departement Werk en Sociale Economie (WSE) daarentegen is dan weer verantwoordelijk voor de werking van onder andere Vlaams Agentschap voor Ondernemersvorming (SYNTRA) en de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB).

Vakbonden

Zie Vakbonden in Vlaanderen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vlaanderen telt drie vakbonden, met name het Vlaams ABVV, het Algemeen Christelijk Vakverbond (ACV) en de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (ACLVB). Daarnaast is er ook nog de Nationale Confederatie van het Kaderpersoneel (NCK) die de belangen behartigt van het kaderpersoneel. Ze zijn in de bedrijven vertegenwoordigd door middel van délégees en militanten. Alwaar de délégées zetelen in de ondernemingsraad (OR) en het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) en worden vierjaarlijks verkozen tijdens de sociale verkiezingen. Daarnaast nemen ze deel aan het sociaal overleg (samen met de overheid en de werkgeversorganisaties) op de verschillende niveaus (provinciaal, regionaal en federaal) en organiseren ze samen met de Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen (HWW) de uitbetaling van de werkloosheidsuitkering.

De vakbonden in Vlaanderen ontstonden naar aanleiding van de wantoestanden in de bedrijven. Arbeiders werkten en leefden er in erbarmelijke omstandigheden. Ze klopten werkdagen van 14 uur in ongezonde werkplaatsen en tegen een hongerloon. Onder de arbeiders waren ook veel kinderen. Op 4 maart 1857 werd in Gent de "Broederlijke Maatschappij der Wevers" opgericht. Een maand later hielden de spinners hun "Maatschappij der Noodlijdende Broeders" boven de doopvont. Die eerste vakverenigingen stelden zich relatief gematigd op en stonden ook open voor alle arbeiders, ongeacht de politieke strekking of levensbeschouwing waartoe ze zich bekenden. Die eensgezindheid was echter van korte duur. Al snel viel de arbeidersbeweging uiteen in een socialistische en een christelijke vleugel. Hierbij kozen de socialisten voor de klassenstrijd als strategie om sociale vooruitgang te boeken in tegenstelling tot de christelijke vakbeweging die zich afzette tegen de 'goddeloze' socialisten. De eerste vakbonden lagen aan de basis van het socialisme. Karl Marx en Friedrich Engels organiseerden vanuit Brussel een netwerk van arbeidersorganisaties die leidde tot de stichting van de Eerste Internationale.

Onder impuls van de Rooms-Katholieke Kerk. Deze ondersteunde de uitbouw van een christelijke arbeidersbeweging, enerzijds om de arbeiders uit het vaarwater van het vrijzinnige socialisme te houden en anderzijds omdat ook zij de nood inzag van sociale vooruitgang voor de werkende massa. Zo werd in 1886 de "Antisocialistische Katoenwerkersbond" opgericht, waaruit later het Algemeen Christelijk Vakverbond zou groeien. In de schoot van Belgische Werklieden Partij (BWP) werd op 11 april 1898 de Syndikale Kommissie opgericht, als antwoord op de wet van 31 maart 1898 die de beroepsverenigingen legaal maakte. De hoofdtaak van deze organisatie was de eenheid van de verschillende beroepsfederaties en afzonderlijke vakbonden te bewerkstelligen en het coördineren van de vakbondsactiviteiten binnen de socialistische zuil. Zij was ook verantwoordelijk voor de explosieve groei van het socialistische syndicalisme tijdens het interbellum.

De Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (ACLVB) vindt net als de andere Belgische vakbonden haar oorsprong in de tweede helft van de 19e eeuw. Ze is gegroeid uit verschillende liberale vakverenigingen die overal in het land ontstonden. In 1920 leidde dat tot de oprichting van de Nationale Centrale der Liberale Vakbonden van België. De naam werd in 1939 veranderd in ACLVB. Op 1 januari 1938 werd de Syndikale Kommissie omgevormd tot het Belgisch Vakverbond (BVV). Op 22 november 1940 verplicht de Duitse bezetter de vakbonden op te gaan in een gemeenschappelijke organisatie met het Vlaams-nationalistische Arbeidsorde wat leidde tot de oprichting van de Unie van Hand- en Geestesarbeiders (UHGA). Het tot stand komen van het ABVV onder zijn huidige benaming gebeurde op 29 april 1945 na succesvolle fusiegesprekken tussen het Belgische Vakverbond (BVV) en een aantal andere linkse vakverenigingen die ontstaan waren tijdens de Duitse bezetting en Wereldoorlog II. Zo traden naast het BVV het communistische Belgisch Verbond der Eenheidssyndicaten (BVES), het onafhankelijke Algemeen Geünifieerd Syndicaat der Openbare Diensten (ASOD) en de Mouvement Syndical Unifié (MSU) van André Renard toe tot het ABVV. Toen de arbeidersbewegingen een cruciale rol kregen toebedeeld bij de uitbetaling van de sociale uitkeringen, werd besloten dat de mutualiteiten de ziekte- en invaliditeitsuitkeringen voor hun rekening zouden nemen en de vakbonden de uitbetaling van de werkloosheidsuitkeringen.

Zo ontstond de noodzaak aan een regionale structuur, die in 1952 leidde tot de oprichting van de gewestelijke afdelingen en omstreeks 1968 beslisten de vakbonden tot de oprichting van intergewestelijke afdelingen voor Vlaanderen, Wallonië en Brussel. Toch veroorzaakte deze evolutie heel wat discussie over de manier waarop het syndicalisme in het federale België georganiseerd moest worden. De intergewestelijken kregen de taak mee de gezamenlijke problemen te onderzoeken en werden na de ondertekening van het Egmontpact in februari 1978 de syndicale tegenmacht voor de overheid en de werkgevers op het niveau van de gewesten en gemeenschappen.

Werkgeversorganisaties

Er zijn vier werkgeversorganisaties actief in Vlaanderen, met name het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO), Unie van Zelfstandige Ondernemers (UNIZO), Voka, VKW, het Ondernemersplatform en de Boerenbond. Werkgeversorganisaties vertegenwoordigen ondernemers, kleine en middelgrote ondernemingen (kmo), vrije beroepen, maar ook de multinationals. UNIZO is met ruim 80.000 leden de grootste vereniging in haar soort (kmo's) en situeert zich vooral in het Vlaams Gewest. Voor 2000 stond UNIZO bekend als het Nationaal Christelijk Middenstand Verbond (NCMV). UNIZO is vertegenwoordigd in de Nationale Arbeidsraad en in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen. Voka vertegenwoordigd ongeveer 16.000 ondernemingen en is uitsluitend actief in Vlaanderen. Het onderhoudt nauwe banden met de N-VA. Het VBO is de grootste werkgeverskoepel en is federaal georganiseerd en is ontstaan uit de fusie van het Verbond der Belgische Nijverheid (VBN) en het Verbond van Belgische Niet-Industriële Ondernemingen. Ten slotte is er ook nog de Boerenbond, een katholieke Vlaamse vereniging voor de agrarische ondernemers en de bewoners van het platteland en hun gezin in Vlaanderen en in de Oostkantons. De Boerenbond werd opgericht in 1890.

Gezondheidszorg

Overheid

Het gezondheidsbeleid in Vlaanderen is deels een bevoegdheid van de Vlaamse en deels van de federale overheid. Zo is de Federale Overheidsdienst (FOD) Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg verantwoordelijk voor de werking van de Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV) en is het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin (WVG) van de Vlaamse overheid verantwoordelijk voor onder andere het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) en Kind en Gezin.

Mutualiteiten

In Vlaanderen beheert een ziekenfonds of mutualiteit de verplichte ziektekostenverzekering (federaal) en zorgverzekering (Vlaams). Lidmaatschap van een ziekenfonds (of "verzekeringsinstelling") is verplicht voor wie begint te werken als bediende of arbeider, nog studeert, maar ouder dan 25 jaar is, en ten slotte voor wie een werkloosheidsuitkering ontvangt. Kinderen tot 25 jaar zijn automatisch aangesloten via het fonds van het gezinshoofd, tenzij ze eerder fiscaal onafhankelijk worden. Er zijn vijf erkende landsbonden met name de Socialistische Mutualiteiten, Christelijke Mutualiteiten (CM), Liberale Mutualiteiten (LM), de Onafhankelijke Ziekenfondsen (OZ) en ten slotte de Neutrale Ziekenfondsen. Wie zich niet aansluit bij een van voornoemde instellingen, kan voor de verplichte ziekteverzekering terecht bij de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV) en voor de Vlaamse zorgverzekering bij de Vlaamse Zorgkas die deel uitmaken van de OCMW's.

Ziekenhuizen[56]

In 2010 telde Vlaanderen 67 algemene ziekenhuizen die samen 113 uitbatingsplaatsen hebben. Van deze 67 ziekenhuizen behoren er 52 tot de groep van de acute ziekenhuizen, 11 tot de groep van de categorale ziekenhuizen en 4 zijn universitaire ziekenhuizen. Tezamen bieden ze plaats voor 30.763 opnames. Meer dan een kwart van alle ziekenhuisopnames voor chirurgische ingrepen betreffen "ziekten of aandoeningen van het bewegings- en bindweefselstelsel". De op een na grootste groep betreft "ziekten of aandoeningen van neus, keel en oren". De derde groep zijn ziekten of aandoeningen van de ogen, de vierde meest voorkomende ingreep zijn "ziekten of aandoeningen van het hartvaatstelsel en op een vijfde plaats ten slotte "ziekten of aandoeningen van het spijsverteringsstelsel. Deze vijf types aandoeningen samen zijn goed voor 2/3 van alle chirurgische ingrepen. Algemeen blijkt de meest voorkomende reden voor een ziekenhuisbezoek chemotherapie te zijn. In de acute en categorale ziekenhuizen is de tweede belangrijkste reden groep die verband houdt met bevallingen en geboortes. In de universitaire ziekenhuizen zijn de follow-uponderzoeken de tweede belangrijkste reden. Andere belangrijke redenen voor een ziekenhuisbezoek zijn "ingrepen bij andere contacten" (waarvan de grootste groep gerelateerd is aan kunstmatige bevruchting), ingrepen op de ooglens en behandeling voor lymfomen en niet-acute leukemie.

Daarnaast telde Vlaanderen 39 psychiatrische ziekenhuizen die tezamen 10.196 plaatsen aanbieden. De belangrijkste reden voor aanmelding bij beide seksen en alle leeftijdscategorieën zijn psychisch problemen. De enige uitzondering hierop is de categorie van jongens beneden de 17 jaar die voornamelijk komen omwille van gedragsproblemen. Hierin ligt een mogelijke verklaring waarom meer jongens dan meisjes in deze leeftijdscategorie een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) bezoeken, wat in schril contrast staat met de andere leeftijdsgroepen waar dit omgekeerd is. Een andere belangrijke reden tot opname zijn verslavingsproblemen (voornamelijk in de leeftijdscategorie 18 tot 59 jaar en vaker mannen dan vrouwen. Vrouwen melden zich dan weer vaker aan voor interactieproblemen en verwerkingsproblemen. Vooral bij meisjes in de leeftijdscategorie tot en met 17 jaar zijn er bijna evenveel aanmelding rond interactieproblemen als voor psychische problemen.

Verenigingen

Jeugdbewegingen

De belangrijkste jeugdbewegingen zijn de christelijke organisaties Chiro, Scouts en Gidsen Vlaanderen (SGV, het vroegere VVKSM), de Katholieke Landelijke Jeugd (KLJ), de Kristelijke Arbeidersjongeren (KAJ) en de Katholieke Studerende Jeugd – Katholieke Studenten Actie – Vrouwelijke Katholieke Studerende Jeugd (KSJ-KSA-VKSJ).

Daarnaast zijn er het pluralistische FOS Open Scouting, de humanistische organisatie Humanistische Jongeren (HuJo), de ecologische organisatie Jeugdbond voor Natuur en Milieu (JNM), de socialistische beweging Rode Valken en de Vlaams-nationalistische organisaties Vlaams Nationaal Jeugdverbond (VNJ) en Nationalistisch JongStudentenVerbond (NJSV). Ook de vakbonden (Magik?/ABVV Jongeren en ACV Enter), mutualiteiten (Kazou en JOETZ) en de politieke partijen (Jong Groen, Jongsocialisten, Comac, JONGCD&V, Jong VLD, JongLibertairen, Jong N-VA, Vlaams Belang Jongeren en het partijonafhankelijke ) hebben hun eigen jongerenbewegingen.

Ten slotte zijn er nog de studentenverenigingen zoals het christelijke Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond (KVHV), het Vlaams-nationalistische Nationalistische Studentenvereniging (NSV) en de Actief Linkse Studenten (ALS).

Volwassenenverenigingen

De grootste Vlaamse volwassenenbeweging is de Kristelijke Werknemersbeweging (KWB) en de belangrijkste cultuurverenigingen in Vlaanderen zijn het Vlaams-katholieke Davidsfonds, het liberaal-vrijzinnige Willemsfonds, het socialistisch-vrijzinnige Vermeylenfonds, Linx+ en Curieus, het progressieve Masereelfonds en het Vlaams-nationalistische Rodenbachfonds. De bekendste vrouwenbewegingen in Vlaanderen zijn onder andere de Socialistische Vrouwenvereniging (VIVA-SVV), het Katholiek Vormingswerk van Landelijke Vrouwen (KVLV) en Femma (KAV). Daarnaast telt Vlaanderen nog tal van sport-, amateurkunsten- en andere onderwerp-gebonden verenigingen.

Niet-gouvernementele organisaties en belangengroepen

De bekendste niet-gouvernementele organisaties (ngo's) en actie- en belangengroepen die actief zijn in Vlaanderen zijn onder meer het christelijke Bond zonder Naam, de dierenrechtenorganisatie Gaia, de leefmilieuorganisatie Bond Beter Leefmilieu, de Gezinsbond die de belangen van de gezinnen behartigt, de Vlaamse Touristen- en Automobilistenbond die de belangen van de automobilisten en toeristen verdedigt, de natuurorganisaties Natuurpunt, WWF, Greenpeace en Vogelbescherming Vlaanderen, het Ethisch Vegetarisch Alternatief (EVA) dat het vegetarisme promoot, Velt dat biologisch voedsel aanprijst, VAKA Hand in Hand en Kif Kif die racisme bestrijden, de Fietersbond, consumentenvereniging Test-Aankoop, de belangengroep van de gebruikers van het openbaar vervoer TreinTramBus (TTB), Trage Wegen dat opkomt voor de wandel- en fietspaden en Geneeskunde voor het Volk, de vierde wereldorganisatie Daklozen Actie Komité (DAK), en Sensoa dat preventie doet tegen hiv en andere soa's.

Daarnaast zijn er nog de ontwikkelingssamenwerkingsorganisatie die samen de Vlaamse Noord-Zuidbeweging 11.11.11 vormen. Dit zijn onder andere Broederlijk Delen, Fonds voor Ontwikkelingssamenwerking - Socialistische Solidariteit, Amnesty International Vlaanderen, Artsen zonder Grenzen, Advocaten Zonder Grenzen, Caritas Internationaal België, Damiaanactie, Geneeskunde voor de Derde Wereld, Handicap International, Leraars Zonder Grenzen, Oxfam Solidariteit, Pax Christi Vlaanderen, Plan België, Rode Kruis-Vlaanderen, Unicef België, Vredeseilanden en Wereldsolidariteit. Daarnaast zijn er nog de serviceclubs Marnixring, Lions Club België en Rotary Vlaanderen.

Ontdek meer Middenveld en sociale kaart per onderwerp

Sociale zekerheid (België)

Sociale zekerheid (België)

De sociale zekerheid die België kent, bestaat in hoofdzaak uit drie statuten: aan de ene kant de sociale zekerheid voor werknemers, met nog belangrijke verschillen tussen arbeiders, bedienden en ambtenaren, en aan de andere kant de sociale verzekeringen voor zelfstandigen. Huispersoneel vormt nog een aparte categorie. Daarnaast is er nog de sociale bijstand.

Sociale zekerheid

Sociale zekerheid

Sociale zekerheid is een publiek stelsel dat bedoeld is om inkomen en/of verzorging te garanderen voor natuurlijke personen of gezinnen die, tijdelijk of blijvend, niet (langer) in staat worden geacht om zelf in (voldoende) inkomen en/of verzorging te voorzien. Dat geldt bijvoorbeeld bij pensioen, ziekte, arbeidsongeschiktheid, overlijden van naasten of werkloosheid.

Federalisme

Federalisme

Het federalisme is een staatsvorm waarin de soevereiniteit wordt gedeeld tussen het centrale, nationale of federale niveau en de deelstaten.

Bevoegdheid

Bevoegdheid

Bevoegdheid is het bezitten van toestemming om een handeling te mogen verrichten, al dan niet in naam van een andere natuurlijke persoon of een rechtspersoon. Wie deze toestemming niet heeft is onbevoegd. Als hij of zij toch de handeling verricht, dan staan daar sancties op. Het burgerlijk recht kent tevens het begrip misbruik of overschrijding van bevoegdheid door een rechtssubject.

Pensioen

Pensioen

Pensioen is een inkomensverzekering, waarmee een (gezins)inkomen wordt verzekerd voor wanneer dat wegvalt wegens ouderdom, arbeidsongeschiktheid of overlijden. De volgende soorten pensioen kunnen onder andere worden onderscheiden:Ouderdomspensioen: levenslang, voor de tijd dat men niet meer werkt op latere leeftijd. Afgeleiden hiervan zijn bijvoorbeeld het prepensioen, vroegpensioen, tijdelijk overbruggingspensioen en het 40-deelnemingsjarenpensioen. Nabestaandenpensioen: een uitkering aan achterblijvende partners en wezen. Op grond van de Algemene nabestaandenwet, (levenslang) partnerpensioen en wezenpensioen of een individuele voorziening. Afgeleide hiervan zijn bijvoorbeeld het tijdelijk nabestaandenoverbruggingspensioen en de anw-hiaatverzekering. Arbeidsongeschiktheidspensioen: voor als men niet meer kan werken wegens arbeidsongeschiktheid.

Arbeidsongeschiktheid

Arbeidsongeschiktheid

Onder arbeidsongeschiktheid wordt verstaan het niet in staat worden geacht arbeid te verrichten met een erkende economische meerwaarde. Dat men geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, kan een lichamelijke of psychische oorzaak hebben.

Leefloon

Leefloon

Het leefloon is een financiële tegemoetkoming aan minvermogenden in België.

Werkgever

Werkgever

De werkgever geeft werk aan de werknemer. De werkgever is niet noodzakelijk een natuurlijke persoon maar vaak een organisatie, een onderneming of een overheid. In de arbeidswetgeving staan de rechten en plichten van de werkgever en werknemer genoemd. De arbeidswetgeving is nationaal en verschilt per land. In ruil voor de geleverde prestaties onder het gezag van de werkgever, ontvangt de werknemer een loon. De individuele afspraken tussen werkgever en werknemer staan vermeld in de arbeidsovereenkomst.

Vakbond

Vakbond

Een vakbond, vakvereniging, werknemersvereniging, vakorganisatie of syndicaat is een organisatie die de individuele en collectieve belangen van aangesloten werknemers behartigt.

Overheid

Overheid

De overheid is het hoogste bevoegd gezag op een bepaald territorium of grondgebied.

Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening

Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening

De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, afgekort RVA is een Belgische federale openbare instelling die voornamelijk waakt over het recht op werkloosheidsverzekering in België. Ze bestaat naast verschillende andere Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid (OISZ), waaronder de Rijksdienst voor Pensioenen (RVP), de Rijksdienst voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV). De instelling is tot op zekere hoogte vergelijkbaar met het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) in Nederland, dat echter een veel breder domein in de sociale zekerheid bestrijkt.

Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen

Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen

De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) is het overleg- en adviesorgaan van de verschillende Vlaamse sociale partners.

Sport

Wereldkampioen veldrijden Erwin Vervecken
Wereldkampioen veldrijden Erwin Vervecken

Voetbal en wielrennen zijn veruit de populairste sporten en de Vlaamse pers doet er uitgebreid verslag van. Exponent daarvan is Eddy Merckx, een van de beste wielrenners aller tijden. Voordien waren er kampioenen als Rik Van Steenbergen en Rik Van Looy. Tijdgenoten waren Herman Van Springel, Walter Godefroot, Roger De Vlaeminck, Lucien Van Impe en Freddy Maertens. Nadien kwamen wielerkampioenen Johan Museeuw, Peter Van Petegem en Tom Boonen. In het voetbal slaagde slechts een Vlaamse club erin om een Europees kampioenschap te winnen: KV Mechelen de UEFA Cup in 1988. Eveneens één Vlaamse club haalde de finale van de Champions League (toen nog Europacup I): Club Brugge in 1978. Vlaamse topschutters zijn Jules Van Craen en Arthur Ceuleers. Bekende voetballers Jan Ceulemans, Eric Gerets, Jean-Marie Pfaff, Wilfried Van Moer, Rik Coppens, Paul Van Himst, Ludo Coeck, Timmy Simons en Romelu Lukaku. Eveneens erg populair is het veldrijden met meervoudige wereldkampioenen als Erik De Vlaeminck, Roland Liboton, Sven Nys, Bart Wellens, Niels Albert en Erwin Vervecken. Daarnaast is Vlaanderen traditioneel sterk in motorcross met wereldkampioenen als Roger De Coster, Eric Geboers, Sylvain Geboers, Harry Everts, Joël Smets en Stefan Everts.

Vlaanderen kent daarnaast ook een sterke traditie van atletiek, vooral afstandslopers als olympisch kampioen Gaston Roelants, Miel Puttemans en Ivo Van Damme. Dit zet zich door in triatlon met onder meer Marc Herremans, die na een zwaar ongeval nu als rolstoelatleet triatlon beoefent, Rutger Beke en Luc Van Lierde, die tweemaal de Iron Man won. Daarnaast zijn er de prestaties van Kim Gevaert en de andere vrouwen van de 4 x 100 meter estafette: Olivia Borlée, Hanna Mariën en Élodie Ouédraogo behaalden een bronzen medaille op de Olympische Zomerspelen van 2008 in Beijing. Hoogspringster Tia Hellebaut won goud op die Spelen. Verder kende Vlaanderen opvallende successen in het judo met Robert Van de Walle, Ingrid Berghmans, Ulla Werbrouck die olympisch goud won en Gella Vandecaveye. In het boksen excelleerden onder anderen Sugar Jackson, Daniëlla Somers, Jean-Pierre Coopman en Ismaïl Abdoul. In het damestennis domineerde Kim Clijsters en in het zwemmen Frédérik Deburghgraeve. Ten slotte blinken ook tal van Vlamingen uit in biljart. Zo werd de sport lange tijd gedomineerd door driebandpionier René Vingerhoedt, Raymond Ceulemans, die 35 keer wereldkampioen werd, Ludo Dielis, die 9 maal wereldkampioen werd, en meer recent Eddy Merckx.

Ontdek meer Sport per onderwerp

Erwin Vervecken

Erwin Vervecken

Erwin Vervecken is een Belgische voormalig wielrenner en veldrijder. In deze laatste discipline werd hij driemaal wereldkampioen.

Kim Gevaert

Kim Gevaert

Kim Gevaert is een voormalige Belgische sprintster. Ze behaalde 27 Belgische titels en nam tweemaal deel aan de Olympische Spelen, waarbij ze eenmaal een gouden medaille veroverde.

Media in Vlaanderen

Media in Vlaanderen

Dit artikel geeft een overzicht van de verschillende actoren in de Vlaamse media.

Eddy Merckx

Eddy Merckx

Baron Edouard Louis Joseph (Eddy) Merckx is een voormalig Belgisch wielrenner die actief was in de jaren 60 en 70. Hij wordt met 525 overwinningen algemeen beschouwd als de beste wielrenner aller tijden. Hij won vijf keer de Ronde van Italië, vijf keer de Ronde van Frankrijk, één keer de Ronde van Spanje en werd drie keer wereldkampioen. Daarnaast won hij vrijwel alle klassiekers en brak hij het werelduurrecord. Na zijn carrière richtte hij een fietsenbedrijf op genaamd Eddy Merckx Cycles.

Rik Van Steenbergen

Rik Van Steenbergen

Rik Van Steenbergen was een Belgische wielrenner in de jaren veertig, vijftig en zestig.

Rik Van Looy

Rik Van Looy

Henri (Rik) Van Looy, ook de keizer van Herentals genoemd, is een Belgisch oud-wielrenner. Hij won 493 wedstrijden en werd tweemaal wereldkampioen op de weg.

Roger De Vlaeminck

Roger De Vlaeminck

Roger De Vlaeminck is een voormalig Belgisch wielrenner en veldrijder. Hij is de jongere broer van Erik De Vlaeminck. De Vlaeminck was in de jaren 70 een van de beste renners in de klassiekers, maar haalde ook successen in het kleinere rondewerk en het veldrijden. Hij behaalde in totaal 259 zeges op de weg en 70 zeges in het veld.

Lucien Van Impe

Lucien Van Impe

Lucien Van Impe, bijnaam de Kleine van Mere is een voormalig Belgisch beroepswielrenner. Hij is de laatste Belg die de Ronde van Frankrijk won.

Freddy Maertens

Freddy Maertens

Freddy Maertens is een Belgisch voormalig wielrenner die beroepsrenner was van 1973 tot 1987. Hij won veel van zijn wedstrijden in de sprint en kon dankzij zijn kracht goed op het grote verzet rijden. In drie deelnames aan de Ronde van Frankrijk won hij vijftien etappes en droeg hij negen dagen de gele trui. Driemaal won hij de groene trui voor het puntenklassement. Maertens heeft het record in handen voor meeste overwinningen in één Ronde van Frankrijk en één Ronde van Spanje.

Johan Museeuw

Johan Museeuw

Johan Museeuw is een Belgisch voormalig wielrenner en veldrijder, beroeps van 1988 tot 2004. Museeuw behaalde 115 zeges, waarvan 113 op de weg. Hij was gespecialiseerd in het rijden van klassiekers en was op dat vlak een van de besten in de jaren 90. In 1996 werd hij wereldkampioen op de weg op zijn verjaardag, in het Zwitserse Lugano. Zijn bijnaam luidt de Leeuw van Vlaanderen. Zijn dopinggebruik, dat na zijn carrière aan het licht kwam, plaatste zijn overwinningen echter in een negatiever perspectief.

Peter Van Petegem

Peter Van Petegem

Peter Van Petegem is een voormalig Belgisch wielrenner. Zijn bijnaam luidt de Zwarte van Brakel of De Peet. Van Petegem was beroepsrenner tussen 1992 en 2007 en was vooral expert in het rijden van belangrijke eendaagse wedstrijden oftewel klassiekers.

KV Mechelen

KV Mechelen

Yellow Red Koninklijke Voetbalclub Mechelen is een Belgische voetbalclub uit Mechelen-Noord. De club werd opgericht in 1904, kort na stadsgenoot en rivaal Racing Mechelen (1904). Yellow Red KV Mechelen is aangesloten bij de KBVB met stamnummer 25 en werd viermaal landskampioen.

Bekende inwoners

Zie Lijst van bekende Vlamingen voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Bron: "Vlaanderen", Wikipedia, Wikimedia Foundation, (2023, January 17th), https://nl.wikipedia.org/wiki/Vlaanderen.

Geniet u van Wikiz?

Geniet u van Wikiz?

Download dan nu onze GRATIS uitbreiding!

Externe link
Commons heeft mediabestanden in de categorie Flanders.

The content of this page is based on the Wikipedia article written by contributors..
The text is available under the Creative Commons Attribution-ShareAlike Licence & the media files are available under their respective licenses; additional terms may apply.
By using this site, you agree to the Terms of Use & Privacy Policy.
Wikipedia® is a registered trademark of the Wikimedia Foundation, Inc., a non-profit organization & is not affiliated to WikiZ.com.